Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Watersnoodramp 1953 in Raamsdonksveer: verschil tussen versies

Regel 172: Regel 172:
 
Vele Verenaren hebben herinneringen aan deze ramp in 1953, die hun leven op dat moment totaal op z’n kop zette.
 
Vele Verenaren hebben herinneringen aan deze ramp in 1953, die hun leven op dat moment totaal op z’n kop zette.
 
[[Bestand:7753 - wiki.jpg|thumb|300px|center|Watersnoodmonument, hoek Kartuizerstraat / Sandoel]]
 
[[Bestand:7753 - wiki.jpg|thumb|300px|center|Watersnoodmonument, hoek Kartuizerstraat / Sandoel]]
 +
 +
[[Bestand:Logo Veers Erfgoed.jpg|140px|thumb|right|[http://www.veerserfgoed.nl www.veerserfgoed.nl]]]
 +
 +
{| class="wikitable" width="70%"
 +
|Heeft u meer informatie of opmerkingen? opdekaart@veerserfgoed.nl
 +
|-
 +
|}
  
 
[[Categorie:Verhalen_uit_Raamsdonksveer]]
 
[[Categorie:Verhalen_uit_Raamsdonksveer]]

Versie van 8 okt 2019 om 15:29

Watersnoodramp in de nacht van 31 januari – 1 februari 1953

Prins Bernard, Gerben Sonderman (vliegenier) en Burgemeester Prinssen op het bordes van het gemeentehuis, 10 februari 1953.

In 2019 is het 66 jaar geleden dat Zuidwest Nederland werd opgeschrikt door een catastrofale watersnoodramp. Op veel plaatsen braken de dijken door en binnen een mum van tijd stonden grote delen van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid-Holland onder water. Meer dan 1800 mensen kwamen om en ruim 100.000 inwoners verloren huis en haard.De ramp laat tot op de dag van vandaag diepe sporen na in de identiteit, cultuur en ontwikkeling van de Nederlandse samenleving.

De ramp is helaas ook aan ons dorp niet voorbijgegaan. In Raamsdonksveer zijn tientallen huizen verwoest of zwaar beschadigd (Boterpolder, Sandoel en Keizersdijk). Meer dan 75% van het bebouwde en onbebouwde deel van Raamsdonksveer stond onder water. Tijdens de ramp moesten circa 2000 inwoners hun huizen verlaten. Gelukkig zijn er in ons dorp geen mensen verdronken.

Op 10 februari bracht Prins Bernhard onze gemeente per helikopter een bezoek. Foto’s van ons dorp in de eerste dagen na de ramp gingen door heel Nederland en de wereld over.


Wat gebeurde er die nacht in Raamsdonksveer?

Hieronder het gedetailleerde verslag van de Opperwachtmeester, de Groepscommandant, A.R. v.d. Mooren aan de toenmalige burgemeester J.H.M. Prinssen.

“Naar aanleiding van de in de nacht van 31 Januari op 1 Februari 1953 plaats gehad hebbende watersnoodramp te Raamsdonksveer, moge ik U Edelachtbare het navolgende berichten; 0p 31 Januari 1953, omstreeks 19.00 uur, terwijl er een hevige storm woedde, was het water in de Donge zodanig gestegen, dat het Heereplein begon onder te lopen. Omstreeks 20.30 uur, konden de bewoners van de Haven aan de Noordzijde hun woningen niet meer droog verlaten of van het Heereplein af bereiken. Omstreeks 22.00 uur, was het water gevallen en het gevaar voor abnormaal hoog water blijkbaar geweken.

In verband met de aanhoudende storm en het springtij, steeg het water omstreeks 23.00 uur zodanig, dat het Heereplein weer onder begon te lopen en op Sandoel voor het eerst water door de straat liep. De bewoners van Sandoel hadden tevoren reeds gangen en stegen met zand en planken gekramd, daarbij krachtig geholpen door gemeente-personeel, dat zand en zakken aanvoerde. Omstreeks 23.30 uur meldde de nachtpatrouille – heren Wijnstok en v.d. Zalm - mij, dat het water sterk kwam opzetten en in de Boterpolder begon te lopen, terwijl in de Kartuizerstraat bij het sluisje een gat in de weg geslagen was. Nadat U en de gemeenteopzichter gewaarschuwd waren, bleek mij, bij een inspectietocht op Sandoel en in de Kartuizerstraat, dat de toestand gevaarlijk werd.

Toen het water van het Heereplein af het Poststraatje inliep, gaf U op 1 Februari 1953, omstreeks 0.40 uur, bevel, alle inwoners door middel van de sirene te waarschuwen. Hiermede werd tevens het personeel van de vrijwillige brandweer, voor zover nog niet aanwezig, opgeroepen. Aan het inmiddels op het Groepsbureau verschenen politie-personeel, gaf ik opdracht de bewoners van de Koningstraat, de Wilhelminalaan, de Oosterhoutseweg en van laag staande woningen, voor zover dat nog niet door de nachtpatrouille was gedaan, te waarschuwen. De toestand werd steeds gevaarlijker en omstreeks 2.30 uur begon de vloed zijn vernielend werk in alle hevigheid. In een half uur tijds waren het Heereplein, Sandoel en de Grote Kerkstraat in rivieren herschapen. De kracht van het opkomende water was zo hevig, dat slechts met moeite de Oude Groenstraat kon worden bereikt. Sandoel was omstreeks 3.00 uur niet meer te bereiken. Het inmiddels aangevangen reddingswerk, op plaatsen waar dit nodig en mogelijk was, door politie, gemeente- en brandweerpersoneel en particulieren, werd door de storm en duisternis ernstig belemmerd.

Militairen met een amfibievaartuig (DUKW), in de ondergelopen straten.


Omstreeks 3.00 uur verschenen de eerste militairen van de Pontonnierskazerne te Keizersveer met voertuigen en bootjes, om aan het reddingswerk deel te nemen. Even daar na kwam het eerste amfibievoertuig in actie, om hulp te verlenen op Sandoel, het toen meest bedreigde gedeelte van Raamsdonksveer. Op weg daarheen echter kwam het voertuig nabij de Tuinstraat vast te zitten en heeft daar tot de morgen werkloos moeten wachten.” Omstreeks 4.00 werd telefonisch gemeld, dat de dijk van de Donge nabij Statendam te Geertruidenberg was doorgebroken waardoor de Kartuizerpolder vol water liep en zoals later bleek de Oosterhoutseweg ernstig bedreigd werd.

Eerst tegen de morgen van 1 Februari 1953 kon het reddingswerk in volle omvang ter hand worden genomen. Achtereenvolgens werden met militaire voer- en vaartuigen de meest bedreigde plaatsen Sandoel en Oosterhoutseweg bezocht, terwijl schippers met roeiboten de Haven voor hun rekening namen. Met de grootste moeite dikwijls konden de bewoners, die hun toevlucht op de zolders hadden gezocht, worden gered. De kracht van het opgestuwde water was zo geweldig, dat verscheidene huizen het moesten begeven, terwijl de bewoners nog daarin waren. Zondagmorgen, 1 Februari kwamen de Wilhelminalaan en de Julianalaan en omgeving onder water. Met uitzondering van de Prins Hendrikstraat, Prins Bernhardstraat, een gedeelte van de Julianalaan, Keizersdijk en Hoofdstraat, stond toen geheel Raamsdonksveer onder water. De hoogste stand van het water, ongeveer 2 meter, werd gemeten in de Boterpolder. Zondagmiddag 1 Februari 1953, omstreeks 4.00 uur, was de evacuatie voltooid en konden de militairen naar Hank vertrekken, waar - zoals gemeld werd - de toestand zeer critiek was. De geëvacueerden, plus minus 600 in totaal, waren ondergebracht in de Zusterschool, de Fraterschool en in Hotel "De Witte Leeuw". Voor voeding en kleding aan de getroffenen werd met de meeste spoed zorggedragen. Van elders werd ruimschoots voldoende kleding en dekking aangevoerd. In de namiddag van 1 Februari 1953 viel de telefoonverbinding met het gemeentehuis en daardoor ook met het Groepsbureau uit. In verband daarmede werd, voor het doorgeven en ontvangen van berichten, op het Postkantoor een vaste politiepost geplaatst, totdat op Maandag 2 Februari 1953 door de P.T.T. een noodverbinding naar het Groepsbureau was gelegd. Op Zondagavond 1 Februari 1953 arriveerden leden van de E.H.B.O. uit Made en Oosterhout, voor hulpverlening aan de geëvacueerden. Deze werden later vervangen door Rode Kruis colonnes uit Waalwijk en Tilburg. Ook enige studenten en individuele vrijwilligers meldden zich voor hulpverlening. Zij werden te werk gesteld bij het dichten van gaten, o.a. op Sandoel nabij de Tuinstraat, en het herstellen van reeds droog gekomen straaten, o.a. Sandoel, Grote Kerkstraat, Oude Groenstraat en Koningstraat.

Dode koeien van de familie Van Laarhoven in de Hoofdstraat.

Op Zondagmorgen 1 Februari 1953, werd door de brandweer en een aantal vrijwilligers het vee van de landbouwer van Laarhoven aan de Haven, met de grootste krachtsinspanning uit de stallen gehaald en naar droge plaatsen afgevoerd.

Andere landbouwers konden hun vee op hooggelegen boerderijen in veiligheid brengen. Naar een andere gemeente werd geen vee afgevoerd. De cadavers werden zo spoedig mogelijk door de Destructor uit Son afgevoerd. Op 1 Februari 1953, omstreeks 16.00 uur, ontving ik versterking, bestaande uit acht man personeel van de Parketgroep Breda. Zij werden met het eigen personeel ingezet om hulp te bieden waar zulks nodig was en in het bijzonder te waken tegen diefstal en plundering. In de nacht van 1 op 2 Februari 1953 werd het personeel van de Parketgroep vervangen door een detachement van de Rijkspolitie bestaande uit 20 man. Hiervan werd te Raamsdonksveer 15 man ingezet. De overigen werden ingezet op de Posten, Raamsdonk(dorp) (2) en Geertruidenberg (3).

In de nacht van 2 op 3 Februari 1953 werd een detachement van de Rijkspolitie gelegerd in de Pontonnierskazerne te Keizersveer, voor dienstverrichting te Hank. Van 2 t/m 17 Februari 1953 stond het rampgebied Hank onder mijn toezicht. De Groep Raamsdonksveer werd ingedeeld bij Sector Oost van het District der Rijkspolitie Breda, onder leiding van de Officier der Rijkspolitie Ie klasse Jhr. B.W.F. de BEAUFORT.

Van 2 t/m 17 Februari 1953 werd door de patrouilles, elk van 2 man, dag en nacht gesurveilleerd. Gevallen van plundering werden niet geconstateerd. Tengevolge van de watersnoodramp is te Raamsdonksveer slechts één slachtoffer te betreuren.'**)

Tijdens de watersnood gedroeg de bevolking zich erg rustig en hun reactie op bevolen maatregelen was gunstig te noemen. De voedsel-en drinkwatervoorziening is niet gestagneerd geweest. De electriciteitsvoorziening was op enige plaatsen, o.a. Sandoel en Keizersdijk, voor enkele dagen uitgevallen. De verkeersverbinding met Raamsdonksveer van Oosterhout uit was gedurende twee dagen verbroken. De verkeersverbinding met Gorinchem werd pas in de laatste week van Februari 1953 in zijn geheel hersteld. Vanaf Dinsdag 3 Februari 1953 werd de toestand geleidelijk aan beter en konden verscheidene gezinnen weer naar hun huis terugkeren. Ongeveer 14 dagen later konden beide scholen worden leeg gemaakt. Regelmatig werd politie-toezicht gehouden in de scholen, waar de evacué’s waren ondergebracht en bij het uitdelen van kleding, dekking en schoeisel aan de getroffenen. Het waterschap “De Beneden Donge” heeft aanstonds noodvoorzieningen getroffen tot herstel van de kadebreuken. De binnenkant van de Dongekade langs de Dombos werd over een lengte van 500 meter ernstig beschadigd. De kade van de Kartuizerpolder werd aan de binnenkant over een lengte van 600 meter eveneens ernstig beschadigd. Dat was ook het geval met de binnenkant der kade van de Eendrachtspolder over een lengte van 400 meter. Bij het gemaal Kazegat (Willemspolder), ontstond een kadebreuk van 40 meter lengte, terwijl het gemaal zelf zwaar beschadigd werd. In de ruilverkaveling Kromgat was een kadebreuk van 12 meter. Op het terrein van de scheepswerf Ruijtenberg ontstond een kadebreuk van 60 meter. Ook de Rijksweg nr. 27 van Breda naar Keizersveer heeft aan de buitenkant zware schade opgelopen. Van het politie-personeel hebben de Wachtmeester’s Van de Lisdonk, Beem en Nagtzaam water in hun woningen gehad.

Handtekening A.B. v.d. Mooren - wiki.jpg






______________

'**) Dit slachtoffer overleed aan hartfalen tijdens de reddingspogingen.


Heereplein.
Het huis van dokter Pos, Wilhelminalaan 9.
Steegje Bink. Zijwegje Tuinstraat (huidige Kasteellaan). Nol Bink en Cor Bonk, Lomboksteeg. Rechts de slachterij van Bram Bouwens.


Hieronder een stukje uit het verslag van de Groeps-commandant, de Opperschipper der Rijkspolitie te water, de heer H. de Koning:

“Omtrent de abnormale stand en stijging van het water in de nacht van 31 Jan. op 1 Februari 1953 moge nog het volgende dienen. Tot 2 uur dien nacht bereikte het water een stand van 3.03m. dit is ruim 30 a 40 c.m. boven hoog water bij normaal springtij. Vervolgens steeg het water van 2 tot 6 uur tot een stand van 3.10 m, om dan van 6 tot 8 uur op te lopen tot een stand van 3.22m. Een stand die sedert eeuwen her niet meer werd bereikt. Volgens statistieken van de laatste 50 jaar had het water geen hogere stand meer bereikt dan 3.03 meter.

Handtekening H. De Koning - wiki.jpg

Oosterhoutseweg, het huis van Janus Snijders. De foto is genomen drie dagen na de ramp.
Hoek Sandoel / Tuinstraat en de Grote Kerkstraat.















Hulpverlening

Bewoners worden met ladders en een DUKW (=amfibisch vaartuig van het leger) in veiligheid gebracht.

Raamsdonksveer heeft een unieke, bij velen onbekende, plaats in de watersnoodgeschiedenis. Het is de eerste plaats waar bewoners door amfibievoertuigen, de DUKW’s, geëvacueerd werden.

Dit werd door journalisten en fotografen geregistreerd. De foto hiernaast verscheen wereldwijd in vele vooraanstaande dag- en weekbladen. De foto is gebruikt om mensen in het hele land en in de wereld te vragen geld te geven aan de slachtoffers. Later verklaarde de Minister van Oorlog dat in Raamsdonksveer de eerste militaire hulp werd verleend door de pontonniers uit Keizersveer.

Collage schilderijen geschonken aan Pontonniers - wiki.jpg

De hulpverlening door o.a. de Pontonniers, die sinds oktober 1952 gestationeerd waren in Keizersveer, kwam snel en adequaat op gang. Als dank droeg dr. G. van der Werf op 13 april 1955 namens de gemeente Raamsdonk een zestal glas-in-lood ramen over aan overste J. Elders van de kazerne als geschenk van de bevolking voor bewezen diensten tijdens de watersnoodramp. Bestand:De Stem van 14 april 1955 Raamsdonk dankt de pontonniers - wiki.jpg De ramen zijn vervaardigd door kunstenaar Gerard Gerrits uit Sprang-Capelle.


Schade

Volgens opgave verstrekt door gemeente is naar schatting de aangerichte schade in onze gemeente door deze watersnoodramp: 25 woningen verwoest 40 woningen zwaar beschadigd 18 woningwetwoningen in de Boterpolder 100 woningen waterschade (R’dorp), 800 woningen waterschade (R’Veer)(Hierin zijn begrepen: 50 boerderijen, 100 woningwetwoningen gebouwd na 1945 en 100 woningwetwoningen gebouwd voor 1945.)

Het pand van bakkerij Staps op Sandoel 43
Boterpolderlaan










Geschenkwoningen

Sandoel nr. 19. Nu staat op deze plaats een Noorse woning

Na de ramp kreeg Nederland verschillende ‘kant-en-klaar-woningen’, geschonken door de regeringen van Oostenrijk, Zweden, Noorwegen, Denemarken en Finland. Raamsdonksveer kreeg elf watersnoodwoningen. Er werden aan dit dorp 4 Zweedse, 2 Oostenrijkse en 5 Noorse woningen geschonken.

Op de dijk in het Sandoel spoelde tijdens de watersnoodramp een woning weg. Op deze plek werd na de ramp een Noorse geschenk-woning gebouwd.

Woningbouwvereniging Volksbelang heeft deze woning vele jaren verhuurd. In 2009 vertrok de laatste huurder. Toen de woning in 2009 dreigde te worden afgebroken verzocht Stichting Veers Erfgoed het Nederlands Openluchtmuseum om medewerking aan het behoud van dit bijzondere erfgoed teneinde de herinnering aan de watersnoodramp levend gehouden en over te brengen op jongere generaties. Op 29 maart 2010 is deze Noorse geschenkwoning officieel overgedragen aan het museum en in 2013 is deze woning weer in originele staat opgebouwd in Arnhem. Zie De ramp krijgt een plek in het Openluchtmuseum te Arnhem

Herinneringen

Als blijvende herinnering aan deze ramp werd aan het einde van het Sandoel (hoek Kartuizerstraat) een monument, vervaardigd door Sjaak Pruissers en Gerrit Dammer, geplaatst.

Vele Verenaren hebben herinneringen aan deze ramp in 1953, die hun leven op dat moment totaal op z’n kop zette.

Watersnoodmonument, hoek Kartuizerstraat / Sandoel
Heeft u meer informatie of opmerkingen? opdekaart@veerserfgoed.nl