Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Jan de Jong, keeper

Op 27 augustus 1947 verklaarde de K.N.V.B. de uitslag van de wedstrijd S.S.S.3 tegen Broekhoven Vooruit 3, gespeeld op 8 juni, ongeldig. S.S.S. had een streek uitgehaald. Er waren twee spelers bij S.S.S. met de naam Jan de Jong. De ene was keeper in het eerste elftal, de andere was ook keeper maar in het derde. In de cruciale wedstrijd van 8 juni van S.S.S. 3 tegen Broekhoven stelde S.S.S. niet de Jan de Jong van het derde elftal op, maar de Jan de Jong van het eerste elftal. De club kreeg 5 gulden boete, maar wat erger was, de K.N.V.B. schorste voorzitter Jan de Bruin en secretaris Kees van de Ven voor het leven. Jan de Bruin legde wel zijn voorzitterschap neer, maar bleef gewoon deelnemen aan de bestuursvergaderingen van S.S.S. In 1962 zette de K.N.V.B. de straf om in een tijdelijke schorsing.

Jan de Jong (1918-1978) begon meteen na het doorlopen van de lagere school bij Pieter van Dam als bakker en broodbezorger. Ook zijn zus Miet werkte daar. Miet was toen getrouwd met Cornelis van Son uit Drunen die op 8 februari 1946, de verjaardag van Miet, overleed. Miet is later getrouwd met Theo Doevelaar en vertrokken naar Enschede. Jan bezorgde het brood met de bakfiets. Zo ook in de Groenstraat. Hij kende er bijna alle inwoners. Een van hen was Adrianus van der Meer, de Schout genoemd, die getrouwd was met Catharine Antoinetta Doevelaar uit Enschede. Zij was coupeuse en een zuster van Theo Doevelaar, de tweede echtgenoot van Miet de Jong. Toen Jan bij zijn trouwen een huis zocht, kwam hij via Janus van der Meer aan het pand Groenstraat 34. Janus was eigenaar van Groenstraat 34 en 36 en woonde zelf op 36. Zo werd Jan buurman van Janus en Catharina (tante Tine) van der Meer. Aan de andere kant woonde notaris Huenges.

Jan was fervent voetballer. Hij was keeper, eerst in het voetbalelftal van de jeugdafdeling van de Werkliedenvereniging en later in het eerste elftal van RKSSS. Tijdens de Tweede Wereldoorlog heeft het volgende voorval plaatsgevonden wat heel Udenhout in rep en roer bracht. Bij Kees van Iersel, voorzitter van RKSSS in 1940, kwamen drie Duitsers vragen of ze een wedstrijd mochten spelen tegen “de Udenhoutse Mannschaft”. Na lang aarzelen werd door de voorzitter toegestemd. Echter, er werd niet gespeeld onder de vlag van RKSSS maar door “een aantal Udenhoutse jongeren”. Uitslag: 6-1 voor RKSSS. Deze wedstrijd had echter wel de nodige gevolgen. RKSSS kwam op een zwarte lijst te staan en na de oorlog kwam de inschrijving van RKSSS bij de KNVB voor de nieuwe competitie maar niet tot stand. De bestuursleden Kees van den Brand en Kees van de Ven reisden diverse malen naar de KNVB in Breda om de zaak te bepleiten. Dit resulteerde in het feit dat de Zuiveringscommissie met de volgende uitspraak kwam: “SSS trof geen blaam en had geen anti-Nederlandse daad verricht”. Daarom kon RKSSS alsnog in de week van de aanvang van de competitie meedoen.