Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Vermeeren, Adrianus Johannes Josephus

Jos Vermeeren
Jos Vermeeren.jpg
Jos Vermeeren
Volledige namen Adrianus Johannes Josephus
Geboortedatum 05-04-1933
Geboorteplaats Gilze
Adres Nerhoven A610, nu Nerhovensetraat 37
Woonplaats Gilze
Burgerlijke staat ongehuwd
Overlijdensdatum 27-02-1945
Plaats van overlijden Breda / St. Ignatiusziekenhuis
Bijzonderheden Omgekomen bij de inslag van een V1


Kun je het levensverhaal van dit oorlogsslachtoffer aanvullen? Of heb je een foto gevonden die we kunnen digitaliseren? Op de hoofdpagina van portaal Gilze en Rijen zie je hoe te reageren. Wij nemen graag contact met je op!

Vermeeren, Adrianus Johannes Josephus (geboren Gilze, 05-04-1933 – gestorven Breda, 27-02-1945), zoon van Josephus Vermeeren (1887-1960) en Johanna Gerardina van der Veeken (1892-1954)

Achtergrond

Jos Vermeeren werd op 5 april 1933 in Gilze geboren als zoon van Josephus Vermeeren, arbeider en Johanna Gerardina van der Veeken, huisvrouw. Hij was de jongste in het gezin van negen kinderen, vier jongens en vijf meisjes. Eén van de zonen, ook een Adrianus, overleed op driejarige leeftijd, nog voordat Jos geboren werd. Het gezin woonde op Nerhoven A610, nu Nerhovensetraat 37. Vader werkte bij de brouwer op Nerhoven. Moeder runde het drukke huishouden; de negen kinderen werden tussen 1917 en 1933 geboren. Jos overleed 11 jaar oud op 27 februari 1945 aan zijn verwondingen in het St. Ignatiusziekenhuis in Breda. De inslag van een V1 in de Lange Wagenstraat een dag eerder werd hem fataal. Hij stond daar samen met vele anderen in de rij bij de melkfabriek te wachten op de soep die regelmatig werd uitgedeeld.


Gebeurtenis

Het verhaal over de inslag van de V1 in de Lange Wagenstraat in Gilze vind je achter deze link

V1 in Gilze, Lange Wagenstraat – 26 februari 1945


Het verhaal over Jos verteld door Annie van Gestel-Willemen en Joke Timmermans-Bogaarts

Joke Timmermans-Bogaarts is familie van Jos; hij was het jongste broertje van haar moeder Anneke. Joke heeft hem niet meer gekend – ze is van december 1946 – maar kent wel de familieverhalen.

Annie Willemen was indertijd het 5-jarig buurmeisje van Jos. Ze woonde op A 609. Als 84-jarige (ze is van januari 1940) kan ze zich Jos en zijn familie nog goed herinneren.

“Jos, mijn 8-jarig zusje Corrie en ik gingen altijd met z’n drietjes soep halen bij de melkfabriek. Vanuit de Nerhoven over het Hippelpad naar de melkfabriek. Toon Klaassen deelde de soep uit. We kregen van ons moeder altijd de blauwe kan met hengsel mee en op de terugweg droegen Cor en ik die samen. Veel kinderen kwamen daar soep halen. Ik heb me altijd verbaasd dat ons moeder ons dat liet doen, zo jong als we waren, maar moeder zei altijd, dat kon vroeger op een dorp. Toen was het nog lang niet zo druk.”

“Die dag van de V1 ging de sirene af toen we net vertrokken waren. Ons moeder kwam ons achterna en riep dat we terug moesten komen. De sirene gaat! Corrie en ik gehoorzaamden. Maar Jos zei ‘nee ik loop door’. Moeder riep nog eens ‘Jos kom nou!’. Maar hij wilde die soep toch halen.” En daarmee liep Jos zijn dood tegemoet. Annie: “Ik heb me mijn leven lang gerealiseerd, dat als ons moeder niet geroepen had en wij niet geluisterd hadden, dan waren we er net als Jos niet meer geweest.”

Annie speelde vaak met Jos en dan vooral ook bij de militairen. “Zo klein als ik was in de oorlog, kroop ik altijd door de heg naar de buren. Want daar waren de militairen. Als ik op tafel een liedje zong dat ze me geleerd hadden, kreeg ik eten. In een legergroen bakje. En lekker dat dat was. De militairen vonden het ook leuk als de kinderen kwamen. Die hadden heimwee. Het liedje mocht ik trouwens thuis niet zingen van mijn ouders, want het was een vies liedje zeiden ze. Moeder riep me altijd terug als ik naar de buren kroop, maar de oma daar zei dan, och laat haar maar hier spelen. Jos speelde ook altijd bij de militairen. Vandaar het petje dat hij op de foto opheeft.”

Er stond bij de familie Vermeeren voor de inkwartiering van die militairen een grote tent in de tuin. Joke: “Opa en oma hadden veel grond. Opa moest ook met paard en wagen zand rijden voor de Duitsers om op het vliegveld de bomgaten dicht te gooien. Hij was geen boer, hij werkte bij den brouwer op de Nerhoven. Ze hadden wel een varken en een moestuin ” Anneke en Joke weten nog dat de Vermeerens een groot en gezellig gezin hadden. “Er werd bijvoorbeeld veel gekaart – ook voor het huis.”


Bij Annie thuis waren ook een periode militairen ingekwartierd. Eerst Duitse later Engelse officieren. Haar ouders hebben na de oorlog nog lang met enkelen van hen gecorrespondeerd. De officieren sliepen boven. Het gezin van Annie met z’n allen beneden. “Je hoorde ze dan stampen op de trap als ze naar boven gingen”.

Voordat die militairen bij Annie in huis zaten, kwamen er wel eens Duitsers langs om vader op te halen. Hij verstopte zich dan en de Duitsers doorzochten het huis. Ze vroegen de kleine Annie of ze wist waar vader was. Nee zei Annie dan, want ze wist dat ze dat niet mocht verklappen. Maar moeder stond intussen wel doodsangsten uit dat ze, zo klein als ze was, de schuilplaats toch zou verraden.

Of moeder Anneke en haar familie veel over de overleden Joske praatte? Joke: “Dat wilden ze wel, maar ik ben in december 1946 geboren, heb de oorlog niet meegemaakt, en vond die verhalen altijd eng. Ik wilde ze niet horen. Ik ging wel ieder jaar met mijn moeder, toen ze nog leefde, mee naar de dodenherdenking op 4 mei en ik ga nog steeds. Jos heeft een herdenkingsplaatje op het oorlogsmonument daar.” Annie is ook lang naar de dodenherdenking gegaan. “Maar ik kon er niet goed tegen; ik moest altijd op een stoel gaan zitten. Dat zal wel de angst voor de oorlog geweest zijn.”


Foto 1951 bij 25-jarig huwelijk – het gezin Vermeeren. Jos was er niet meer. Foto gezinsleden afzonderlijk met Jos rechtsonder – pet van de militairen op.



Externe links

Bronnen