Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Fransman, Jonas Samuel

Jonas Samuel Fransman
Afbeelding gewenst
Volledige namen Jonas Samuel Fransman
Geboortedatum 01-03-1913
Geboorteplaats Rotterdam
Adres Slotstraat 8
Woonplaats Tilburg
Burgerlijke staat Gehuwd
Naam echtgeno(o)t(e) Mary van der Stam
Beroep Boekhouder
Overlijdensdatum 30-06-1944
Plaats van overlijden Midden-Europa

Geef de oorlog een gezicht!

Kun jij ons helpen met het schrijven van het levensverhaal van deze persoon?

Hoewel het meer dan 75 jaar geleden is dat er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog blijft het belangrijk de slachtoffers te herdenken. We willen door hun verhaal te vertellen de slachtoffers eren en de herinnering levend houden

Alle Tilburgse oorlogsslachtoffers zijn opgenomen in de Wiki Midden-Brabant en we streven er naar van ieder een levensbeschrijving en foto op te nemen.

Helaas hebben we van sommigen maar beperkte of soms helemaal geen informatie. We hebben jouw hulp nodig deze levensverhalen vast te leggen door ontbrekende informatie aan te vullen met verhalen of foto’s. We ontvangen je reactie graag via info@regionaalarchieftilburg.nl o.v.v. Wiki Oorlogsslachtoffers.

Fransman, Jonas Samuel (geb. Rotterdam 01-03-1913, gest. Midden-Europa 30-06-1944), boekhouder. Zoon van Benedictus Fransman (Amsterdam 13-07-1888, Auschwitz (PL) 18-11-1943) en Pauline Goldstein (Maastricht 04-08-1887, Auschwitz (PL) 18-11-1943). Hij was getrouwd met Mary van der Stam (Den Haag 05-05-1921, Auschwitz (PL) 11-02-1943). Zij kregen één dochter.

Achtergrond

Jonas Samuel Fransman werd op 1 maart 1913 in Rotterdam geboren als zoon van Benedictus Fransman en Pauline Goldstein. Hij trouwde op 15 april 1942 in Rotterdam met Mary van der Stam. Na zijn huwelijk trok hij in bij zijn ouders die in Den Haag een banketbakkerij hadden aan de Stuyvesantstraat 196. Toen de deportaties begonnen dook Jonas met zijn vrouw onder in Tilburg.
Jonas Fransman was de vader van Jopie Paulina

Deportatie

Op last van de SD in Den Haag arresteerde Tilburgse politie op 21 oktober 1943 in de woning Slotstraat 8 twee onderduikers, Jonas Samuel Fransman en zijn hoogzwangere vrouw Mary van der Stam. Eerder die dag waren bij invallen in huizen aan de Leenherenstraat en de Blazoenstraat drie familieleden aangehouden: Caroline Fransman, een zus, en de ouders van Jonas Benedictus Fransman en Pauline Fransman-Goldstein.[1] Omdat zijn vrouw op het punt stond te bevallen en men rekening hield met operatief ingrijpen, is zij onder politiebewaking opgenomen in het Sint Elisabethziekenhuis. Jonas werd opgesloten in het hoofdbureau van Politie. Toen op 1 november 1943 zijn dochter Jopie Paulina geboren werd mocht hij een paar uur bij zijn vrouw zijn in het ziekenhuis. Daarna ging hij de cel weer in. Jonas Samuel Fransman, zijn vrouw en zijn dochter zijn op 22 november 1943 vanuit Tilburg op transport gesteld naar Den Haag. Vervolgens zijn ze naar Westerbork overgebracht waar ze op 27 november aankwamen. Op 8 februari 1944 zijn ze gedeporteerd naar Auschwitz. Daar zijn zijn vrouw Mary en dochter Jopie bij aankomst op 11 februari 1944 vermoord. Jonas kwam op 30 juni 1944 ‘ergens’ in Midden-Europa om het leven.

Gebeurtenis

Bronnen

Regionaal Archief Tilburg

Literatuur

  • Ad van Liempt en Jan Kompagnie, Jodenjacht. De onthutsende rol van de Nederlandse politie in de Tweede Wereldoorlog (Amsterdam 2013).
  • J. Bader, Kroniek van 'n Vervolging, Joden in Tilburg, Waalwijk en omstreken (Soesterberg 2018).

Externe links

Noten

  1. Bij bovengenoemde arrestaties was verraad in het spel. Hoe de SD in Den Haag aan de adressen kwam is niet bekend. Feit is wel dat de jongste dochter, Caroline Fransman (Rotterdam 10-03-1919, Breda 26-04-2012) – naar eigen zeggen onder dreiging van deportatie – adressen van Joodse onderduikers doorgaf aan de SD in Den Haag. Zij opereerde onder de naam ‘Jopie van Amerongen’. In totaal zou zij 58 Joden verraden hebben. Op 11 februari 1947 veroordeelde het Bijzonder Gerechtshof in Den Haag haar – na een eis van twintig jaar – tot twaalf jaar gevangenisstraf en ontzetting uit beide kiesrechten voor het leven (Het Parool, 30-12-1946 en 11-01-1947).