Locomotiefhal
De locomotiefhal (de LocHal) van de voormalige NS-Werkplaats dateert van 1932 en bestaat uit drie delen. Gebouw 60A: het rolwagenspoor. Gebouw 60 B: de stelplaats. Gebouw 60C: de ketelreparatiewerkplaats.
De verbouwde locomotiefhal, met wanden van glas in stalen kozijnen en een dak van betonnen platen, bestaat nu nog. In de dakconstructie zijn nog resten te zien van Duits afweergeschut tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 2015 werd het pand aangewezen als gemeentelijk monument.
Rol binnen de werkplaats
De locomotiefhal was een transversale loods. Locomotieven werden met de rolwagen overdwars binnengereden in oostzijde van de hal, tegenwoordig bekend als Gebouw 60A. De rolwagen maakte het mogelijk de locomotieven zijdelings te rangeren.
Dat zijdelings rangeren gebeurde met mankracht en hield in dat de locomotieven in het midden van de hal, Gebouw B, op een werkstand werden gezet. De stelplaats bevatte 14 werkstanden, waarvan sommige met putten eronder, zodat de monteurs ook goed bij de onderstellen konden. Ten westen van de stelplaats lag de ketelreparatiewerkplaats, die later dienst ging doen als draaistelafdeling, magazijn en kleedruimte.
Huidig gebruik
In en om de locomotiefhal ontstaat naar verwachting vanaf 2017 de Stadscampus: een educatief centrum waar ‘een leven lang leren’ centraal staat en waarbinnen een nieuwe bibliotheek gevestigd wordt.
Zie ook
Bronnen
- Oud-medewerker van de NS-werkplaats Hans Clijsen.
- ‘Tilburgse Spoorzone’ – Cultuurhistorische verkenning: Bilan, Tilburg, 2004.
- ‘Centrale Spoorwegwerkplaats Tilburg’ – Bouwhistorisch onderzoek: Boei, Hoevelaken, 2008.
- ‘Nedtrain Tilburg 1868-2003’ – Geschiedenis van de spoorwegwerkplaats D’n Atelier: Henk van Doremalen en Martin van Broekhoven, Tilburg, 2003.