Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Mulo, ulo en mavo

In 1861 werd de mulo (meer uitgebreid lager onderwijs) geïntroduceerd voor lagere scholen, die naast de verplichte vakken andere vakken gaven. Het begrip mulo verdween later, maar deze vorm van onderwijs bleef bestaan. In 1920 kwam de (m)ulo terug voor een van het lager onderwijs afgescheiden zelfstandig schooltype, waar les gegeven werd in onder meer moderne talen, wiskunde, handelskennis en boekhouden. De mulo werd populair, omdat hij perspectief bood aan kinderen voor wie hbs of gymnasium onbereikbaar waren. Hoewel het ulo wettelijk gezien tot het lager onderwijs werd gerekend, was het in feite een vorm van voortgezet onderwijs. In 1928 waren er in Tilburg acht mulo’s en in 1965 waren er dat dertien. Bekende mulo’s waren de openbare mulo aan de Langestraat, Saint Denis, Sint Jozef MULO (Oudedijk), Canisius MULO (Korvelseweg), Leoschool, Ursula MULO (Eikstraat), Sint Aloysius MULO (Molenbochtplein), Mariaschool-MULO (Goirkestraat) en Maria MULO (Mariaschool; Hoogvensestraat). Bij de invoering van de Mammoetwet in 1968 werden alle mulo’s omgezet in mavo (middelbaar algemeen voortgezet onderwijs). Sinds 1999 zijn veel mavo’s opgegaan in het vmbo (voorbereidend middelbaar beroeps onderwijs). De opleiding heet vmbo, theoretische leerweg (vmbo-t). Alle vroegere mavo’s zijn inmiddels opgegaan in grotere scholengemeenschappen namelijk 2College, Koning Willem II College (Rijks-HBS Koning Willem II), Beatrix College en Midden-Brabant College.

Zie ook