Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Tram

In 1880 werd door de Waalwijkse ingenieur J. van den Elzen de Noord-Brabantsche Stoomtramweg-Mij (NBSM) opgericht. In 1881 was de eerste stoomtramlijn aangelegd vanaf het Tilburgse treinstation, via Loon op Zand naar Besoijen. Deze route liep in Tilburg door de Gasthuisstraat (Gasthuisring), de Goirkestraat, het Lijnsheike en wat nu Leharstraat heet. In Tilburg had de NBSM werkplaatsen met remises en een kantoor aan De Veldhoven (Wilhelminapark). In 1881 werd de lijn doorgetrokken naar de Heuvel en in 1882 naar Koningshoeven.

Door de tegenvallende klandizie ging de NBSM in 1893 failliet. De nieuwe eigenaar, de Nijmeegsche Tramweg-Maatschappij, richtte in 1893 de Stoomtramweg Tilburg-Waalwijk op en verkocht de exploitatie van haar lijnen in 1898 aan de Hollandsche Buurtspoorwegen (HB). De HB ondervond in Tilburg concurrentie van de Zuider Stoomtramweg-Mij (ZSM), die in 1904 een tramlijn Tilburg-Dongen had geopend. Dit was gebeurd op voorwaarde dat de HB in 1908 een terrein bij de ZSM aan de Spoorlaan zou krijgen voor de nieuwe vestiging van haar emplacement.

In 1907 opende de HB een lijn tussen Tilburg en Esbeek. Die liep vanaf de Heuvel over de Piusstraat, de Nieuwstraat en de Korvelseweg, en via Goirle en Hilvarenbeek naar Esbeek. Vanaf daar kwam er een verbinding met Poppel en Turnhout. Sinds de jaren twintig kregen de trage stoomtrams concurrentie van autobussen en vrachtwagens.

In 1934 fuseerden de zes Brabantse stoomtrambedrijven in de Brabantsche Buurtspoorwegen en Autodiensten (BBA), die alleen het goederenvervoer per tram handhaafde. Ook dat was niet rendabel en in 1937 waren alle tramlijnen in en rondom Tilburg opgeheven. Op het adres Wilhelminapark 133 herinnert de geveltekst ‘Café Tramstation’ aan het vroegere tramcomplex op die plek.