Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Tiendaagse veldtocht

Van 2 tot 12 augustus 1831 ondernam het Nederlandse leger een veldtocht om de Belgische Opstand te onderdrukken. De opperbevelhebber was de Prins van Oranje, de latere koning Willem II. Die slaagde in zijn opzet door het Belgische leger te verslaan bij onder meer Nieuwkerk, Poppel, Ravels, Turnhout, Hasselt en Leuven. Desondanks moest de prins een wapenstilstand sluiten omdat de Belgen op militaire steun van Frankrijk konden rekenen. De opstandelingen verkregen zo het beoogde resultaat, de soevereiniteit van België. Ook Tilburgers sloten zich als vrijwilligers aan bij het leger dat vanuit Tilburg ten strijde trok. Aan het einde van de negentiende eeuw kreeg de lokale pers aandacht voor de ‘heldendaden’ van deze soldaten, maar dan pas na hun laatste strijd. Zo meldde de Tilburgsche Courant in 1883 het overlijden van ‘België-gangers’ Bernardus Krabbendam (toen 91 jaar), L. Gersons (1899) en H. Rutten in 1899 (93 jaar). De Nieuwe Tilburgsche Courant kwam met de overlijdensberichten van Adrianus Briels in 1892 (82 jaar), J.A. Vermeer (1893; 84 jaar) en H. Snijders (1899; 88 jaar).

Het Geheugen van Tilburg