Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Gesneuvelde Canadese soldaten

In de nacht van 16 op 17 juni 1944 omstreeks 1.30 uur stortte in Biezenmortel een Engelse viermotorige bommenwerper neer. De romp van het vliegtuig lag op de Biezenmortelsestraat nabij de Capucijnenstraat. Het vliegtuig werd bemand door zes Canadese- en één Engelse vlieger. De Engelse soldaat heeft de noodlanding overleefd en werd door de Feldgendarmerie uit Den Bosch vervoerd naar het Kriegslazaret in Tilburg. De zes Canadese soldaten waren uit het vliegtuig geslin-gerd en vrijwel meteen overleden. Het waren:

  • 1. Joseph Maxwell Mc Pherson (Air Gnr.) uit Blenheim, Ontario in Canada, 22 jaar. Het lichaam van Mc Pherson werd gevonden op het erf van de boerderij van Frans Kuijpers op Scheurenhoef (Gijzelsestraat).
  • 2. Edmund Guinan (Flt. Engr.) uit Liverpool, 32 jaar. Zijn lichaam werd gevonden op een perceel weiland van Frans van de Pas aan de Biezenmortelsestraat.
  • 3. Alan Gilmore Fairless (piloot) uit Medicine Hat, Alberta, Canada, 28 jaar. Ook Fairless werd gevonden op het weiland van Frans van de Pas.
  • 4. Herbert Grant Robinson (navigator) uit Nort Vancouver, British Columbia in Canada, 24 jaar. Het lichaam werd gevonden op een perceel weiland van de landbouwer Schapendonk.
  • 5. George O. Massicotte (bommenrichter). Zijn lichaam werd gevonden op het land van W.van den Bersselaar.
  • 6. Donald Clifford Mc Pherson, begin 20. Zijn lichaam werd gevonden in het bos van W.Martens.

Deze zes gesneuvelde Canadese soldaten zijn begraven op het kerkhof van Biezenmortel.

In oktober 1945 schrijft waarnemend burgemeester Meuwese een brief aan de zus van J.Mc Pherson, als volgt: Ik heb uw brief van 24 september ontvangen. Gaarne voldoe ik aan uw verzoek om u meer bijzonderheden te geven met betrekking tot uw broer J.J.Mc.Pherson. Hij is inderdaad in deze gemeente begraven. Over de wijze van neerkomen en zorg heb ik een rapport bijgesloten van de sergeant van de Koninklijke Bereden Politie, de heer D.Ravenstein, die persoonlijk bij alle ceremonies aanwezig is geweest en deze geregeld heeft. Ik kan u verzekeren dat, niettegenstaande het verbod van de Duitsers, alles is gedaan om uw broer op de meest godsvruchtige wijze de laatste eer te bewijzen. Dit was ook onze plicht, omdat hij was gevallen voor onze bevrijding. Ik kan u verder verzekeren dat de grootste zorg is besteed aan zijn graf.

Na de bevrijding zijn er zes Canadese soldaten omgekomen bij het ongeluk achter aan de Loonse Molenstraat. Zij vervoerden met hun tank mijnen, die door Jan van de Wouw waren opgegraven. De Canadezen hadden opdracht de explosieven in de duinen onschadelijk te maken. Achter aan de Loonse Molenstraat reden ze met hun tank door een diepe kuil. De kisten met mijnen gingen schuiven, de ontsteking kwam in werking en alle mijnen ontploften. Enkele soldaten waren op slag dood, anderen overleden op weg naar het ziekenhuis. Slechts één van hen overleefde de ramp.