Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P van Riel - Van der Schoot
Deze fabriek is onderzocht door Kleijberg, Claudy
| N.V. Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P. van Riel - van der Schoot | ||
| ||
| Type bedrijf | Kunstwolfabriek | |
| Vestigingsadres | Trouwlaan 23, 25, 27, 29 | |
| Datum oprichting | 28 augustus 1919 | |
| Datum opheffing | 16 januari 1925 | |
| Eigenaars / oprichters | Piet van Riel en Henri van Riel | |
| Opvolging | Riel-Appels, v/h P. van Riel-van der Schoot, H. van | |
| Familieverbanden | achterneven | |
| Herkomst eigenaars / oprichters | Tilburg | |
| Herkomst vreemd kapitaal | eigen geld | |
Inhoud
Algemene omschrijving
De N.V. Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P. van Riel - van der Schoot werd opgericht met ingang van 28 augustus 1919, na de verkregen Koninklijke goedkeuring op 7 juli 1919. De vennootschap, tussen Piet van Riel en Henri van Riel, beiden koopman, werd vastgelegd voor vijftig jaar door notaris C.J.M. Heufke, met als doel, het fabriceren van kunstwol en effloché in de meest uitgebreide zin, mede de handel daarin en in aanverwante artikelen.
Bestuur
In het bestuur H. A. B. van Riel als directeur, onder toezicht van de Raad van commissarissen. Bestaande uit de heren Adrianus Henricus van Riel [1], Adrianus Jacobus Norbertus van der Schoot als commissarissen en P.H.L van Riel als gedelegeerd commissaris en voorzitter.
Op 20 juni 1921 werden in de akte van N.V. Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P. van Riel - van der Schoot wijzigingen aangebracht. Het vestigingsadres werd Trouwlaan 23, 25, 27 en 29. Adrianus Jacobus Norbertus van der Schoot werd als commissaris vervangen door de heer Donders, wonende Poststraat 42 in Tilburg.
Maatschappelijk kapitaal
Tweehonderdduizend gulden verdeeld in tweehonderd aandelen á duizend gulden, waarvan honderdduizend gulden geplaatst.
Ter volstorting werd door P. van Riel een totaalbedrag van zesennegentigduizend gulden ingebracht aan machines, gereedschappen, elektrische geleidingen en contant geld. Door H. van Riel werd vierduizend gulden contant ingebracht, goed voor vier aandelen. Het resterende vrijblijvende kapitaal diende tien jaar na heden geplaatst te zijn.
Op 14 oktober 1919 werd op verzoek van P.H.L. van Riel alsnog schriftelijk vastgelegd, dat de aandelen in zijnde bezit, bij overlijden zullen worden verkocht, enkel en alleen aan comparant H.A.B. van Riel en dus uitgesloten aan derden.
Uitbreidingen en Verbeteringen
31 december 1919 werd er vergunning gevraagd voor de inrichting van een bewaarplaats in een nieuw gebouw aan de Trouwlaan. Dit gebouw werd door een scheidingsmuur in tweeën gedeeld waarbij de ene helft diende voor het bewaren van wollen, halfwollen en katoenen lompen. Het andere gedeelte ter bewaring van oud koper en voor autogarage. Hierbij werd ook een verplichte brandkraan met toebehoren aangebracht.
8 april werd er vergunning verleend aan het adres Trouwlaan 27-29 voor een opslagplaats van oud ijzer. Onder voorwaarden dat er een muur moest worden gebouwd van 11 cm dik en 2.25 m hoog, op de scheiding met naastgelegen perceel.
29 augustus 1923 werd vergunning verleend ter uitbreiding van een bewaarplaats voor beenderen. Vanzelfsprekend kwam hier tegen bezwaar van omwonenden, omdat het hier niet ging om oude knopen. De vergunning werd daarom onder voorwaarden verstrekt, waarbij de nodige aanpassingen moesten worden aangebracht die aan de strenge eisen moesten voldoen.
Opheffing
Op 16 januari 1925 werd de firma N.V. Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P. van Riel - van der Schoot opgeheven.
Vanaf 25 augustus 1925 handelde aan het adres Trouwlaan 27 de firma H. van Riel-Appels, v/h P. van Riel-van der Schoot met H.A.B. van Riel als enige eigenaar en wonende aan de Korvelseweg 34. Die firma werd per 9 december 1930 failliet verklaard.
Vanaf april 1932 tot maart 1933 handelde aan het adres Trouwlaan 23 de firma P.J.van Gorkom, fabrikant van bedvulling en handel daarin.
Gezinskaart
Voorheen P. van Riel-Van der Schoot
Hoewel het hier om een kunstwolfabriek betreft was P.H.L van Riel goed in het weven van diverse firma's, die hij op naam had staan. In 1903 werd er een vergunning verstrekt voor oprichting van een magazijn aan de Vincentiusstraat, onder de handelsnaam P. van Riel-Van der Schoot. Aanvrager en eigenaar was P. H. L. van Riel, hij is daarnaast ook eigenaar en oprichter van de firma P. H. L. van Riel.
In het hier bovengenoemde magazijn werd een wolmolen en gasmotor geplaatst van 15 pk vermogen. Twee jaar later werden fabrieksgebouwen uitgebreid met verbeteringen toegepast waaronder een stoomketel 20 pk en stoommachine 16 pk. Een jaar later werd de stoomketel alweer vervangen.
In 1914 vroeg P. van Riel vergunning voor de oprichting voor zijn kunstwolmalerij, welke was gevestigd aan de Trouwlaan 29. Deze malerij werd elektrisch aangedreven door een elektromotor met een vermogen van 12 pk, waar in korte tijd nog eens 4 elektromotoren werden bijgezet.
Het pand werd ook uitgebreid en in 1915 verkreeg hij de vergunning voor de inrichting van een kunstwolfabriek.
In 1919 is de firma omgezet naar een N.V. en de handelsnaam werd gewijzigd in N.V. Tilburgsche Kunstwolfabriek v/h P van Riel - Van der Schoot
Bronnen
• BHIC Handelsregister Toegang 404 A - dossier nrs. 1441, 880, 2106, 3650
• Notariële akte nr.698 C. J. M. Heufke 1919
• Nieuwe Tilburgsche Courant
• Nederlandse Staatscourant van 26 en 27 september 1919 nr. 207