Franciscus Suys (Tilburg 1798 – Tilburg 1870) was evenals zijn vader koopman en behoorde tot de meest welgestelde ingezetenen van Tilburg. Zijn politieke loopbaan begon in 1829 toen hij lid werd van Provinciale Staten als afgevaardigde voor de stad Tilburg. Hij bleef dit tot 1868. Intussen was hij regent van het in 1827 opgerichte ziekengasthuis (
Sint Elisabeth Ziekenhuis), kerkmeester van de parochie ‘t Heike, president van het Armenbestuur, lid van het kiescollege (1830), lid van de gemeenteraad (1831) en wethouder (1841). In 1849 werd hij burgemeester van Tilburg. Onder zijn bestuur werd Tilburg uit zijn isolement verlost door het tot stand komen van de spoorlijnen Breda-Boxtel (
spoorlijn) en Tilburg-Turnhout (
Bels Lijntje). Suys had hierin als commissielid een werkzaam aandeel. Op eigen verzoek werd hem in 1869 eervol ontslag verleend.
