Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Elias, E.: verschil tussen versies

Regel 74: Regel 74:
  
 
==Gezinskaarten==
 
==Gezinskaarten==
[[Elias-Eras]]
+
[[Elias-Eras (Gezinskaart)]]
  
 
==Opmerkingen==
 
==Opmerkingen==

Versie van 4 jul 2016 om 17:29

Deze fabriek werd onderzocht door Baalen, Wim van

Elias, E.; latere namen:

E. Elias Lakenfabrieken N.V. Lakenfabrieken v/h Firma E. Elias

Afbeelding gewenst
Type bedrijf Wollenstoffenfabriek (Incl. wolwasserij, ververij, spinnerij, weverij en appretuur)
Vestigingsadres Industriestraat 19 (Noordhoek, Kadaster K 3704)

NB Dit adres bestaat niet meer; het betreft de locatie tussen de huidige Hart van Brabantlaan, ter hoogte van de Gasthuisring en de Jan Heijnsstraat, en de spoorweg.

Datum oprichting mei 1895; 01-01-1905: de Firma E. Elias wordt in een notariële akte omgezet in een vennootschap onder firma (VOF) met als firmanten Eliazer Elias en zijn oudere broer Isidore.

Omstreeks 1921: omzetting in de naamloze vennootschap N.V. Lakenfabrieken v/h Firma E. Elias

Datum opheffing 1957: feitelijke opheffing bij fusie van de onderhavige firma E. Elias met N.V. Eras-Janssen; de fabriek van Elias aan de Industriestraat wordt gesloten en de productie wordt verplaatst naar de fabriek van Eras-Janssen aan de Ringbaan Noord 199.

De familie treft zich ook terug uit de fabriek. Formeel blijft de N.V. Lakenfabrieken v/h Firma E. Elias onder nieuwe eigenaren echter tot zeker in de jaren '70 bestaan.

Opvolging De oudere broer van oprichter Eliazer, Isidore (Bobby), treedt in 1905 aan als medefirmant bij de omzetting in een vennootschap onder firma (VOF). In april 1924 overlijden beide broers binnen een week tijd.

Louis Broekhuijsen, in 1926 getrouwd met de oudste dochter van Isidore Elias, neemt dan de leiding van de fabriek over en wordt ook mede-eigenaar In 1941 wordt de Duitser G.W. Schneider benoemd tot bewindvoerder en treedt Louis Broekhuijsen af. Na de oorlog herneemt Louis Broekhuijsen de leiding. Robert Broekhuijsen: na het overlijden van Louis Broekhuijsen in 1953 neemt zijn oudste zoon Robert de leiding over, tot 1957. NB De firmanten hebben niet altijd de dagelijkse leiding gevoerd over de fabriek. In 1903 wordt al melding gemaakt van fabrieksdirecteur H.A. Daniëls, die in 1918 de firma verlaat en voor zichzelf begint als mede-eigenaar van de Firma Gebr. Van Spaendonck. Kort daarvoor, in oktober 1917, was H. Daniëls veroordeeld wegens belastingontduiking. Bij hun overlijden in 1924 woonde Eliazer in Antwerpen en Isidore in Teteringen. Bij de overlijdensakte van Eliazer wordt bij beroep 'zonder' opgegeven, en bij Isidore 'fabrikant', zodat de laatste vermoedelijk nog wel direct betrokken was bij de fabriek.

Familieverbanden De eerste firmanten, de broers Eliazer en Isidore Elias, werden financieel en commercieel gesteund door hun vader Matthias. De schoonzoon van Isidore, Louis Broekhuijsen, volgt hen na hun overlijden op en wordt op zijn beurt opgevolgd door zijn zoon Robert Broekhuijsen.

Opmerkelijk is verder dat de families Elias en Broekhuijsen al eerder zakelijk hadden samengewerkt: van 1838 tot 1853 dreven Joseph Elias, de grootvader van Eliazer en Isidore, en Meyer Broekhuijsen gezamenlijk een onderneming.

Herkomst eigenaars / oprichters In 1829 verliet Joseph Elias, zoon van een handelaar in manufacturen, de streek van Hannover vanwege de verslechterende omstandigheden voor de Joodse bevolking.

Hij vertrok naar Nederland, waar hij van 1831 tot 1834 diende in het leger en zich onderscheidde in de Tiendaagse veldtocht tegen België. Tevens verkreeg hij de Nederlandse nationaliteit. Na de diensttijd trouwde hij en vestigde zich in de regio Eindhoven. In Someren begon hij een loopbaan in de textielindustrie, waar hij zich toelegde op het laten weven en de verkoop van linnen stoffen. Hij heeft echter, net als zijn nakomelingen, nooit zelf vlas verbouwd of gesponnen. Oorspronkelijk reisde hij rond om garens te kopen, deze aan thuiswevers uit te besteden, en na een verdere bewerking de aan hem geretourneerde weefsels weer te verkopen. In 1838 verhuisde Joseph Elias naar Heusden, waar hij een samenwerking begon met Meyer Broekhuijsen, die een weverij had aldaar. In 1853 werd deze succesvolle samenwerking beëindigd, waarna Elias in Eindhoven, in Strijp, een fabriek begon, gespecialiseerd in het weven van linnen en later ook katoenstoffen. Geleidelijk werd de zaak uitgebouwd en in 1862 begon hij een vennootschap met zijn drie zonen. Joseph Elias verwierf ook een reputatie als sociaal ondernemer. Hij streefde naar een goede verhouding met het personeel en in 1870 begon hij b.v. een bouwproject voor huizen met stukjes grond (voor aardappelen en groente) voor zijn arbeiders. Toen hij zich in 1875 terugtrok uit zaken, liet hij een bloeiend bedrijf achter met een geschatte waarde van hfl. 405.000,-. Onder de volgende generaties Elias werd de onderneming in Eindhoven verder uitgebreid tot een omzet van acht miljoen in 1930 met 400 werknemers. In 1961 moest Elias Eindhoven echter, zoals vanaf die tijd bijna alle textielbedrijven in Nederland, de deuren sluiten. In Eindhoven is nog wel een straat, de Jozef Eliasweg, naar hem vernoemd. Eli(azer) Elias, een kleinzoon van Joseph Elias, begon zijn eigen lakenfabriek in Tilburg met financiële steun van zijn vader Matthias Elias. Zijn grootvader had overigens vele startende ondernemingen van familieleden financieel gesteund, maar die waren niet succesvol en werden na korte tijd opgeheven. Eli Elias was wel succesvol met zijn fabriek, waar later ook zijn broer Bobby (Isidore) als firmant aantrad.

Herkomst vreemd kapitaal Matthias Elias, de vader van de oprichters, verstrekte zijn zonen een aanzienlijke lening voor hun wollenstoffenfabriek in Tilburg.
Innovatieve aspecten De eerste hinderwetvergunning werd aangevraagd in juli 1896 m.b.t. de inrichting van een wollenstoffenfabriek, incl. stoommachine (25 pk) en een schoorsteen van 23 meter hoogte. Al vanaf de start betrof het een geïntegreerde fabriek met naast de weverij en spinnerij ook een ververij en carboniseerderij.

In 1900 vond uitbreiding van het grondgebied plaats met naastgelegen percelen. Ook in de jaren daarna vonden, getuige de hinderwetvergunningen, diverse uitbreidingen van de fabriek plaats, waaronder de toevoeging van een lompenmalerij in 1918. Een eerste machine met vier elektromotoren werd geplaatst in 1935. Specialiteiten : biljartlakens, waterdichte stoffen voor regenkleding, uniformen. Er werden diverse prijzen gewonnen. Verlicht en sociaal betrokken: Eliazer en Isidore Elias, en ook hun opvolger Louis Broekhuijsen, hadden een imago van sociaal betrokken en verlichte ondernemers. Dit past in de familietraditie, want ook de grondlegger van het familiekapitaal, Joseph Elias in Eindhoven, stond hierom bekend. Als Joodse ondernemers waren ze in Tilburg wel enigszins buitenstaanders ten opzichte van de lokale katholieke fabrikantenelite. Zowel de familie Elias als de familie Broekhuijsen hadden een seculiere (niet-orthodoxe) Joodse achtergrond. Louis Broekhuijsen, en waarschijnlijk ook Eliazer Elias, waren bijvoorbeeld lid van de Bredase Vrijmetselaarsloge. De familieleden waren ook maatschappelijk betrokken. Eliazer Elias wordt in een necrologie geroemd om zijn betrokkenheid met het personeel en zijn goede daden, ook voor Rooms-Katholieke instellingen. En Louis Broekhuijsen zat o.a. in het bestuur van de landelijke werkgeversvereniging. De sociale verhoudingen in de fabriek golden als harmonieus, wat o.a. blijkt uit ingezonden brieven in de krant van het personeel als dankbetuiging aan de firmanten. En begin 1906 werd het huwelijk van Isidore Elias gevierd met een feest voor het voltallige personeel van de fabriek. Typerend was ook het personeelsuitje van het voltallige personeel bij het 25-jarig jubileum in 1920. Op het programma stond bijvoorbeeld een bezoek aan de Tweede Kamer in Den Haag. Eliazer Elias wordt ook geroemd om zijn inzet voor scholing van de arbeidersklasse. Alleen in 1916 wordt melding gemaakt van acties door de arbeiders voor hoger loon en betere werktijden.

Algemene omschrijving

Rond 1896 startten de activiteiten van de wollenstoffenfabriek van Eliazer Elias in Tilburg in het pand Industriestraat 19. De onderneming was opgezet met financiële en zakelijke steun van zijn vader, die samen met twee broers een wollenstoffenfabriek In Eindhoven bezat. Gestaag werd de fabriek en de inrichting in de loop der jaren uitgebreid tot één van de grotere en modernere textielfabrieken van Tilburg. In 1905 trad Isidore Elias,de oudere broer, aan als medefirmant. Dat de zaken voorspoedig verliepen, blijkt ook uit het feit dat Isidore Elias al in 1906 behoorde tot de inwoners van Tilburg die het hoogst werden aangeslagen voor de inkomstenbelasting. Tijdens WO I had de firma het moeilijk, o.a. door een steenkolentekort in 1917. Beide firmanten overleden plotseling kort na elkaar in 1924. Louis Broekhuijsen, die in 1926 was getrouwd met de oudste dochter van Isidore Elias, nam de leiding over de fabriek daarna over. Hij was verantwoordelijk voor de verdere uitbreiding en modernisering van de fabriek, o.a. met de toevoeging van een drie verdiepingen hoog gebouw met moderne elektrische weefmachines. In de Tweede Wereldoorlog werd de fabriek door de Duitse bezetter, net als alle Joodse bedrijven, onteigend. De Duitser G.W. Schneider werd in 1941 aangesteld als bewindvoerder en de firma adverteerde in het weekblad Storm van de Nederlandse SS. Ook droeg de firma bij aan de omstreden Duitse actie “Winterhulp”. De familie Broekhuijsen-Elias had vóór de oorlog kunnen vluchten, maar deed dat niet uit plichtsbesef. Louis Broekhuijsen was als oud-officier bij het uitbreken van de oorlog weer als kapitein actief in het leger. De firma Elias was bovendien een belangrijk leverancier van uniformen voor het Nederlandse leger. In 1941 trad Louis Broekhuijsen aan als lid van de Joodse Raad, maar hij besefte dat aan deportatie toch niet te ontkomen viel, zodat de familie ging onderduiken. Hiertoe moest de familie worden opgesplitst en werden er meerdere onderduikadressen gebruikt, waaronder ook twee locaties van medewerkers van de fabriek. Kort na de oorlog hervatte Louis Broekhuijsen de leiding over de fabriek tot aan zijn plotselinge dood in 1953, een paar maanden nadat de familie een nieuw pand in Goirle had betrokken. De oudste zoon Robert, een afgestudeerd chemicus, nam na zijn dood de leiding over tot 1957, daarin terzijde gestaan door zijn zus Annemarie. In 1957 werd, na de fusie met NV Eras-Janssen, het fabriekscomplex aan de Industriestraat verkocht en werd de productie verplaatst naar het pand van Eras-Janssen aan de Ringbaan Noord. Vermoedelijk heeft de familie Broekhuijsen-Elias zich in dat jaar ook teruggetrokken uit de onderneming. Onder de handelsnaam Elias-Eras werden de activiteiten van de nieuwe fusie-onderneming voortgezet (zie hiervoor de bijdrage over Elias-Eras). Een deel van het complex van de Eliasfabrieken aan de Noordhoek werd daarna verbouwd en in gebruik genomen door o.a. Otten Sanitair en een meubelhandelszaak. Het uit 1931 daterende gebouw van architect Beltman werd in 2011 gesloopt. Nu staat daar het gebouw van Tilburg Talent Square.

Gezinskaarten

Elias-Eras (Gezinskaart)

Opmerkingen

Archivalia

Media Not found


Tilburg op de Kaart

Bezig met het laden van de kaart...

Het Geheugen van Tilburg

Externe link

E. Elias op TilburgopdeKaart.nl