Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Volkenkundig Museum: verschil tussen versies

Regel 1: Regel 1:
 
<foto><beeldonline>0ff5ed3d-2dc5-4388-8125-1ae5ee4939c5</beeldonline></foto>In 1932 werd mede op initiatief van de toenmalige wethouder dr. [[Hendrik Moller]] een stichting in het leven geroepen ten behoeve van de oprichting en de instandhouding van een Nederlandsch Volkenkundig Missiemuseum in Tilburg. Het hoofddoel was op ‘wetenschappelijk verantwoorde’ wijze inzicht te geven in de cultuur van de volkeren aan wie Nederlandse missionarissen het christendom brachten. In 1936 werd het museum geopend in een pand aan de vroegere Paleisstraat, boven het Natuurhistorisch Museum ([[Natuurmuseum Brabant]]). Voor de collectie werden voorwerpen geschonken of uitgeleend door missiecongregaties en particulieren. Ook werd er geput uit de collecties van onder meer de [[Fraters van Tilburg]], de [[rooi harten]] en de [[kapucijnen]]. De collectie kende onder meer kunst- en cultusvoorwerpen, textielstukken, muziekinstrumenten en wapens uit het toenmalige Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea, andere Aziatische landen, Afrika en Zuid-Amerika. In 1963 werd het pand aan de Paleisstraat verlaten, omdat het gesloopt werd. In 1966 ging het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Kloosterstraat. In 1969 werd de naam veranderd in Nederlands Volkenkundig Museum, waardoor de associatie met het (dubieuze) missiewerk verdween. In 1985 verhuisde het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Spoorlaan, maar vanwege bezuinigingen moest het Volkenkundig Museum in 1987 sluiten. Enkele duizenden voorwerpen werden in bruikleen gegeven aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.
 
<foto><beeldonline>0ff5ed3d-2dc5-4388-8125-1ae5ee4939c5</beeldonline></foto>In 1932 werd mede op initiatief van de toenmalige wethouder dr. [[Hendrik Moller]] een stichting in het leven geroepen ten behoeve van de oprichting en de instandhouding van een Nederlandsch Volkenkundig Missiemuseum in Tilburg. Het hoofddoel was op ‘wetenschappelijk verantwoorde’ wijze inzicht te geven in de cultuur van de volkeren aan wie Nederlandse missionarissen het christendom brachten. In 1936 werd het museum geopend in een pand aan de vroegere Paleisstraat, boven het Natuurhistorisch Museum ([[Natuurmuseum Brabant]]). Voor de collectie werden voorwerpen geschonken of uitgeleend door missiecongregaties en particulieren. Ook werd er geput uit de collecties van onder meer de [[Fraters van Tilburg]], de [[rooi harten]] en de [[kapucijnen]]. De collectie kende onder meer kunst- en cultusvoorwerpen, textielstukken, muziekinstrumenten en wapens uit het toenmalige Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea, andere Aziatische landen, Afrika en Zuid-Amerika. In 1963 werd het pand aan de Paleisstraat verlaten, omdat het gesloopt werd. In 1966 ging het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Kloosterstraat. In 1969 werd de naam veranderd in Nederlands Volkenkundig Museum, waardoor de associatie met het (dubieuze) missiewerk verdween. In 1985 verhuisde het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Spoorlaan, maar vanwege bezuinigingen moest het Volkenkundig Museum in 1987 sluiten. Enkele duizenden voorwerpen werden in bruikleen gegeven aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.
  
[[Categorie:Tilburgs_Lexicon]]
+
[[Categorie:Cultuur_Tilburg]]

Versie van 22 okt 2021 om 16:59

In 1932 werd mede op initiatief van de toenmalige wethouder dr. Hendrik Moller een stichting in het leven geroepen ten behoeve van de oprichting en de instandhouding van een Nederlandsch Volkenkundig Missiemuseum in Tilburg. Het hoofddoel was op ‘wetenschappelijk verantwoorde’ wijze inzicht te geven in de cultuur van de volkeren aan wie Nederlandse missionarissen het christendom brachten. In 1936 werd het museum geopend in een pand aan de vroegere Paleisstraat, boven het Natuurhistorisch Museum (Natuurmuseum Brabant). Voor de collectie werden voorwerpen geschonken of uitgeleend door missiecongregaties en particulieren. Ook werd er geput uit de collecties van onder meer de Fraters van Tilburg, de rooi harten en de kapucijnen. De collectie kende onder meer kunst- en cultusvoorwerpen, textielstukken, muziekinstrumenten en wapens uit het toenmalige Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea, andere Aziatische landen, Afrika en Zuid-Amerika. In 1963 werd het pand aan de Paleisstraat verlaten, omdat het gesloopt werd. In 1966 ging het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Kloosterstraat. In 1969 werd de naam veranderd in Nederlands Volkenkundig Museum, waardoor de associatie met het (dubieuze) missiewerk verdween. In 1985 verhuisde het museum met het Natuurhistorisch Museum naar de Spoorlaan, maar vanwege bezuinigingen moest het Volkenkundig Museum in 1987 sluiten. Enkele duizenden voorwerpen werden in bruikleen gegeven aan de Katholieke Universiteit Nijmegen.