Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Johannes Andries van den Bosch: verschil tussen versies

Regel 1: Regel 1:
 
'''Johannes Andries van den Bosch''' (Udenhout 1767 - Udenhout 1817) bekleedde al in 1793 en 1796 functies in het dorpsbestuur van Udenhout en vanaf 1803 was hij ‘schoutcivil’, een functie vergelijkbaar met die van burgemeester. In 1810 werd hij door de Franse bezetter van de noordelijke Nederlanden, koning Lodewijk Napoleon, benoemd tot eerste maire (burgemeester) van de toen nieuwe gemeente Udenhout. Hij voerde dit ambt uit tot 1812. Daarnaast was hij van 1803 tot 1817 notaris in Enschot ([[Berkel-Enschot]]). Van den Bosch werd als burgemeester opgevolgd door [[Jean de Franckenberg de Proschlitz]].
 
'''Johannes Andries van den Bosch''' (Udenhout 1767 - Udenhout 1817) bekleedde al in 1793 en 1796 functies in het dorpsbestuur van Udenhout en vanaf 1803 was hij ‘schoutcivil’, een functie vergelijkbaar met die van burgemeester. In 1810 werd hij door de Franse bezetter van de noordelijke Nederlanden, koning Lodewijk Napoleon, benoemd tot eerste maire (burgemeester) van de toen nieuwe gemeente Udenhout. Hij voerde dit ambt uit tot 1812. Daarnaast was hij van 1803 tot 1817 notaris in Enschot ([[Berkel-Enschot]]). Van den Bosch werd als burgemeester opgevolgd door [[Jean de Franckenberg de Proschlitz]].
  
[[Categorie:Tilburgs_Lexicon]]
+
[[Categorie:Personen_Tilburg]]

Versie van 14 apr 2023 om 13:04

Johannes Andries van den Bosch (Udenhout 1767 - Udenhout 1817) bekleedde al in 1793 en 1796 functies in het dorpsbestuur van Udenhout en vanaf 1803 was hij ‘schoutcivil’, een functie vergelijkbaar met die van burgemeester. In 1810 werd hij door de Franse bezetter van de noordelijke Nederlanden, koning Lodewijk Napoleon, benoemd tot eerste maire (burgemeester) van de toen nieuwe gemeente Udenhout. Hij voerde dit ambt uit tot 1812. Daarnaast was hij van 1803 tot 1817 notaris in Enschot (Berkel-Enschot). Van den Bosch werd als burgemeester opgevolgd door Jean de Franckenberg de Proschlitz.