Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Pastorie Slimstraat: verschil tussen versies

Regel 4: Regel 4:
 
| onderschrift  = De pastorie in de Slimstraat.
 
| onderschrift  = De pastorie in de Slimstraat.
 
}}
 
}}
 
 
[[Pastoor Felix Cuijpers]] ging voortvarend te werk met de wens van zijn voorganger om een liefdesgesticht te vestigen. De eerste de beste vergadering van het kerkbestuur na de dood van pastoor Verschuure, gehouden op 4 september 1859, besloot tot inschrijving “tot bouwing eener Pastorij en Liefdesgesticht”. Het paste in de tijd dat bisschop Zwijsen zijn pastoors motiveerde om katholiek onderwijs en katholieke zorg te realiseren. De bisschop droeg er zijn steentje aan bij door congregaties op te richten voor fraters en zusters die werden opgeleid voor onderwijs en gezondheidszorg. In het dorp kozen veel jongeren voor een leven als frater, zuster of broeder. De bedoeling van [[pastoor Lambertus van den Boome]] is zeker geweest, dat een eventuele nieuwe kerk, naast de door hem gebouwde pastorie in de [[Kreitenmolenstraat]] moest komen staan. De nieuwbouw kwam echter in de [[Slimstraat]], naast de oude [[schuurkerk]] en de kerkweg over de akkers in de [[Zeshoeven]] voor de parochianen uit Berkel. [[Pastoor Petrus Verschuure]] liep daarna met het idee rond om mettertijd een nieuwe pastorie te bouwen vlak naast de [[Waterstaatskerk]]. De oude pastorie zou dan kunnen gaan dienen als liefdesgesticht voor de ouden van dagen. Hij heeft die wens niet kunnen uitvoeren vanwege het tekort aan geld. De uitvoering van het plan was voorbehouden aan [[pastoor Felix Cuijpers]], die de eerste steen voor de nieuwe pastorie legde op 31 mei 1860. Een jaar later verhuisde hij van de Kreitenmolenstraat naar de Slimstraat. De trap van de pastorie is een verhaal apart. In 1754 werd het "Kasteel van Tilburg" met gronden en heerlijke rechten voor ƒ165.000 eigendom van de protestantse grafelijke familie Van Hogendorp van Hofwegen, die het bewoonde tot 1857. In 1794 onder de Franse overheersing werden alle heerlijke rechten afgeschaft, zodat "de heerlijkheid van Tilburg en Goirle" eindigde. De Van Hogendorp's, zegt men, kwamen daarna in financiële moeilijkheden. Na de dood van graaf Gijsbert werd het kasteel in 1858 gesloopt, de gronden verkocht en het heerlijke bos gerooid. De trap van de pastorie van Udenhout is afkomstig van dit kasteel; en de latere [[pastoor Petrus van Eijl]] heeft ooit horen beweren, dat [[pastoor Felix Cuijpers]] bij het maken van de tekening van de nieuwe pastorie de vestibule en het trappenhuis zo ruim liet maken, dat de trap uit het Tilburgse kasteel zou passen.
 
[[Pastoor Felix Cuijpers]] ging voortvarend te werk met de wens van zijn voorganger om een liefdesgesticht te vestigen. De eerste de beste vergadering van het kerkbestuur na de dood van pastoor Verschuure, gehouden op 4 september 1859, besloot tot inschrijving “tot bouwing eener Pastorij en Liefdesgesticht”. Het paste in de tijd dat bisschop Zwijsen zijn pastoors motiveerde om katholiek onderwijs en katholieke zorg te realiseren. De bisschop droeg er zijn steentje aan bij door congregaties op te richten voor fraters en zusters die werden opgeleid voor onderwijs en gezondheidszorg. In het dorp kozen veel jongeren voor een leven als frater, zuster of broeder. De bedoeling van [[pastoor Lambertus van den Boome]] is zeker geweest, dat een eventuele nieuwe kerk, naast de door hem gebouwde pastorie in de [[Kreitenmolenstraat]] moest komen staan. De nieuwbouw kwam echter in de [[Slimstraat]], naast de oude [[schuurkerk]] en de kerkweg over de akkers in de [[Zeshoeven]] voor de parochianen uit Berkel. [[Pastoor Petrus Verschuure]] liep daarna met het idee rond om mettertijd een nieuwe pastorie te bouwen vlak naast de [[Waterstaatskerk]]. De oude pastorie zou dan kunnen gaan dienen als liefdesgesticht voor de ouden van dagen. Hij heeft die wens niet kunnen uitvoeren vanwege het tekort aan geld. De uitvoering van het plan was voorbehouden aan [[pastoor Felix Cuijpers]], die de eerste steen voor de nieuwe pastorie legde op 31 mei 1860. Een jaar later verhuisde hij van de Kreitenmolenstraat naar de Slimstraat. De trap van de pastorie is een verhaal apart. In 1754 werd het "Kasteel van Tilburg" met gronden en heerlijke rechten voor ƒ165.000 eigendom van de protestantse grafelijke familie Van Hogendorp van Hofwegen, die het bewoonde tot 1857. In 1794 onder de Franse overheersing werden alle heerlijke rechten afgeschaft, zodat "de heerlijkheid van Tilburg en Goirle" eindigde. De Van Hogendorp's, zegt men, kwamen daarna in financiële moeilijkheden. Na de dood van graaf Gijsbert werd het kasteel in 1858 gesloopt, de gronden verkocht en het heerlijke bos gerooid. De trap van de pastorie van Udenhout is afkomstig van dit kasteel; en de latere [[pastoor Petrus van Eijl]] heeft ooit horen beweren, dat [[pastoor Felix Cuijpers]] bij het maken van de tekening van de nieuwe pastorie de vestibule en het trappenhuis zo ruim liet maken, dat de trap uit het Tilburgse kasteel zou passen.
  
 
De pastorie is door pastoor Cuijpers gebouwd in een ambachtelijk-traditionele stijl met Neoklassistische motieven. De eerste steen werd door pastoor Cuipers gelegd op 31 mei 1860. De uit 2 bouwlagen bestaande pastorie is opgetrokken in baksteen onder een schilddak met oud-hollandse pannen en hoekschoorstenen. De voorgevel heeft vijf traveeën en een hardstenen plint. De gevel heeft een middenrisaliet en hoeklisenen en wordt geleed door een hardstenen cordonlijst en afgesloten gemetseld fries met kepermotieven en muizetanden onder de lijstgoot. De risaliet heeft een driehoekig bakstenen fronton met driepasvulling. Beneden en boven achtruits schuiframen. Hoofdingang heeft een bordes en een hardstenen omlijsting met deklijst op voluten. De paneeldeur en het bovenlicht hebben een geometrische indeling. De achtergevel is (oorspronkelijk) geheel vlak, telt vijf vakken en achtruits schuiframen. Het gebouw heeft cultuurhistorische waarde als getuigenis van het katholieke zelfbewustzijn en en als uitdrukking van de typologische ontwikkeling van kerk, kerkhof en pastoorswoning in het midden van de negentiende eeuw.
 
De pastorie is door pastoor Cuijpers gebouwd in een ambachtelijk-traditionele stijl met Neoklassistische motieven. De eerste steen werd door pastoor Cuipers gelegd op 31 mei 1860. De uit 2 bouwlagen bestaande pastorie is opgetrokken in baksteen onder een schilddak met oud-hollandse pannen en hoekschoorstenen. De voorgevel heeft vijf traveeën en een hardstenen plint. De gevel heeft een middenrisaliet en hoeklisenen en wordt geleed door een hardstenen cordonlijst en afgesloten gemetseld fries met kepermotieven en muizetanden onder de lijstgoot. De risaliet heeft een driehoekig bakstenen fronton met driepasvulling. Beneden en boven achtruits schuiframen. Hoofdingang heeft een bordes en een hardstenen omlijsting met deklijst op voluten. De paneeldeur en het bovenlicht hebben een geometrische indeling. De achtergevel is (oorspronkelijk) geheel vlak, telt vijf vakken en achtruits schuiframen. Het gebouw heeft cultuurhistorische waarde als getuigenis van het katholieke zelfbewustzijn en en als uitdrukking van de typologische ontwikkeling van kerk, kerkhof en pastoorswoning in het midden van de negentiende eeuw.
 +
 +
Anno 2020 is de pastorie in gebruik als parochiecentrum, dit is al járen zo, al sinds pastor van Sprang verhuisde en niet meer op de pastorie woont. Activiteiten in het parochiecentrum zijn onder andere: parochiesecretariaat, vergaderruimtes, informele bijeenkomsten zoals koffieschenken, recepties etc.
  
 
[[Categorie:Gebouwen_in_Udenhout]]
 
[[Categorie:Gebouwen_in_Udenhout]]

Versie van 3 aug 2020 om 14:04

Pastorie Slimstraat
PastorieSlimstraat.JPG
De pastorie in de Slimstraat.

Pastoor Felix Cuijpers ging voortvarend te werk met de wens van zijn voorganger om een liefdesgesticht te vestigen. De eerste de beste vergadering van het kerkbestuur na de dood van pastoor Verschuure, gehouden op 4 september 1859, besloot tot inschrijving “tot bouwing eener Pastorij en Liefdesgesticht”. Het paste in de tijd dat bisschop Zwijsen zijn pastoors motiveerde om katholiek onderwijs en katholieke zorg te realiseren. De bisschop droeg er zijn steentje aan bij door congregaties op te richten voor fraters en zusters die werden opgeleid voor onderwijs en gezondheidszorg. In het dorp kozen veel jongeren voor een leven als frater, zuster of broeder. De bedoeling van pastoor Lambertus van den Boome is zeker geweest, dat een eventuele nieuwe kerk, naast de door hem gebouwde pastorie in de Kreitenmolenstraat moest komen staan. De nieuwbouw kwam echter in de Slimstraat, naast de oude schuurkerk en de kerkweg over de akkers in de Zeshoeven voor de parochianen uit Berkel. Pastoor Petrus Verschuure liep daarna met het idee rond om mettertijd een nieuwe pastorie te bouwen vlak naast de Waterstaatskerk. De oude pastorie zou dan kunnen gaan dienen als liefdesgesticht voor de ouden van dagen. Hij heeft die wens niet kunnen uitvoeren vanwege het tekort aan geld. De uitvoering van het plan was voorbehouden aan pastoor Felix Cuijpers, die de eerste steen voor de nieuwe pastorie legde op 31 mei 1860. Een jaar later verhuisde hij van de Kreitenmolenstraat naar de Slimstraat. De trap van de pastorie is een verhaal apart. In 1754 werd het "Kasteel van Tilburg" met gronden en heerlijke rechten voor ƒ165.000 eigendom van de protestantse grafelijke familie Van Hogendorp van Hofwegen, die het bewoonde tot 1857. In 1794 onder de Franse overheersing werden alle heerlijke rechten afgeschaft, zodat "de heerlijkheid van Tilburg en Goirle" eindigde. De Van Hogendorp's, zegt men, kwamen daarna in financiële moeilijkheden. Na de dood van graaf Gijsbert werd het kasteel in 1858 gesloopt, de gronden verkocht en het heerlijke bos gerooid. De trap van de pastorie van Udenhout is afkomstig van dit kasteel; en de latere pastoor Petrus van Eijl heeft ooit horen beweren, dat pastoor Felix Cuijpers bij het maken van de tekening van de nieuwe pastorie de vestibule en het trappenhuis zo ruim liet maken, dat de trap uit het Tilburgse kasteel zou passen.

De pastorie is door pastoor Cuijpers gebouwd in een ambachtelijk-traditionele stijl met Neoklassistische motieven. De eerste steen werd door pastoor Cuipers gelegd op 31 mei 1860. De uit 2 bouwlagen bestaande pastorie is opgetrokken in baksteen onder een schilddak met oud-hollandse pannen en hoekschoorstenen. De voorgevel heeft vijf traveeën en een hardstenen plint. De gevel heeft een middenrisaliet en hoeklisenen en wordt geleed door een hardstenen cordonlijst en afgesloten gemetseld fries met kepermotieven en muizetanden onder de lijstgoot. De risaliet heeft een driehoekig bakstenen fronton met driepasvulling. Beneden en boven achtruits schuiframen. Hoofdingang heeft een bordes en een hardstenen omlijsting met deklijst op voluten. De paneeldeur en het bovenlicht hebben een geometrische indeling. De achtergevel is (oorspronkelijk) geheel vlak, telt vijf vakken en achtruits schuiframen. Het gebouw heeft cultuurhistorische waarde als getuigenis van het katholieke zelfbewustzijn en en als uitdrukking van de typologische ontwikkeling van kerk, kerkhof en pastoorswoning in het midden van de negentiende eeuw.

Anno 2020 is de pastorie in gebruik als parochiecentrum, dit is al járen zo, al sinds pastor van Sprang verhuisde en niet meer op de pastorie woont. Activiteiten in het parochiecentrum zijn onder andere: parochiesecretariaat, vergaderruimtes, informele bijeenkomsten zoals koffieschenken, recepties etc.