Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Hoendervangers

Akte 1525 de eerste vermelding “Hoendervanger“

“Van dat Cornelis de Hoendervanger met zijnen medegesellen de doren haghe opt hof rontomme den bogaert geleed en gevlochten hebben van lichte af tot op de IIII de dag van Meerte DNA anno (15)24 ierst Cornelis voorscreven XII 1/2 daig en wint sdaechs III stuivers loept IX st III d; Heijn oom XII daich ende adriaan de cnape XII 1/2 daich en winnen elx sdaegs 2 stuivers loopt XLIstuivers gelijct al naerder blijct bij de cele geteijkent bij Huibrecht de Bastert als Castelijn also daeraf ..... “


Het betreft een beschrijving van werkzaamheden die door Cornelis de Hoendervangers en zijn medegezellen werden verricht. De werkzaamheden waren het aanleggen van doornhagen en dit duurde ongeveer 12 dagen rond maart 1524. Doornhagen hadden de functie van het huidige prikkeldraad. De rekening (cele) werd getekend door kastelein.

De naam Hoendervangers wordt voor het eerst vermeld in 1525 wanneer Cornelis de Hoendervanger in dienst van de heer van Bergen op Zoom diverse werkzaamheden verricht op het hof te Wouw en op de in de omgeving gelegen domeinen. Deze vemeldingen treffen we aan in de domeinrekeningen van de heer van Bergen op Zoom thans in het archief van Bergen op Zoom.

De naam Hoendervanger verwijst naar een beroep en dit is terug te vinden in de zelfde rekeningen. Regelmatig vinden we vermelding van geleverde dode veldhoenderen van 1 stuiver per stuk Ook worden er hoenderen gehouden op Goed Smallebeke.

Dit was een van de goederen van de Markies nabij het kasteel van Wouw gelegen.

Kasteel te Wouw.jpg






Cornelis de Hoendervanger wordt vermeld samen met zijn zoon Adriaan en beiden vinden we terug tot de domeinrekeningen stoppen rond 1575. Dit is in het begin van de tachtigjarige oorlog. Door alle oorlogshandelingen is het Wouwse land ontvolkt en is er geen registratie van de domeinen. Pas begin 17de eeuw duikt de naam terug op in de omgeving van Essen/Nispen.


Alle heden ten dage wonende inwoners van West Brabant met de naam Hoendervangers zijn terug te verwijzen naar deze eerste stamvaders. Ook afgeleide namen zoals Hoendervanger, Hoendervangher, Hoen en Hondevanger zijn terug te herleiden naar deze personen. Deze namen zijn onstaan door verschrijvingen van de naam door pastoors en ambtenaren. Midden 19de eeuw zijn onze naamgenoten uitgewaaierd, o.a. naar Midden Brabant. Zoals ook Cornelis Hoendervangers in 1870.

Cornelis Hoendervangers 1851-1914

Cornelis Hoendervangers.jpg

De firma Hoendervangers is een familiebedrijf bij uitstek waar het beroep van pettenmaker en de verkoop van hoeden en petten van generatie op generatie zijn overgegaan. Drie generaties omvat de zaak die opgezet is door de in 1851 in Steenbergen geboren Cornelis Hoendervangers.


Omstreeks 1870 is hij bij kleren- en pettenmaker Johannes de Bont in de Heuvelstraat in de leer gegaan. Op 18 december 1871 vertrekt hij weer naar West Brabant om op 24 mei 1876 vanuit Zevenbergen op het zelfde adres bij de Bont in Tilburg terug te komen. Hij is dan nog steeds kleermaker maar al vrij spoedig verhuist hij naar de Koningsstraat N 50, een straat die een verbinding vormde tussen het Willemsplein en het Piusplein. Hij staat dan vanaf 1877 ingeschreven als pettenmaker. Vervolgens is hij ook nog gevestigd geweest aan de noordkant van de Heikese kerk, een gedeelte dat toen Markt heette (tegenwoordig Stadhuisstraat). Nog vóór 1890 verhuist Cornelis Hoendervangers met zijn vrouw Anna Maria Muller (1847) naar het Piusplein waar ook een magazijn voor zijden hoeden en kinderhoeden werd gevestigd.



In 1888 heeft hij daar een perceel bouwgrond gekocht. Op die grond komt het nu nog steeds bestaande pand tot stand. Aanvankelijk gaat het om één pand Piusplein nummer 18 met aan de linkerzijde een poort met doorgang naar de achterplaats. Het verhaal wil dat Hoendervangers hier “avant la lettre”, een stadsparkeerplaats bij de zaak had. De klanten konden met paard en kar of koets binnenrijden om die daar te stallen. Bij een verbouwing is de brede doorgang verdwenen. De beide zonen treden in het voetspoor van hun vader en worden pettenmaker, een dochter wordt modiste een beroep wat waarschijnlijk in die tijd anders genoemd werd en wat tegenwoordig staat voor het ontwerpen en maken van dameshoeden. Omstreeks de eeuwwisseling zit er voldoende broodwinning in de hoeden en petten getuige ook het feit dat de oudste zoon Johannes Cornelis (1882) op 30 april 1909 voor zichzelf begon in de Zomerstraat, tegenwoordig Heuvelstraat.


Het winkelpand aan het Piusplein werd in 1916 opgesplitst. In dat jaar begon aan de rechterkant Anna Hoendervangers het sigarenmagazijn Havana en aan de linkerkant werd de hoeden- en pettenwinkel voortgezet door Cornelis’ zoon Philibertus. In 1926 werd de winkelgevel verbouwd, werd een werkplaats toegevoegd en wisselden de twee zaken van positie. Tot in 1988 werden hier door de derde generatie Hoendervangers petten gefabriceerd. De winkel heeft daarna nog enige tijd bestaan. Op Piusplein 3-4 herinnert de geveltekst ‘SIGAREN SIGARETTEN HOEDEN PETTEN’ aan de tweeledige oude nering.

Cornelis Hoendervangers 1/11/1851 - 23/12/1914 X Anna Maria Muller 29/11/1847

Joannes Cornelis Hoendervangers 15/5/1882 - 9/7/1955 X Anna Maria Pulles 8/10/1882 - 25/6/1968

Jacobus Adrianus Josephus Hoendervangers 10/10/1911 - 21/8/1988 X Antonia Maria Jacoba van Spaandonck 25/4/1912 - 29/1/1986


DEZE PAGINA IS IN ONTWIKKELING 25-06-2020