Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

48 De hoeve van Hesselonius Quab: verschil tussen versies

Regel 1: Regel 1:
De hoeve ligt aan de Biezenmortelsestraat tussen [[34 Ten Heijst]] en [[49 De Vorselaar]] . De oudst bekende vermelding dateert van 1351. Toen was Hesselonius Quab de eigenaar. De hoeve staat beschreven in het boek "Over 't Odenhout", gepubliceerd door het Schrijversteam van 't Schoor, heemcentrum voor Udenhout en Biezenmortel, op 17 november 2017.
+
====Vroegste vermelding====
 +
1351
 +
 
 +
====Vroegst bekende eigenaar====
 +
Hesselonius Quab (Snabbe)
 +
 
 +
====Beschrijving van de hoeve====
 +
In 1351 belooft Henricus Coert, de zoon van wijlen Tilkinus van Bosschehoven, een erfpacht van negen mud en twee zesteren rogge te betalen aan Willelmus van Langelaer. Hij gaat die pacht betalen uit onderpanden in Udenhout die liggen tussen Gerardus Coptiten en Hesselonius Quab.
 +
Dat is de vroegste verwijzing naar de hoeve die ligt in de spie tussen de goederen van Vorselaar (hoofdstuk 49) en het goed Ten Heijst (hoofdstuk 34). Het gebied is in bezit van Hessel Snabbe (of Quab) en zijn nageslacht.
 +
 
 +
In 1409 geeft Jan Hessel Jacobssoen de oostelijke helft van de oude hofstad in erfpacht aan zijn vader Hessel. Deze hoeve loopt van die gruenstraet tot die winckel. Hierbij hoort nog een stuk land genaamd die gheer. Dat toponiem betekent: een perceel land in de vorm van een spie of spits toelopend. Die veldnaam is nog eeuwenlang in gebruik gebleven.
 +
In de loop van de 15de eeuw komen deze landerijen in bezit van verschillende eigenaren. Er vindt ook vermenging plaats met hoeven die ontstaan uit het goed Ten Heijst door huwelijken over en weer. Bij verdeling van de nalatenschap ontstaat geleidelijk aan een lappendeken aan eigenaren (zie ook hoofdstuk 34).
 +
 +
Peter Henrick van Vucht krijgt een deel van de goederen in bezit. Hij trouwt met Ida, de dochter van Jacob Hessels, die op zijn beurt een nazaat was van de eerder genoemde Hessel Snabbe. Henrick Peter van Vucht, getrouwd met Heijlwich Jan Hessels, belooft in 1509 samen met zijn schoonzoon Wouter Peter Faessen een erfpacht te betalen aan Aert Elias de Meijer uit den groeten acker die deel uitmaakte van het bezit van Hessel Snabbe. In 1511 doet hij hetzelfde met zijn zoon Jan uit huis, tuin en het land dat daarbij ligt optie gruenstraet. Na het overlijden van zijn vrouw draagt hij zijn bezit in 1528 over aan hun kinderen. Hij bezit ook landerijen aan de overkant van de Groenstraat.
 +
In 1550 verdelen de erfgenamen van Jan Henrick van Vucht de goederen. In de jaren daarna komen het meeste van deze percelen in het bezit van zijn zoon Joost Jan van Vucht. Zijn weduwe Jenneken hertrouwt en haar tweede man verkoopt in 1557 de hoeve in Biezenmortel aan Wouter Peter Goijaerts.
 +
 
 +
Deze Wouter Peter Goijaerts was op dat moment getrouwd met Johanna Wouter vanden Heesacker. Zijn kinderen gaan de naam van hun moeder gebruiken en noemen zich ook Vanden Heesacker. Hun nazaten zijn in de 17de eeuw eigenaren van delen van deze hoeve.
 +
 
 +
Bij de hoeve zullen ook percelen aan de overzijde van de Biezenmortelsestraat hebben behoord. In 1704 bezit Willem Michiel van den Heesacker er een huis met schuur. Via Willemijn van den Heesakker, die huwt met Jan Jan Verhoeven, komt het in 1785 in bezit van de familie Verhoeven. De boerderij stond waar in 1966 de woning van de familie Scheffers is gebouwd.
 +
 
  
 
Op het grondgebied van de oude hoeve vinden we de woning [[Biezenmortelsestraat 12]].
 
Op het grondgebied van de oude hoeve vinden we de woning [[Biezenmortelsestraat 12]].

Versie van 13 dec 2017 om 21:45

Vroegste vermelding

1351

Vroegst bekende eigenaar

Hesselonius Quab (Snabbe)

Beschrijving van de hoeve

In 1351 belooft Henricus Coert, de zoon van wijlen Tilkinus van Bosschehoven, een erfpacht van negen mud en twee zesteren rogge te betalen aan Willelmus van Langelaer. Hij gaat die pacht betalen uit onderpanden in Udenhout die liggen tussen Gerardus Coptiten en Hesselonius Quab. Dat is de vroegste verwijzing naar de hoeve die ligt in de spie tussen de goederen van Vorselaar (hoofdstuk 49) en het goed Ten Heijst (hoofdstuk 34). Het gebied is in bezit van Hessel Snabbe (of Quab) en zijn nageslacht.

In 1409 geeft Jan Hessel Jacobssoen de oostelijke helft van de oude hofstad in erfpacht aan zijn vader Hessel. Deze hoeve loopt van die gruenstraet tot die winckel. Hierbij hoort nog een stuk land genaamd die gheer. Dat toponiem betekent: een perceel land in de vorm van een spie of spits toelopend. Die veldnaam is nog eeuwenlang in gebruik gebleven. In de loop van de 15de eeuw komen deze landerijen in bezit van verschillende eigenaren. Er vindt ook vermenging plaats met hoeven die ontstaan uit het goed Ten Heijst door huwelijken over en weer. Bij verdeling van de nalatenschap ontstaat geleidelijk aan een lappendeken aan eigenaren (zie ook hoofdstuk 34).

Peter Henrick van Vucht krijgt een deel van de goederen in bezit. Hij trouwt met Ida, de dochter van Jacob Hessels, die op zijn beurt een nazaat was van de eerder genoemde Hessel Snabbe. Henrick Peter van Vucht, getrouwd met Heijlwich Jan Hessels, belooft in 1509 samen met zijn schoonzoon Wouter Peter Faessen een erfpacht te betalen aan Aert Elias de Meijer uit den groeten acker die deel uitmaakte van het bezit van Hessel Snabbe. In 1511 doet hij hetzelfde met zijn zoon Jan uit huis, tuin en het land dat daarbij ligt optie gruenstraet. Na het overlijden van zijn vrouw draagt hij zijn bezit in 1528 over aan hun kinderen. Hij bezit ook landerijen aan de overkant van de Groenstraat. In 1550 verdelen de erfgenamen van Jan Henrick van Vucht de goederen. In de jaren daarna komen het meeste van deze percelen in het bezit van zijn zoon Joost Jan van Vucht. Zijn weduwe Jenneken hertrouwt en haar tweede man verkoopt in 1557 de hoeve in Biezenmortel aan Wouter Peter Goijaerts.

Deze Wouter Peter Goijaerts was op dat moment getrouwd met Johanna Wouter vanden Heesacker. Zijn kinderen gaan de naam van hun moeder gebruiken en noemen zich ook Vanden Heesacker. Hun nazaten zijn in de 17de eeuw eigenaren van delen van deze hoeve.

Bij de hoeve zullen ook percelen aan de overzijde van de Biezenmortelsestraat hebben behoord. In 1704 bezit Willem Michiel van den Heesacker er een huis met schuur. Via Willemijn van den Heesakker, die huwt met Jan Jan Verhoeven, komt het in 1785 in bezit van de familie Verhoeven. De boerderij stond waar in 1966 de woning van de familie Scheffers is gebouwd.


Op het grondgebied van de oude hoeve vinden we de woning Biezenmortelsestraat 12.