Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Stropen

De prehistorische Tilburgers stroopten de omgeving af op zoek naar wild. En stropen, dat zijn de Tilburgers blijven doen, althans een aantal van hen. In 2005 bijvoorbeeld werden tijdens een gerichte politieactie drie Tilburgers aangehouden. Zij waren vanuit auto’s met drie ‘lange honden’ aan het stropen tussen Haghorst en Moergestel. Tilburgers hebben altijd relatief veel gestroopt, zowel als ‘sport’ en als middel om aan vlees te komen. Vanuit Tilburg kon veel worden gestroopt, omdat de stad van alle kanten door natuur is omgeven. Behalve op wild, hadden de stropers het op vis voorzien, zoals paling en snoek. En ook de stroperij van vogels kwam veel voor. Dat gebeurde onder meer met buntstengels die met lijm werden ingesmeerd. Wanneer een stroper tussen de elzentakken een klad sijzen had ontdekt, bevestigde hij een lijmstokje aan het topje van een hengel. Voorzichtig naderde hij een vogeltje om het vervolgens letterlijk te lijmen. Andere gebruikte methoden waren vogelvangkooien, vallen en slag- en treknetten. Alle methoden vroegen om een behendigheid dat gerekend mag worden tot de volkscultuur.