In 1926 werd door medewerkers van
D'n Atelier de Tilburgse Hengelaars Vereniging De Rietvoorn opgericht. In de oorspronkelijke notulen staat vermeld dat ‘de oprichting uitsluitend tot doel heeft de beoefening van de hengelsport met daarbij de wenschelijkheid om door samenwerking te voorkomen dat visch uit het Wilhelminakanaal stelselmatig wordt uitgeroeid door het leeg visschen met treknetten enz’. Toen de vereniging in 1926 toetrad tot de Algemene Hengelaars Bond moest zij de clubnaam veranderen, omdat er al een Rietvoorn bestond. De nieuwe naam werd De Ruischvoorn en enige tijd later werden reeds veertig leden geteld. Vanaf 1927 was er sprake van de Koninklijke Erkende Hengelaars Vereniging De Ruischvoorn. In 1927 verwierf de club het eerste visrecht van Tilburg in het
Wilhelminakanaal. Later werden visrechten verkregen in onder meer het Land van Heusden en Altena, West-Brabant de Meijerij en in alle wateren in de gemeente Tilburg. In de hoogtijdagen had De Ruischvoorn zo’n 5000 leden en tegenwoordig zijn dat er nog altijd 3500. Deze zijn actief in zes afdelingen. Tilburg kent ook de hengelsportverenigingen
KETHV Den Brasem en Sint Petrus en Paulus.
