Gerrit Brokx
In 1964 deed Gerardus (Gerrit) Philippus Brokx (Oosterhout 1933 - Tilburg 2002) zijn doctoraal examen Nederlands Recht aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Hij was gemeenteraadslid en wethouder van Oosterhout (1962-1970), lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant (1966-1978), lid van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant (1970-1978), CDA-lid in de Tweede Kamer (1981-1982) en staatssecretaris van Volkshuisvesting (1982-1988).
In 1988 werd hij burgemeester van Tilburg. Kort daarna publiceerde hij het boek Naschrift van een getuige, waarin hij zich verdedigde tegen de aanvallen die hij te verduren had gekregen als gevolg van de enquêtecommissie Bouwsubsidies, waardoor hij als staatssecretaris ten val kwam.
Brokx was tot 1997 de zestiende burgemeester van Tilburg en gaf in die periode met grote daadkracht, inzet en betrokkenheid leiding aan het stadsbestuur. Brokx liet de Tilburgers inzien dat ze trots konden zijn op hun stad. Hij gaf vorm aan de verdere transformatie van ‘Tilburg Textielstad’ naar ‘Tilburg Moderne Industriestad’. Met deze gemeenschappelijke noemer wist hij de stad bekendheid te geven en het bedrijfsleven en de burgers te mobiliseren.
Op zijn initiatief werden het Kunstcluster en de Concertzaal gebouwd. Brokx speelde ook een belangrijke rol bij de aanwijzing van Tilburg als ‘stedelijk knooppunt’ in de Vierde Nota Ruimtelijke Ordening en was bestuurlijk mededrager van het ‘Tilburgs Model’. Als waardering kreeg hij bij zijn afscheid de Gouden Legpenning van de gemeente Tilburg. Hij werd opgevolgd door Johan Stekelenburg.