Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Deportatie en vernietiging Joodse volksdeel Tilburg

{{Infobox gebeurtenis
| naam             = 
| afbeelding       = 
| onderschrift     = 
| soortgebeurtenis =
| datum            = 
| begindatum       =
| einddatum        =
| plaats           =
| straat           =
| slachtoffers     =
| doden            =
| gewonden         =
}}

Joden in Tilburg

Op 1 januari 1942 wonen er in Tilburg 364 Joden, waaronder 170 vluchtelingen (Duitse Joden en Joden uit Oost-Europa).[1] Hiervan overleeft 63,9% de Shoah. Veel Joden duiken onder in Tilburg of de naaste omgeving. Van de 164 onderduikers overleven er 124. Opvallend is dat het overlevingspercentage onder de vluchtelingen beduidend hoger is dan onder de Nederlandse Joden.

Maatregelen, gericht tegen Joden

Al meteen na de Duitse inval wordt de Joden het leven gaandeweg onmogelijk gemaakt. Ze mogen niet meer bij de Luchtbeschermingsdienst werken, Joodse ambtenaren en hoogleraren worden ontslagen, ze mogen zich niet meer inschrijven aan een universiteit, ze mogen niet meer naar de bioscoop, ze mogen niet meer naar cafés, restaurants, zwembaden, parken en plantsoenen, ze mogen alleen maar op bepaalde tijdstippen naar winkels, hun persoonsbewijzen worden gemarkeerd met een ‘J’, ze kunnen niet meer vrij beschikken over hun vermogen en moeten kunstvoorwerpen, edelstenen en sieraden van goud en zilver inleveren, Joodse kinderen mogen niet meer naar niet-Joodse scholen, Joodse ondernemingen worden ‘geariseerd’ en krijgen een door de Duitsers aangestelde bewindvoerder. Met ingang van 3 mei 1942 zijn Joden verplicht om op hun kleding een gele zespuntige ster te dragen.[2]

Eerste deportatie in Tilburg, 28 augustus 1942

Op 20 januari 1942 vindt nabij Berlijn de ‘Wannseeconferentie’ plaats waarbij besloten wordt tot een ‘definitieve oplossing’ voor het ‘Jodenvraagstuk’. Op 15 juli 1942 rijdt de eerste trein met Amsterdamse Joden van Westerbork naar vernietigingskamp Auschwitz. De eerste deportatie van Joden in Tilburg vindt plaats op vrijdag 28 augustus 1942. Twee dagen eerder heeft de politie 126 oproepingskaarten verspreid waarop staat dat men zich in de BBA-loods bij het station moet melden voor ‘werkverruiming’ in Duitsland. Van de opgeroepenen komen er vijftig niet opdagen: 16 zijn niet (meer) aanwezig op hun woonadres en 34 verschijnen niet. Van degenen die zich aanmelden worden er 51 (voorlopig) vrijgesteld. Op het station in Den Bosch worden nog vier personen teruggestuurd. De anderen gaan via Den Bosch naar station Hooghalen in Drenthe. Vandaar moeten ze te voet naar het vijf kilometer verderop gelegen kamp Westerbork.[3] Vijftien van hen worden op 31 augustus naar Auschwitz gedeporteerd, vijf anderen gaan op 4 september. Zij komen allen om. Twee worden in 1943 naar Theresienstadt gedeporteerd. Zij overleven de oorlog en keren in 1945 terug naar Tilburg.

Tweede deportatiegolf, 9 april 1943

Op 29 maart 1943 wordt een beschikking bekendgemaakt van Rauter, de hoogste SS-er in Nederland, dat met ingang van 10 april een verblijfsverbod geldt voor alle Joden in de provincies Groningen, Friesland, Drenthe, Overijssel, Gelderland, Zeeland, Noord-Brabant en Limburg. Bij de plaatselijke politie moeten ze een ‘reisvergunning’ afhalen en hun huissleutels inleveren, waarna ze vervolgens kunnen vertrekken naar kamp Vught of (de zieken) naar Westerbork. Dertig gaan met een autobus naar Vught; van hen keren er na de oorlog vier terug. Vier gaan naar Westerbork en komen om.

Tussen beide deportatiegolven en vanaf april 1943 tot en met augustus 1944 zijn in Tilburg nog tal van Joden aangehouden, gedeporteerd en omgebracht. Ze zijn op straat aangehouden, bij toeval ontdekt op hun onderduikadres of verraden.

Deportatie Joodse Raad

Op 29 september 1943 zijn de nog in Tilburg aanwezige functionarissen van de afdeling Tilburg van de Joodse Raad met hun gezinnen gearresteerd en via Westerbork gedeporteerd. Van de in totaal twaalf personen komen er vijf om.

Omgekomen Tilburgse Joden

Van elders afkomstig en ondergedoken in Tilburg

Struikelstenen

De eerste struikelstenen in Tilburg zijn in april 2010 geplaatst voor het huis Dapperstraat 1 waar het gezin Van Dam woonde. Inmiddels liggen er in Tilburg – verspreid over de stad – 54 struikelstenen.

Bronnen

Regionaal Archief Tilburg

Literatuur

Externe links

Individuele personen

Kampen

Overige links

Noten

  1. Onderzoek van Jardena Gil (symposiumbundel 2016). Volgens De Beer en Kobes (‘Het leven gebroken’ 2002) woonden er op 1 oktober 1941 in Tilburg 256 Nederlandse Joden en 176 vluchtelingen. Croes en Tammes (‘Gif laten wij niet voortbestaan’ 2006) noemen een totaal aantal van 333.
  2. Zie https://www.jck.nl/nl/longread/chronologie-van-de-jodenvervolging voor een uitgebreid overzicht.
  3. een spoorverbinding van Hooghalen naar Westerbork kwam pas eind oktober 1942 gereed.