Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Leemputten

Rijdend over de Heusdensebaan richting Rijksweg ziet u links een gebied waar grootschalige zandwinning heeft plaatsgevonden. Rechts ziet u een gebied van oude kleinschalige leemwinning. Dit zijn dus oude leemputten. Aan de noordrand van de putten bevinden zich enkele weilanden die via zomen en mantels over gaan in houtwallen. Beheerders zetten grote grazers in om op een extensieve manier de randen en een gedeelte van de oevers open te houden. Op de voormalige (spoor)dijken en dammen staat opslag van elzen en wilgenhakhout. Het resultaat is een mozaïek van percelen weiland en onregelmatig gevormde leemputten die in grootte variëren van 0.2 tot 2 ha. De voeding van de putten met betrekkelijk zacht (basisch) grondwater staat garant voor een rijke flora. Pionierplanten als kruipende waterweegbree en moeraswolfsklauw treft men hier aan. Aan de oever groeien onder andere oeverkruid, moeraswederik en watermunt. In het water groeit gesteeld glaskroos, pilvaren, oeverkruid, teer vederkruid, waterpostelein, grote en stijve waterranonkel en glanzig fonteinkruid. Bijzondere insecten als de heidelibelle en de kleine roodoogjuffer kan men er zomers aantreffen. De putten zijn zeer rijk aan amfibieën met bijzondere soorten als de heidekikker, boomkikker, vinpoot- en kamsalamander. Om hun biotoop te versterken zijn in de omgeving enkele poelen gegraven. Daar omheen wordt de ontwikkeling van braamstruweel gestimuleerd. Bij het in fasen graven van de grote plas “Brabandshoek” (1970-1997) zijn eilanden uitgespaard en is een grillige oeverlijn gecreëerd, met afwisselend flauwe en steile taluds. Ook de waterdiepte varieert, waardoor er een zeer gevarieerd begroeide plas is ontstaan. Op permanent droge plekken zijn bossen ontstaan met berken en op tijdelijk droogvallende gedeelten bossen van wilgen en elzen. Op deze manier ontwikkelde zich een 50 ha. groot gebied met open water, eilanden en oeverzones. Op een van de eilanden is een wal afgestoken waar de oeverzwaluw zich genesteld heeft. De plas met zijn slikkige oevers is een waar eldorado geworden voor vele soorten watervogels. Kleine plevier en oeverloper lopen zenuwachtig de oevers af te struinen op zoek naar voedsel tussen nijlganzen en Canadese ganzen, terwijl verderop in het water aalscholver en fuut duiken naar vis. Een vogelkijkhut ten zuiden van Huize Assisië maakt het mogelijk om al deze activiteiten in elk jaargetijde te observeren.