Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Houben, Caspar: verschil tussen versies

 
(9 tussenliggende versies door 2 gebruikers niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
Deze fabriek wordt onderzocht door [[Putten, Rob van]]
+
Deze fabriek is onderzocht door [[Putten, Rob van]]
  
 
{{Infobox textielfabriek
 
{{Infobox textielfabriek
 
| naam          = C. Houben
 
| naam          = C. Houben
| afbeelding    = <foto><beeldonline>c6cec127-2508-482b-9284-ddf527b80ec0</beeldonline></foto>
+
| afbeelding    = <foto><beeldonline>4a51463a-9e4a-4d53-819f-e269ccd1e4d8</beeldonline></foto>
 
| onderschrift  =  
 
| onderschrift  =  
 
| type bedrijf  = Ververij
 
| type bedrijf  = Ververij
Regel 9: Regel 9:
 
| datum oprichting = 1852
 
| datum oprichting = 1852
 
| datum opheffing = 1885
 
| datum opheffing = 1885
| eigenaars / oprichters =  
+
| eigenaars / oprichters = Caspar Houben
 
| opvolging =  
 
| opvolging =  
| familieverbanden =  
+
| familieverbanden = Schoonvader van [[Spaendonck, V.J.A. van]]
| herkomst eigenaars / oprichters =  
+
| herkomst eigenaars / oprichters = Oirsbeck Duitsland
 
| herkomst vreemd kapitaal =  
 
| herkomst vreemd kapitaal =  
 
| innovatieve aspecten =  
 
| innovatieve aspecten =  
Regel 29: Regel 29:
  
 
==Algemene omschrijving==
 
==Algemene omschrijving==
Caspar Houben werd op 16 februari 1823 geboren in Oirsbeck (Duitsland). In 1850 stichtte hij een roodververij te Enschot onder de firmanaam C. Houben en Cie.   Medevennoot was Christiaan Lodewijk Busch (Aarle-Rixtel 25 december 1819–Enschot 19 augustus 1850) , een broer van eerdergenoemde Hermann. Toen Busch kort na de oprichting overleed, ging Houben voor eigen rekening alleen verder.  
+
Caspar Houben werd op 16 februari 1823 geboren in Oirsbeck (Duitsland). In 1850 stichtte hij een roodververij te Enschot onder de firmanaam C. Houben en Cie. Medevennoot was Christiaan Lodewijk Busch (Aarle-Rixtel 25 december 1819–Enschot 19 augustus 1850). Toen Busch kort na de oprichting overleed, ging Houben voor eigen rekening alleen verder. <br>
In 1851 trouwde hij in Tilburg met Antonetta Leonora Verbunt (*Tilburg 1826–†Tilburg 1894). Het daarop kwam Houben naar Tilburg, waar hij aan de Koningshoeven langs het riviertje de Leij een ververij begon. In 1853 werkten er 11 arbeiders en beschikte hij over vier kuipen.  
+
In 1851 trouwde hij in Tilburg met Antonetta Leonora Verbunt. Daarop kwam Houben naar Tilburg, waar hij aan de Koningshoeven langs het riviertje de Leij een ververij begon. In 1853 werkten er 11 arbeiders en beschikte hij over vier kuipen.  
 
Dat de onderneming floreerde blijkt uit het gemeenteverslag van 1856. Hier lezen we dat de ververij van Houben “niet alleen merkelijk is vergroot maar ook eene stoommachine aan dezelve is daargesteld.” Al in 1857 kwam er een tweede stoomketel, later nog gevolgd door een derde.  
 
Dat de onderneming floreerde blijkt uit het gemeenteverslag van 1856. Hier lezen we dat de ververij van Houben “niet alleen merkelijk is vergroot maar ook eene stoommachine aan dezelve is daargesteld.” Al in 1857 kwam er een tweede stoomketel, later nog gevolgd door een derde.  
Als roodverver nam Houben een financieel belang in twee fabrikanten van garancine (garancine = het rode pigment uit de meekrapwortel): de N.V. Zierikzeesche Garancinefabriek (1867) en de N.V. Goessche Garancinefabriek (1869).  De ironie wil, dat in 1868 twee Duitse chemici, Graebe en Lieberman er in waren geslaagd om alizarine – het actieve bestanddeel van garancine – te synthetiseren. Dat leidde al spoedig tot de ondergang van de meekrapteelt – in Nederland voornamelijk geconcentreerd op de Zuid–Hollandse en Zeeuwse eilanden – en tot sluiting van de garancinefabrieken. In 1881 waren alle garancinefabrieken in Nederland buiten bedrijf.   
+
Als roodverver nam Houben een financieel belang in twee fabrikanten van garancine (garancine = het rode pigment uit de meekrapwortel): de N.V. Zierikzeesche Garancinefabriek (1867) en de N.V. Goessche Garancinefabriek (1869).  <br/> De ironie wil, dat in 1868 twee Duitse chemici, Graebe en Lieberman er in waren geslaagd om alizarine – het actieve bestanddeel van garancine – te synthetiseren. Dat leidde al spoedig tot de ondergang van de meekrapteelt – in Nederland voornamelijk geconcentreerd op de Zuid–Hollandse en Zeeuwse eilanden – en tot sluiting van de garancinefabrieken. In 1881 waren alle garancinefabrieken in Nederland buiten bedrijf.   
 
En zoals de synthese van alizarine het einde betekende van de meekrapteelt in West-Europa, luidde de industriële productie van indigo rond 1900 de ondergang in van de indigoteelt in Bengalen (Brits–Indië) en op Java.
 
En zoals de synthese van alizarine het einde betekende van de meekrapteelt in West-Europa, luidde de industriële productie van indigo rond 1900 de ondergang in van de indigoteelt in Bengalen (Brits–Indië) en op Java.
Toen Houben zich in 1885 terugtrok uit zijn onderneming werd het bedrijf voortgezet door zijn zoons Caspar Maria Hubert (*Tilburg 1862–†Tilburg 1918) en Joseph Maria Casper (*Tilburg 1863-†Tilburg 1937). Hij bleef echter actief als ondernemer: samen met Johan de Bosson richtte hij in 1885 in Zevenbergen de beetwortelsuikerfabriek ‘De Phoenix’ op  en in 1888 was hij – samen met Vincent van Spaendonck – een van de oprichters van de N.V. Oestercultuurmaatschappij Poseidoon te Bergen op Zoom.   
+
Toen Houben zich in 1885 terugtrok uit zijn onderneming werd het bedrijf voortgezet door zijn zoons Caspar Maria Hubert en Joseph Maria Casper. Hij bleef echter actief als ondernemer: samen met Johan de Bosson richtte hij in 1885 in Zevenbergen de beetwortelsuikerfabriek ‘De Phoenix’ op  en in 1888 was hij – samen met Vincent van Spaendonck – een van de oprichters van de N.V. Oestercultuurmaatschappij Poseidoon te Bergen op Zoom.   
 
Caspar Houben, die op 17 juni 1873 genaturaliseerd werd tot Nederlander, speelde ook een rol in het maatschappelijk leven. Zo was hij regent van het R.K. Gasthuis en vanaf 1878 tot zijn dood lid van de gemeenteraad. Hij bezat veel onroerend goed, en maakte door het afstaan van enkele hoeven en 50 hectare grond de stichting mogelijk van de abdij van de paters trappisten in 1881. Hij overleed in Tilburg op 8 januari 1899.  
 
Caspar Houben, die op 17 juni 1873 genaturaliseerd werd tot Nederlander, speelde ook een rol in het maatschappelijk leven. Zo was hij regent van het R.K. Gasthuis en vanaf 1878 tot zijn dood lid van de gemeenteraad. Hij bezat veel onroerend goed, en maakte door het afstaan van enkele hoeven en 50 hectare grond de stichting mogelijk van de abdij van de paters trappisten in 1881. Hij overleed in Tilburg op 8 januari 1899.  
De ververij C. & J. Houben werd in 1918 overgenomen door de firma Van den Bergh-Krabbendam en drie jaar later omgezet in de naamloze vennootschap ‘De Hoeve’.  In 1943 werd deze N.V. geliquideerd.  
+
C. & J. Houben werd in 1918 overgenomen door de firma [[BEKA Van den Bergh Krabbendam]] en drie jaar later omgezet in [[Hoeve, N.V. Wollenstoffenververij de]].  In 1943 werd deze N.V. geliquideerd.
  
 
==Gezinskaart==
 
==Gezinskaart==
Regel 44: Regel 44:
  
 
==Bronnen==
 
==Bronnen==
 +
* Rob van Putten. ‘Lakenververijen in Tilburg in de 19e eeuw’. In: ''‘TILBURG’, tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur'', 32, p. 1-10 (2014).
  
[[Categorie:Tilburgs_Lexicon]]
 
 
[[Categorie:Twee_eeuwen_Tilburgse_textielfabrieken]]
 
[[Categorie:Twee_eeuwen_Tilburgse_textielfabrieken]]
 
[[Categorie:Ververij]]
 
[[Categorie:Ververij]]
 +
[[Categorie:Tilburgs_Lexicon]]

Huidige versie van 23 jul 2021 om 16:01

Deze fabriek is onderzocht door Putten, Rob van


C. Houben
Type bedrijf Ververij
Vestigingsadres Koningshoeven
Datum oprichting 1852
Datum opheffing 1885
Eigenaars / oprichters Caspar Houben
Familieverbanden Schoonvader van Spaendonck, V.J.A. van
Herkomst eigenaars / oprichters Oirsbeck Duitsland

Algemene omschrijving

Caspar Houben werd op 16 februari 1823 geboren in Oirsbeck (Duitsland). In 1850 stichtte hij een roodververij te Enschot onder de firmanaam C. Houben en Cie. Medevennoot was Christiaan Lodewijk Busch (Aarle-Rixtel 25 december 1819–Enschot 19 augustus 1850). Toen Busch kort na de oprichting overleed, ging Houben voor eigen rekening alleen verder.
In 1851 trouwde hij in Tilburg met Antonetta Leonora Verbunt. Daarop kwam Houben naar Tilburg, waar hij aan de Koningshoeven langs het riviertje de Leij een ververij begon. In 1853 werkten er 11 arbeiders en beschikte hij over vier kuipen. Dat de onderneming floreerde blijkt uit het gemeenteverslag van 1856. Hier lezen we dat de ververij van Houben “niet alleen merkelijk is vergroot maar ook eene stoommachine aan dezelve is daargesteld.” Al in 1857 kwam er een tweede stoomketel, later nog gevolgd door een derde. Als roodverver nam Houben een financieel belang in twee fabrikanten van garancine (garancine = het rode pigment uit de meekrapwortel): de N.V. Zierikzeesche Garancinefabriek (1867) en de N.V. Goessche Garancinefabriek (1869).
De ironie wil, dat in 1868 twee Duitse chemici, Graebe en Lieberman er in waren geslaagd om alizarine – het actieve bestanddeel van garancine – te synthetiseren. Dat leidde al spoedig tot de ondergang van de meekrapteelt – in Nederland voornamelijk geconcentreerd op de Zuid–Hollandse en Zeeuwse eilanden – en tot sluiting van de garancinefabrieken. In 1881 waren alle garancinefabrieken in Nederland buiten bedrijf. En zoals de synthese van alizarine het einde betekende van de meekrapteelt in West-Europa, luidde de industriële productie van indigo rond 1900 de ondergang in van de indigoteelt in Bengalen (Brits–Indië) en op Java. Toen Houben zich in 1885 terugtrok uit zijn onderneming werd het bedrijf voortgezet door zijn zoons Caspar Maria Hubert en Joseph Maria Casper. Hij bleef echter actief als ondernemer: samen met Johan de Bosson richtte hij in 1885 in Zevenbergen de beetwortelsuikerfabriek ‘De Phoenix’ op en in 1888 was hij – samen met Vincent van Spaendonck – een van de oprichters van de N.V. Oestercultuurmaatschappij Poseidoon te Bergen op Zoom. Caspar Houben, die op 17 juni 1873 genaturaliseerd werd tot Nederlander, speelde ook een rol in het maatschappelijk leven. Zo was hij regent van het R.K. Gasthuis en vanaf 1878 tot zijn dood lid van de gemeenteraad. Hij bezat veel onroerend goed, en maakte door het afstaan van enkele hoeven en 50 hectare grond de stichting mogelijk van de abdij van de paters trappisten in 1881. Hij overleed in Tilburg op 8 januari 1899. C. & J. Houben werd in 1918 overgenomen door de firma BEKA Van den Bergh Krabbendam en drie jaar later omgezet in Hoeve, N.V. Wollenstoffenververij de. In 1943 werd deze N.V. geliquideerd.

Gezinskaart

Opmerkingen

Bronnen

  • Rob van Putten. ‘Lakenververijen in Tilburg in de 19e eeuw’. In: ‘TILBURG’, tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, 32, p. 1-10 (2014).