Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Jos Raaijmakers

Jos Raaijmakers
1 Jos Raaijmakers NW Guinea.jpg


Jos Raaijmakers
1 Jos Raaijmakers NW Guinea (3).jpg
Jos Raaijmakers voor de telecommunicatiewagen.


Jos Raaijmakers vertrok op 4 mei 1962 naar Nieuw-Guinea. Hij was toen al 21 en ouder dan de meeste dienstplichtige soldaten. Dat kwam omdat Jos na de Landbouwschool het Odulphuslyceum had doorlopen en pas daarna werd opgeroepen voor militaire dienst. Jos was opgeroepen op de kazerne van Ossendrecht voor de basisopleiding en volgde daarna de kaderopleiding in Ede. Daarna volgde een radaropleiding ten behoeve van mobiele troepen en Jos werd gelegerd in Steenwijkerwold. Met de toenemende onrust op Nieuw-Guinea moesten meer troepen naar het oorlogsgebied. De onderdelen van Appingendam en Oirschot werden aangewezen om naar Nieuw-Guinea te gaan, maar de daar werkende oudere militairen bleven buiten beeld en werden vervangen door militairen van andere kazernes. Er was behoefte aan radardeskundigen en zo kwam het dat Jos eerst werd overgeplaatst naar Appingendam en van daar werd uitgezonden naar Nieuw Guinea.

Jos kwam terecht op Biak, het noordelijkste van twee eilanden in de Vogelbekbaai. Daar lag het enige vliegveld waar grote vliegtuigen als een DC8 konden landen. Van daar af vervoerden kleinere vliegtuigen soldaten en goederen naar vliegvelden in de binnenlanden, zoals van Mandenau. Jos werd belast met het technisch onderhoud van de radarsystemen. Biak had intussen een zwarte geschiedenis. Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het een basis voor de Japanners voor hun veroveringen in Zuid-Oost Azië. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog werden de Japanners er aangevallen door de Amerikanen. Wat de Amerikanen echter niet wisten was dat Biak grote ondergrondse grotten heeft, waar de Japanners zich schuil hielden. Vanuit die grotten waren de Japanners aanvankelijk in het voordeel. Later lieten de Amerikaanse troepen brandende olie in de grotten lopen. Er sneuvelden tienduizenden Amerikanen en Japanners. Rondom het eiland lagen in 1962 nog altijd de verroeste Amerikaanse schepen. In 1962 was het opnieuw onrustig op Nieuw-Guinea. De Nederlandse aanwezigheid liep op een eind. Indonesië dropte para’s in de oerwouden, die vanuit het oerwoud aanvallen op Nederlandse kazernes uitvoerden. Dit leidde tot een permanente staat van paraatheid en tot menig vuurgevecht. Vele para’s werden krijgsgevangen genomen en gevangen gezet op het eiland Japen in de Vogelbekbaai.

Op 15 augustus werd de Vrede van New York getekend. Maar eind september kwamen er nog altijd onderzeeërs boven water die van niks wisten. Ook de Nederlandse militairen waren niet echt op de hoogte. Het enige contact met de buitenwereld waren de twee vliegtuigen die er wekelijks landden, een op zondagavond en een op donderdagavond. Het was er intussen onrustig en onveilig, maar de Nederlandse soldaten voelden de onveiligheid niet. Ze waren tot de tanden toe bewapend.

Jos Raaijmakers vertelde dat bij verblijf in het oerwoud – en dat was voor de radarploegen vijf van de zes weken – de militairen steeds hetzelfde eten kregen, ’s morgens rijst, spinazie en cornedbeef, ’s middags rijst, spinazie en cornedbeef, ’s avonds nog een keer en de volgende dag weer. De soldaten raakten dat zeer tegengegeten. Jos trok het oerwoud in en schoot een boomkangoeroe.