Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Verbunt, Henricus Adrianus Arnoldus Petrus

Harry Verbunt
Volledige namen Henricus Adrianus Arnoldus Petrus Verbunt
Geboortedatum 16-12-1909
Geboorteplaats Tilburg
Adres Billitonstraat 12
Woonplaats Tilburg
Burgerlijke staat gehuwd
Naam echtgeno(o)t(e) Mathilda Maria Elisabeth van Kruisselbergen
Beroep Ambtenaar Gewestelijk Arbeidbureau
Overlijdensdatum 26-05-1944
Plaats van overlijden Loonse en Drunense duinen
Bijzonderheden Op 26 mei 1944 in de Loonse en Drunense Duinen gefusilleerd vanwege zijn betrokkenheid bij de aanslag op Piet Gerrits.

Geef de oorlog een gezicht!

Kun jij ons helpen met het schrijven van het levensverhaal van deze persoon?

Hoewel het meer dan 75 jaar geleden is dat er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog blijft het belangrijk de slachtoffers te herdenken. We willen door hun verhaal te vertellen de slachtoffers eren en de herinnering levend houden. Alle Tilburgse oorlogsslachtoffers zijn opgenomen in de Wiki Midden-Brabant en we streven er naar van ieder een levensbeschrijving en foto op te nemen.

Helaas hebben we van sommigen maar beperkte of soms helemaal geen informatie. We hebben jouw hulp nodig deze levensverhalen vast te leggen door ontbrekende informatie aan te vullen met verhalen of foto’s. We ontvangen je reactie graag via info@regionaalarchieftilburg.nl o.v.v. Wiki Oorlogsslachtoffers.


De fusillade in de Loonse en Drunense duinen achter Bosch en Duin op 26 mei 1944 is beschreven in het boekje "Oorlogsmonumenten in Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen" (Henk Peters, mei 2019)

Verbunt, Henricus Adrianus Arnoldus Petrus (Harry), geboren in op Tilburg 16-12-1909, ambtenaar bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in Tilburg. Zoon van Hendrik Verbunt (1860-1944) en Elisabeth de Beer (1864-1931). In 1936 trouwt hij met Mathilda Maria Elisabeth van Kruisselbergen (1910-1979), kantoorbediende. Uit dit huwelijk worden vier kinderen geboren. Verbunt wordt op 26-05-1944 gefusilleerd in de Loonse en Drunense duinen.

Achtergrond

Henricus Adrianus Arnoldus Petrus (Harry) Verbunt is op 16 december 1909 in Tilburg geboren. Harry’s vader heet Hendrik. Hij is geboren op 20 november 1860 in Gilze Rijen en overleden in Tilburg op 28 juni 1944. Vader Hendrik is locomotief-bankwerker bij de “Maatschappij tot exploitatie van Staatsspoorwegen”. Later wordt hij bij de Staatsspoorwegen ploegbaas. Harry’s moeder heet Elisabeth de Beer. Zij is in Tilburg geboren op 5 oktober 1864 en trouwt in 1890 in Tilburg met Hendrik. Elisabeth is bij haar huwelijk naaister van beroep. Ze overlijdt in Tilburg op 10 oktober 1931. Uit het huwelijk van Hendrik Verbunt en Elisabeth de Beer worden zeven kinderen geboren, vijf zonen en twee dochters. Dochter Maria sterft als ze bijna twee jaar oud is. Harry is de jongste. Vanaf 1900 woont het Rooms Katholieke gezin Verbunt respectievelijk in de Clercxstraat, op Molenbochtstraat 7, Billitonstraat 12, Molenbochtstraat 2, en vanaf 1937 opnieuw op Billitonstraat 12[1].

Vader Hendrik krijgt in 1894 een vaste aanstelling bij de Staatsspoorwegen. Deze aanstelling verzekert hem en zijn gezin van een stabiel inkomen. Viermaal wordt Hendrik door zijn werkgever mondeling berispt omdat hij te laat op zijn werk verscheen. Verder krijgt hij geen straffen. Nadat hij in 1925 wegens invaliditeit eervol wordt ontslagen, krijgt hij van de Staatsspoorwegen pensioen. De twee oudste kinderen van Hendrik en Elisabeth, beiden jongens, hebben als leerling in het katholieke instituut St. Marie in Huijbergen gezeten. Zij worden later boekhouder (Adrianus) en handelsagent (Arnoldus). Twee andere zoons worden werktuigkundig tekenaar (Leonardus) en kantoorbediende (Petrus). Van dochter Petronella is geen beroep geregistreerd[2].

Harry, de vijfde zoon, is eerst kantoorbediende bij de Arbeidsbeurs en later ambtenaar bij het Gewestelijk Arbeids Bureau in Tilburg (GAB). Bij het GAB verdient hij een netto maandsalaris van 236,78 gulden. Harry is naar verluidt een vrolijke man met veel vrienden en kennissen. Hij is hobbyfotograaf en zwemt bij de Tilburgse zwemvereniging “Het Baksche Ven” op de grens tussen Tilburg en Oisterwijk. Harry trouwt op 14 juli 1936 in Tilburg met de Tilburgse Mathilda Maria Elisabeth (Tilly) van Kruisselbergen (1910-1979). Zij is Rooms Katholiek en kantoorbediende. Het echtpaar krijgt twee dochters en twee zonen en woont vanaf hun huwelijk op Billitonstraat 12. De woning is hun eigendom. Harry’s weduwe zal hier na de oorlog blijven wonen[3].

Verzet door het Gewestelijke Arbeidsbureau

Tijdens de Tweede Wereldoorlog vult het Naziregime zijn legers met onder meer grote aantallen Duitse arbeiders. Om de groeiende oorlogsindustrie draaiend te kunnen houden, zijn steeds meer mannen nodig, ook om de arbeiders te vervangen die zijn ingelijfd in de legers. De Nazi’s voeren daarom in de bezette gebieden de arbeidsinzet in –gedwongen arbeid in Duitsland. Dat gebeurt ook in Nederland. De bezetter voert tijdens vier fases steeds strengere verordeningen in om Nederlandse mannen in Duitsland te werk te kunnen stellen: 1) Vrijwillig werken in Duitsland (mei 1940–april 1942) waarvoor de bezetter propaganda voert. 2) Beperkte arbeidsinzet (april 1942–mei 1943), bekend als de Holland-Aktion die worden aangestuurd door Fritz Sauckel. Sauckel is door Hitler aangesteld als algemeen gevolmachtigde voor de arbeidsinzet. In deze fase bezoeken Duitse commissies bedrijven waar zij geschoolde arbeidskrachten dwingen in Duitsland te gaan werken. 3) Versterkte arbeidsinzet (mei 1943–september 1944): de lichtingen van mannen uit 1920 tot en met 1924 worden voor de arbeidsinzet opgeroepen en naar Duitsland gedeporteerd. 4) Totale arbeidsinzet (september 1944–mei 1945), bekend als Liese-Aktion die bestaat uit razzia’s en de gewelddadige deportatie van mannen. Hermann Liese, een medewerker van propagandaminister Joseph Goebbels, is naar Nederland is gestuurd om deze fase te leiden. Tilburg heeft de vierde fase niet meegemaakt, de andere fasen wel[4].

Fritz Sauckel, algemeen gevolmachtigde voor de Arbeidsinzet
Fritz Sauckel-Oorlogsbronnen.jpg
Bron: Netwerk Oorlogsbronnen

De arbeidsbureaus moeten van de bezetter meewerken aan de verordeningen voor de Arbeidsinzet. Zeker 21 directeuren van arbeidsbureaus hebben daar problemen mee, inclusief de directeur van het GAB in Tilburg, Dr. W.L.P.M. (Wim) de Kort. De Kort is niet bereid om arbeiders naar de wapenindustrie te bemiddelen. Hij verklaart dit in april 1942 tijdens overleg in Den Haag tussen de 21 directeuren en R.A. (Robert Antony) Verwey over de verordeningen. Verwey is tijdens de bezetting waarnemend secretaris-generaal van het departement van Sociale Zaken. De spanningen over de arbeidsinzet lopen op, De Kort wordt bedreigd met gevangenis en concentratiekamp, maar hij houdt vast aan zijn standpunt. De Kort vraagt de Aartsbisschop van Utrecht, Monseigneur de Jong, zich over de kwestie uit te spreken. De Aartsbisschop beslist dat de katholieke directeuren niet vrijwillig aan de arbeidsinzet mogen meewerken[5].

Propaganda voor arbeidsinzet in Duitsland
Werk in Duitsland-BeeldbankWO2, 106553.jpg
Bron: Beeldbank WO2

Deze gebeurtenissen zijn al een aanwijzing voor de verzetsgeest bij het GAB in Tilburg, waar één lid van de Nationaal-Socialistische Beweging (NSB) werkzaam is (dat is 0,9% van de 110 medewerkers, het laagste percentage in Nederland). De medewerkers in Tilburg verzetten zich ook daadwerkelijk, vooral door sabotageacties waaronder het vervalsen van documenten en van gegevens over personen. Zo voegt het GAB aan de eigen cartotheek vervalste kaarten toe met daarop de namen van niet-bestaande arbeidskrachten. Het doel daarvan is dat de Duitse politie op niet-bestaande personen gaat jagen om ze in Duitsland tewerk te stellen, waardoor de opsporing van wel-bestaande personen in elk geval wordt vertraagd. In 1944 verneemt het Tilburgse GAB dat arbeiders die door het GAB naar werk in Zeeland zijn bemiddeld, op transport zullen worden gesteld. Het arbeidsbureau maakt onmiddellijk lijsten waaruit moet blijken dat deze arbeiders niet voor uitzending naar Duitsland in aanmerking komen (wegens afkeuringen, sociale omstandigheden) en juist daarom in Zeeland zijn tewerkgesteld. Aldus wordt de deportatie van een aantal van deze arbeiders voorkomen. Bij zijn verzetsactiviteiten werkt het Tilburgse GAB samen met de politie en de gemeente (afdeling Bevolking, Evacuatiebureau) en krijgt het steun van organisaties zoals het Distributiekantoor, de Kamer van Koophandel en de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers. Alle medewerkers van het GAB in Tilburg, behalve de NSB-er, doen aan verzetsactiviteiten mee, zo ook Harry Verbunt. Naar verluidt vertelt Harry zijn gezin om veiligheidsredenen overigens niets over zijn verzetswerk. Hij voert dit werk bij het GAB op zondag uit en camoufleert dit door te zeggen dat hij op zondag moet overwerken[6].

Het verzetswerk van het GAB blijkt riskant: 22 ambtenaren moeten onderduiken om arrestatie door de Sicherheitsdienst (SD) te voorkomen, negen ambtenaren gaan de gevangenis in en twee ambtenaren komen terecht in een concentratiekamp. Eén ambtenaar sterft door zijn betrokkenheid bij de mislukte moordaanslag op de NSB-politieagent Piet Gerrits in 1944: Harry Verbunt, lid van de verzetsgroep van Wim Berkelmans[7].

Verzetsgroep van Wim Berkelmans

Harry Verbunt pleegt samen met anderen tijdens de oorlog verzet tegen de Duitse bezetter door het verstrekken van valse identiteitspapieren en het waarschuwen van mensen dat de Duitsers op het punt staan hen te arresteren. Begin 1944 is Harry lid van een groep in Tilburg waarvan Wim Berkelmans de spil is. Deze groep bestaat uit zeven personen: Wim Berkelmans, ambtenaar bij de gemeente Tilburg; Rob van Spaendonck, wollenstoffenfabrikant in Tilburg; Harry Verbunt; Toon van Beek, agent van politie in Tilburg; Karel Aarts, ambtenaar bij het GAB in Tilburg; Barend Busnac, leerling-journalist uit Amsterdam; Albert Meintser, kunstschilder uit Amsterdam. De groep is van plan een aanslag te plegen op Piet Gerrits[8].

Anders dan voor de andere groepsleden zijn voor Toon van Beek en Karel Aarts op deze Wiki geen lemma’s geschreven. Daarom worden beiden hieronder geïntroduceerd. Antonius Josephus Maria (Toon) van Beek is in Eindhoven geboren op 12 mei 1915 als zoon van Johannes van Beek, huisschilder, en van Johanna Maria van Eersel. Het katholieke gezin van Beek-van Eersel woont in Eindhoven en bestaat uit dertien kinderen (twee meisjes, elf jongens). Toon is het achtste kind. Hij trouwt in 1941 met Laura Camilla de Paepe in Tilburg, waar hij agent van politie is. Zij krijgen drie kinderen en wonen op Pagestraat 45 in Tilburg. Laura zit tijdens de oorlog in het verzet, net als haar echtgenoot. Toon sterft in 1987 in Tilburg[9].

Carolus Wilhelmus Johannes (Karel) Aarts wordt geboren in de Tilburgse wijk Veldhoven op 12 september 1907. Hij is de jongste van twee kinderen (zoons) van Fredericus Jacobus Aarts, zadelmaker, en Johanna Henrica Gerrese. Vader sterft in 1921, zijn gezin woont dan op Noord-Besterdstraat 92. In 1925 verhuist moeder Johanna met haar zoons naar de Enschotsestraat, waar zij eerst op nummer 120 wonen en vanaf 1935 op nummer 141. Karel blijft tot 1964 op dit laatste adres wonen. Hij trouwt in 1947 met Helena Catharina Theodora Emerentiana van Rijzewijk en hij sterft in 1977 in Tilburg. Tijdens de oorlog werkt Karel als ambtenaar bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in Tilburg, net als Harry Verbunt[10].

Mislukte aanslag op Piet Gerrits

Petrus Johannes (Piet) Gerrits wordt op 29 januari 1896 geboren in Gilze en wordt op 29 mei 1919 aangesteld als politieagent bij de gemeentepolitie Tilburg. Op 9 oktober 1940 wordt Gerrits lid van de NSB. In juli 1941 legt hij de ‘belofte van trouw’ af. Hij fungeert als verbinding tussen de Sicherheitsdienst (SD) en de gemeentepolitie. Eind 1943 wordt hij belast met het opsporen van illegale personen en het uitvoeren van opdrachten van de SD. Hij arresteert tijdens de oorlog onder anderen tientallen Joden[11].

Politieagent Piet Gerrits
Piet Gerrits in uniform

In januari 1944 arresteert agent Piet Gerrits een Joods echtpaar dat valse persoonsbewijzen heeft. De persoonsbewijzen voor het echtpaar zijn gemaakt door Wim Berkelmans en aan het echtpaar gegeven door Toon van Beek. Het risico bestaat dat Gerrits de betrokkenheid van hem en van Beek zal ontdekken. Berkelmans bespreekt het probleem tijdens een aantal overleggen met van Spaendonck, Verbunt, van Beek en Aarts. Samen zien zij geen andere mogelijkheid dan een moordaanslag op Gerrits te plegen. Berkelmans duikt onder in Amsterdam en houdt van daaruit contact met de anderen in Tilburg. Zoals het lemma van deze gebeurtenis beschrijft wordt de aanslag uitgevoerd op 24 januari 1944. De aanslag wordt verraden en mislukt. Albert Meintser wordt ter plekke aangehouden, Barend Busnac de volgende dag. Rob van Spaendonck, Harry Verbunt, Karel Aarts en Toon van Beek duiken onder, net als Berkelmans heeft gedaan. Van Beek ontsnapt aan arrestatie en komt terecht in het oosten van Nederland, waar hij zijn verzetswerk voortzet en de oorlog overleeft. De andere vier worden alsnog gearresteerd.[12].

Arrestaties

Voordat hij wordt gearresteerd duikt Harry samen met van Spaendonck en Aarts onder in Vlijmen bij Cis Suijs. Zij is een koerierster die later zal worden gearresteerd en daarna terechtkomt in Haaren, Vught, Ravensbrück en tenslotte het Agfacommando in München waar zij wordt bevrijd. Joop de Jong, alias Jan de Jong, een contact in Doorn van Harry, helpt Verbunt en Aarts na hun onderduik in Vlijmen aan een onderduikadres in Doorn. Van Spaendonck blijft nog even op een ander onderduikadres in Vlijmen en gaat dan terug naar zijn ouderlijk huis in Tilburg. De Jong, geboren te Vlaardingen in 1916, is onderhopman (een middenkaderfunctie) bij de Nederlandsche Arbeidsdienst (NAD) in Doorn. De NAD is een organisatie die de bezetter heeft opgericht om het Nederlandse volk op te voeden in de geest van het nationaalsocialisme. Nadat Harry in onderduik is gegaan krijgt zijn gezin 175 gulden per maand ondersteuning van de LO (Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers). Door verraad kan de Amsterdamse SD in Doorn een netwerk oprollen van zwarthandelaren en onderduikers. Verbunt, Aarts en De Jong worden eind februari 1944 bij de actie van de SD gearresteerd. Harry wordt na zijn arrestatie overgebracht naar Amsterdam en van daaruit naar Kamp Haaren. Ook Aarts en De Jong komen in kamp Haaren terecht, net als Berkelmans (in maart 1944 in Almelo gearresteerd), van Spaendonck (eind februari 1944 in zijn ouderlijk huis in Tilburg aangehouden), Busnac en Meintser[13].

Kamp Haaren

Kamp Haaren is een van de 14 buitenkampen van Kamp Vught en bestaat van eind 1941 tot medio september 1944. Kampcommandant in 1944 is SS Obersturmführer Friedrich Beeck. De gevangenen in Haaren doen administratieve werkzaamheden voor de “Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des SD”. Het kamp zit in het gebouw van het vroegere Grootseminarie van ’s Hertogenbosch. Het is tot begin 1943 een gijzelaarskamp en vanaf eind 1942 een politiegevangenis van de SD (“Polizeigefängnis und Untersuchungs Gefängnis”). Een aantal bekende Nederlanders heeft in het gijzelaarskamp gezeten, zoals Frits Philips (de president-directeur van Philips), de schrijver Simon Vestdijk, de historicus Johan Huizinga en de cabaretier Lou Bandy. De arrestanten voor de politiegevangenis worden door de SD in twee groepen onderscheiden. De eerste groep bestaat uit gearresteerden wegens “Grenzüberstritt”; in totaal hebben circa 1350 “grensoverschrijders” in de politiegevangenis gezeten, zoals smokkelaars, parachutisten, piloten en pilotenhelpers, Joden, onderduikers en ontsnapte gevangenen. De tweede groep, aangewezen voor onderzoek (“Untersuchung”), bevat ongeveer 1750 gearresteerden uit verzet en spionage. Onder hen zijn gedropte agenten uit het Englandspiel, medewerkers aan het drukken en verspreiden van de illegale krant “Trouw” (de Trouwgroep) en de gearresteerden van de verzetsgroep van Wim Berkelmans. Van de tweede groep zijn ongeveer 85 personen gefusilleerd[14].

Kamp Haaren
Groot seminarie Haaren.jpg
Bron: www.gedenkplaats-haaren.nl

Sinds 1 mei 1943, na de aankondiging daarvan door Rijkscommissaris Seyss-Inquart in reactie op de April-meistakingen van 1943, geldt voor het hele land het politiestandrecht. Zeven politiestandgerechten worden opgericht, waaronder het “Polizeistandgericht Herzogenbusch”. De rechtspraak wordt uitgeoefend door een college dat bestaat uit een SS-rechter als president en twee SS-officieren. Zij zijn bevoegdheid bepaalde sabotagehandelingen te berechten. De vonnissen in het kader van het politiestandrecht zijn streng, veelal wordt de doodstraf opgelegd en kort daarna uitgevoerd. Op 24 mei 1944 houdt het “Polizeistandgericht Herzogenbusch” zitting in een zaal van de politiegevangenis in Haaren. 15 gevangenen uit de politiegevangenis worden voorgeleid, inclusief de gearresteerde leden van de verzetsgroep van Wim Berkelmans. Aanvankelijk veroordeelt het Polizeistandgericht alle 15 ter dood. De leden van de groep van Berkelmans, inclusief Karel Aarts, krijgen de doodstraf vanwege de aanslag op Piet Gerrits. Voor De Jong, Verbunt en Busnac komt daar nog bij dat ze volgens de Duitsers onbevoegd een vuurwapen in bezit hebben gehad. Op het laatste moment wordt de doodstraf van Aarts omgezet in 15 jaar tuchthuis. Aarts belandt op 17 augustus 1944 vanuit Haaren in Kamp Vught en wordt, zo vertelt hij na de oorlog, van daaruit naar Duitsland gedeporteerd. Daar komt hij terecht in Kamp Sachsenhausen en vervolgens in Kamp Rathenau, een subkamp van Sachsenhausen, waar hij in 1945 door Russische troepen wordt bevrijd[15].

Fusillades in de Loonse en Drunense Duinen

Op 26 mei 1944 worden de 14 ter dood veroordeelden uit hun cel in Kamp Haaren gehaald. Zij worden met vrachtauto’s van de Grüne Polizei naar de Loonse en Drunense duinen vervoerd, naar een plek nabij restaurant Bosch en Duin. Onder hen zijn Berkelmans, van Spaendonck, De Jong, Verbunt, Busnac en Meintser. Daar worden de 14 mannen in twee groepen van elk zeven man ingedeeld. Vervolgens worden beide groepen na elkaar gefusilleerd. De “höhere SS-und Polizeiführer Nordwest” plaatst op 26 en 27 mei 1944 een mededeling in de kranten waarin staat dat het doodvonnis is voltrokken. Drie stafleden uit Kamp Haaren zijn bij de terechtstelling aanwezig: Erich Liebing, chauffeur en kampbewaker, Friedrich Böhm, Oberscharführer en kampbewaker, en Albert Blankennagel, Sturmscharführer en ondercommandant. Aanwezig is ook de arts Dr. Ernst Zärtl, die de dood van de gefusilleerden moet vaststellen. Deze vier mannen zijn na de oorlog naar Nederland gehaald om de plaats van de fusillades aan te wijzen. Ondanks deze en andere zoekacties zijn de stoffelijke resten van de gefusilleerden nooit gevonden[16].

In Udenhout is achter restaurant Bosch en Duin een oorlogsmonument opgericht ter nagedachtenis van de gefusilleerden. Het monument is op 26 mei 2005 onthuld. In 1950 is in Tilburg een straat naar Harry vernoemd, de Henri Verbuntstraat. In 1981 kent de voorzitter van het Nationaal Comité Verzetsherdenkingskruis aan Harry Verbunt postuum het verzetsherdenkingskruis toe[17].

Roomsch Leven 20 juli 1946
Bidprentje Harry Verbunt.jpg

Gebeurtenis

Bronnen (selectie)

Dit is een selectie van bronnen, in de noten staan alle gebruikte bronnen.

Literatuur (selectie)

Dit is een selectie van de gebruikte literatuur, in de noten staat alle literatuur.

  • B.A. Sijes, De Arbeidsinzet. De gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland, 1940-1945, Amsterdam NIOD/Den Haag SDU 1966 (1990).
  • Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019.
  • Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  • Rob van Putten, Het Gewestelijk Arbeidsbureau te Tilburg, 1941-1944, Tilburg, 2022.
  • Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken. De geschiedenissen van de Tilburgers die als gevolg van de strijd tegen Duitsland en de bezetting van Nederland om het leven kwamen, Tilburgse Bronnenreeks 4, Tilburg 2002.

Externe links

Bijlage - Terugblik op het Verraad

De aanslag op Piet Gerrits is op de avond van de aanslag, 24 januari 1944, verraden door Karel Aarts. Op 4 juli 1945 verhoort de Tilburgse Politie Recherche Afdeling (PRA) Barones Johanna Petronella van Heekeren van Brandsenburg over de aanslag. Zij is de echtgenote van Fred Ouwerling, heerbancommandant van de Weer Afdeling (WA) van de NSB en voormalig gemeentearchivaris van Tilburg. De Barones verklaart tijdens het verhoor dat zij door een onbekende persoon was opgebeld die haar zei agent Gerrits te waarschuwen omdat die in levensgevaar verkeerde. De Barones informeerde vervolgens Hendrik Boersma, korpschef van de Tilburgse politie en P.P.J. Pitz, kringleider van de NSB in Tilburg, over het voorval. Een aantal weken na de mislukte aanslag kwam bij haar, aldus de Barones, een meisje aan de deur. Ze stelde zich voor als de verloofde van de onbekende persoon die naar de Barones heeft gebeld en vertelde de Barones dat die onbekende persoon Aarts heet[18].

Barones van Heekeren van Brandsenburg
Barones van Heekeren van Brandsenburg-Beeldbank WO2, 156135.jpg
Bron: Beeldbank WO2

Piet Gerrits bevestigt op 4 juli 1945 tijdens zijn verhoor door de PRA de verklaring van de Barones: volgens hem heeft Karel Aarts ‘s avonds rond 7 uur de Barones op de hoogte gesteld van de aanslag. Gerrits verklaart ook dat hij destijds via NSB-er Vreugdenburg door Pitz is gewaarschuwd voor de aanslag en dat hoofdagent Steenveld hem namens Boersma op het hart drukte zijn woning niet te verlaten (wat Gerrits overigens toch deed; wel nam hij die avond een andere route dan gewoonlijk tussen het hoofdbureau van politie aan de Bisschop Zwijsenstraat en zijn woning in de Le Sage ten Broekstraat). Tenslotte verklaart Gerrits dat hij aanwezig was bij het verhoor van Karel Aarts in Kamp Haaren. Aarts heeft toen volgens Gerrits gezegd dat hij de Barones van de aanslag op de hoogte had gesteld. Journalist Rudolph Constantinus Maria Emich verklaart tegenover de PRA dat hij op 24 mei 1944 samen met onder anderen Busnac in cel 105 in Kamp Haaren zat. Emich zegt dat Busnac hem vertelde dat Aarts had gezegd dat hij de politie voor de aanslag had gewaarschuwd[19].

Aarts zelf verklaart bij de PRA dat hij had gemeend dat van de aanslag op Gerrits niets zou terechtkomen; Busnac en Meintser, die de aanslag zouden plegen, waren in zijn ogen nog kinderen. Aarts wilde niet met Busnac en Meintser samenwerken. Het werd de twee afgeraden, aldus Aarts, om de aanslag te plegen, maar Busnac en Meintser wilden doorzetten. Aarts besloot zich terug te trekken uit de aanslag en belde vanuit het kantoor van het Arbeidsbureau op de Heuvel met de Barones – hij durfde niet Gerrits zelf te bellen, aldus Aarts[20].

De vraag waarom Aarts nu juist met de Barones heeft gebeld is nooit beantwoord. Bekend is wel dat het adres en telefoonnummer van haar echtgenoot gewoon in het adresboek van Tilburg van 1943 staan: “Ouwerling, F.H.M., gem. ambt., Zomerstr 54, tel 5136”. De Barones was dus eenvoudig te bereiken, als men althans met haar naam en adres bekend was. En in elk geval in NSB-kringen was dat zo. Op 5 februari 1943 rapporteert Volk en Vaderland, het weekblad van de NSB, namelijk het volgende. De Barones werd in 1933 lid van de NSB. De NSB kreeg via het woonhuis van het echtpaar voor het eerst vaste voet in Noord-Brabant en hun woning groeide gestaag uit tot de “geestelijke centrale der NSB in het Zuiden”. NSB’ers hielden er besprekingen en vergaderingen, sprekers die naar Noord-Brabant kwamen logeerden er[21].

Noten

  1. RAT 16 Burgerlijke Stand Tilburg, Gilze Rijen en Oosterhout; geboorten, huwelijken en overlijdens; RAT 918 Bevolkingsregister Tilburg 1890-1939; RAT 410 Bidprentjes; Utrechts Archief 920 Personeelsregisters Spoorwegen - Hendrik Verbunt 1850 en 13727.
  2. Utrechts Archief 920 Personeelsregisters Spoorwegen - Hendrik Verbunt 1850 en 13727; RAT 918 Bevolkingsregister Tilburg 1910-1939; BHIC Burgerlijke Stand huwelijken Etten-Leur 1918; West-Brabants Archief Bevolkingsregister Huijbergen 1900-1921; Noord-Hollands Archief, Burgerlijke Stand huwelijken Beverwijk 1923; RAT 16 Burgerlijke Stand Tilburg Huwelijken 1932.
  3. RAT 16 Burgerlijke Stand Tilburg, geboorten, huwelijken, overlijden; RAT 918 Bevolkingsregister Tilburg 1921-1939; GenealogieOnline Genealogische gegevens Tilburg/Goirle e.o., Mathilda Maria Elisabeth “Tilly” van Kruisselbergen (1910-1979); RAT 1182, Collectie adresboeken Tilburg, Adresboeken 1937, 1943, 1948, 1953; Tweede Kamer, Erelijst Gevallenen 1940-1945, f730; RAT 565, Inventarisnr. 214, H.A.A.P. Verbunt; Rob Maayen, Loven in de schaduw van oorlog en geweld (Tilburg 1997), p. 33-3; https://www.hetbakscheven.nl/vereniging/over-het-baksche-ven/; RAT 484 Archief gemeentebestuur Tilburg nr 4250 - HAAP Verbunt.
  4. A.J.H. Bauer, De openbare arbeidsbemiddeling gedurende den bezettingstijd (1940-1945), dissertatie, Leiden 1948; B.A. Sijes, De Arbeidsinzet. De gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland, 1940-1945, Amsterdam NIOD/Den Haag SDU 1966 (1990); Rob van Putten, Het Gewestelijk Arbeidsbureau te Tilburg, 1941-1944, Tilburg, 2022; Max van den Berg, Duitse jacht op arbeidskrachten, Contactblad Stichting 1940-1945, herfst 2020; https://www.dz-ns-zwangsarbeit.de/alltag-zwangsarbeit-1938-1945/materialien/biografien/fritz-sauckel/.
  5. B.A. Sijes, De Arbeidsinzet. De gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland, 1940-1945, Amsterdam NIOD/Den Haag SDU 1966 (1990).
  6. B.A. Sijes, De Arbeidsinzet. De gedwongen arbeid van Nederlanders in Duitsland, 1940-1945, Amsterdam NIOD/Den Haag SDU 1966 (1990); Rob van Putten, Het Gewestelijk Arbeidsbureau te Tilburg, 1941-1944, Tilburg, 2022; RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg, 30 november 1945; RAT 565, Inventaris 96, A.J.M. van Beek; Rob Maayen, Loven in de schaduw van oorlog en geweld (Tilburg 1997), p. 33-37.
  7. Rob van Putten, Het Gewestelijk Arbeidsbureau te Tilburg, 1941-1944, Tilburg, 2022; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019.
  8. https://wikimiddenbrabant.nl/Laura_de_Paepe; RAT 484 Inventaris archief gemeentebestuur Tilburg nr 4250; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Henk Peters, Oorlogsmonumenten in Nationaal Park de Loonse en Drunense Duinen. Uitgever “’t Schoor, Heemcentrum voor Udenhout en Biezenmortel, 2019.
  9. BHIC 550 BS Geboorten Eindhoven akte 69; RAT 16 BS Huwelijken Tilburg akte 167; RHCE BR Eindhoven 1900-1920, f63; RHCE (OpenArch) BR Eindhoven 1921-1938; RAT 565, Inventaris 96, A.J.M. van Beek; RAT 410 Bidprentjes; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  10. RAT 16 BS Tilburg geboorten akte 1250, 12.9.1907; RAT 918 BR Tilburg 1900-1910, dl1516, f140; RAT 1182, Collectie adresboeken Tilburg, Adresboeken 1934, 1937, 1943, 1948, 1953, 1958, 1963; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  11. Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019.
  12. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburg, 2002; RAT 565, Inventaris 96, A.J.M. van Beek.
  13. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburg, 2002; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Nederlandsche%20Arbeidsdienst; https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.04.74; RAT 565, Inventarisnr. 214, H.A.A.P. Verbunt; https://www.brabantsheem.nl/cis-suijs-vlijmense-verzetsstrijdster/; https://brabantsegesneuvelden.nl/persoon/harrie-verbunt-tilburg-1909; RAT 484 Inventaris archief gemeentebestuur Tilburg nr 4250 – W.A.J. Berkelmans; RAT 565, Inventarisnr. 96, A.J.M. van Beek; Erelijst Gevallenen, Johannes de Jong, 1916; OGS - NA 2.19.255.01, 71862A Johannes de Jong, 1916; RAT 336, 4 "NV Illa, Afd. Hero". Register met namen van personen aan wie en over welke periode financiële hulp is verleend door de organisatie, 1944.
  14. https://www.concentratiekampen.eu/; https://www.gedenkplaats-haaren.nl/; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Kamp%20Haaren; https://www.4en5mei.nl/oorlogsmonumenten/zoeken/952/haaren-monument-in-het-voormalig-grootseminarie; Archieven.nl, 250j Gijzelaarskampen (NIOD); https://gedenkplaats-haaren.5701crossmedia.nl/wp-content/uploads/2023/03/25-Johannes-Wilhelmus-van-Eijk.pdf.
  15. https://www.gedenkplaats-haaren.nl/collectie/verhalen/polizei-und-untersuchungs-gefangnis/; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; von Freitag Drabbe Kunzel, Het recht van de sterkste. Duitse strafrechtspleging in bezet Nederland, Amsterdam, Bert Bakker, 1999; Mededeling van de höhere SS-und Polizeiführer Nordwest, in Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; NA 2.19.255.01 408A, Persoonsdossier OGS Carolus Wilhelmus Johannes Aarts; Arolsen ITS 6.3.1.1. KL Herzogenbusch - Kaart Carolus W.J. Aarts; Archief Kamp Vught, Registratiekaart 250G, Carolus W.J. Aarts; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; oorlogsbronnen.nl; RAT 565, Inventarisnr. 37 Documentatie Fusillade Drunense Duinen: Tilburgsche Courant, 5.6.1945.
  16. Delpher; Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; RAT 565, Inventarisnr. 214 H.A.A.P. Verbunt: Gezinskaart 1921-1939, 64/954; PK oud 64/954 Verbunt; BS Overlijden Tilburg 26.5.1944; Tweede Kamer, Erelijst Gevallenen 1940-1945, f7307; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; http://www.4en5mei.nl/herdenken-en-vieren/oorlogsmonumenten/monumenten_zoeken/oorlogsmonument/2716; https://www.gedenkplaats-haaren.nl/collectie/verhalen/polizei-und-untersuchungs-gefangnis/; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; RAT archief 565, Inventarisnr 37 Documentatie Fusillade Drunense Duinen: Brief van de Burgemeester van Drunen aan de Burgemeester van Bergen op Zoom, 6.11.1945; Delpher; Nieuwsblad van het Zuiden 30.5.1964; RAT 565, Inventaris van de collectie documentatie Tilburg 1940-1945, 1949-1995.
  17. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; RAT 565, Inventarisnr. 214 H.A.A.P. Verbunt: Gemeenteblad 1950 nr. 45; Registers van Dragers Verzetsherdenkingskruis, https://wwiinetherlandsescapelines.files.wordpress.com/2016/09/swan-verpalen-pg-218-230.pdf; Rob Maayen, Loven in de schaduw van oorlog en geweld (Tilburg 1997).
  18. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg, 30 november 1945; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019; Nationaal-Socialistische Almanak 1943, Uitgegeven in opdracht van de Organisatieleider NSB, Maliebaan 35, Utrecht.
  19. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg, 30 november 1945; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr 2, 2019.
  20. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg. 30 november 1945.
  21. RAT 1182, Collectie adresboeken Tilburg, Adresboek 1943; Delpher, Volk en Vaderland, 5.2.1943 - Fr.H.M. Ouwerling. De man die zichzelf vormde; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Volk%20en%20Vaderland.