Gebroeders Salastraat (Tilburg)
| Stadsdeel: | Noord |
|---|---|
| Wijknaam: | Industrieterrein Kraaiven |
| Datum besluit: | B & W 8 juni 1961 |
| Jaar: | 1960 |
De straat lopende vanaf de Zevenheuvelenweg ten oosten van de Gebr. Kieckensstraat zuidwaarts tot de Ledeboerstraat.
[Copyright foto: www.elsfranken.nl (2008)]
Herkomst
Briefhoofd van sigarenfabriek Sala & Co aan de
(>) Alleenhoudersstraat in 1918.
De familie Sala is afkomstig uit Vesino (Como) in Italië. De
gebroeders Louis (Ludovicus Josephus) en Sebald Sala waren zonen
van Louis Joseph Sala en Helena Boeracker. Zij bekwaamden zich in
Aken in de wollenstoffenfabrikage en stichtten in Tilburg een met
stoom aangedreven fabriek. Aanvankelijk waren zij geassocieerd met
de beide zwagers van Sebald, de gebroeders Kieckens. In het
adresboek van 1879 staat achter hun namen lid der firma Kieckens & Sala. In 1881 wordt F.F.C. Kieckens (geb. 2 augustus
1853) nog fabrikant in wollen stoffen genoemd van de firma
Kieckens en Sala. De vennootschap Gebr. Sala is
opgericht in 1882. Het bedrijf had een stoomketel met een
capaciteit van 35 pk, en was gevestigd in de voormalige
wollenstoffenfabriek van Willem Versterre, gelegen tussen de
Tuinstraat en de Telegraafstraat.
De fabriek van Sala is in de nacht van 13 op 14 augustus 1887
afgebrand, herbouwd, maar op 17 augustus 1888 opnieuw afgebrand. De
fabriek is daarna niet meer herbouwd. In 1889 werd de vennootschap
ontbonden, en Sebald Sala verkocht zijn deel aan zijn broer, die
daarmee enig eigenaar werd van het perceel. In 1900 is Louis Sala
wollenstoffenfabrikant en Sebald agent in machinerieën. De
adresboeken van 1902 en 1911 geven een wollenstoffenfabriek fa.
Louis Sala jr. aan de IJzerstraat. Volgens het kadaster stond
hier slechts een pakhuis, dus waarschijnlijk handelde Louis Sala
alleen maar in wollen stoffen. In 1931 vestigde zich hier wasserij
en stomerij Buddemeijer (IJzerstraat 20).
Op 30 maart 1904 wordt door Sebald Sala een vergunning voor een sigarendrogerij in de Goirkestraat aangevraagd, en op 21 november 1908 krijgt de firma Sala & Co een vergunning tot het oprichten van een sigarenfabriek met drogerij aan de Stedekestraat 24. Dit pand was een bestaand fabrieksgebouw dat vroeger voor hetzelfde doel werd gebruikt. Op 7 december 1913 brandde deze fabriek af. Later was hier de vogelkooienfabriek van de fa. Van Dijk gevestigd; ook dit bedrijf werd (in 1960) door brand verwoest.
Op 6 mei 1914 werd de tekening voor een nieuwe sigarenfabriek aan de Alleenhouderstraat ingediend. Architect was W.J.H. Bouman. Blijkens het briefhoofd, waarop deze nieuwe fabriek staat afgebeeld, was de firma speciaal ingericht voor exportverpakking. De firma Sala & Co is tenslotte in 1924 opgeheven, de gebroeders waren toen al lang overleden. In de fabriek aan de Alleenhouderstraat (ter hoogte van de huidige Arke Noëstraat) was later gloeilampenfabriek 'Lumax' gevestigd; ook deze fabriek brandde af, op 8 januari 1950.
Over de gebroeders Sala zijn nog een aantal persoonlijke gegevens gevonden. Louis Joseph Sala werd geboren te Reek op 9 juli 1849. Op 6 februari 1874 was hij vanuit Aken naar Tilburg gekomen. Hij was getrouwd met Justina Johanna Petronella Jacoba Welij (1852-1911). Hij woont in 1879 in de Zomerstraat M 188, in 1900 aan de Spoorlaan N 280 en is op 19 maart 1911 te Tilburg overleden. Sebaldus Josephus Johannes Sala werd geboren te Reek op 22 november 1850 en kwam op 6 februari 1874 vanuit Eindhoven naar Tilburg. Hij was getrouwd met Angelina Johanna Adriana Kieckens (geb. Tilburg 2 september 1849, dochter van heel- en vroedmeester F.B.G. Kieckens en A.C. v.d. Eeden). Sebald woonde in 1879 aan het Koningsplein N 154, in 1900 aan de Bosscheweg N 481 en wordt in 1910 handelsagent genoemd. Hij overleed te Tilburg op 20 september 1912.
In de Nieuwe Tilburgsche Courant verscheen op 27 juni 1901 het
bericht dat de Tilburger Sebald Sala in de trein naar Parijs door
twee rovers was overvallen. Ondanks zijn verwondingen slaagde Sala
erin beide bandieten te ontwapenen. Toen de trein op een
tussenstation wilde stoppen, vluchtten zij uit de trein waarbij een
der overvallers op slag werd gedood en de andere bewusteloos langs
de spoorlijn werd aangetroffen.
Bron: Ronald Peeters, De Straten van Tilburg (1987) / Rob van Putten.