Marinus Egbertus (Egbert) Dekkers (Zeeland 1908 - Boxtel 1983) volgde het seminarie Beekvliet, werd in 1935 tot priester gewijd en volgde de Rijksacademie van Beeldende Kunsten in Amsterdam (1936-1941). Hij woonde vanaf 1941 in Moergestel, waar hij een atelier deelde met Jan
Dijker. Dekkers vervaardigde wandschilderingen, glas-in-loodramen, decoratieve muren, wandtapijten en schilderijen, vooral voor Brabantse kerken. Zo maakte hij een schilderij van Sint Job voor de
Sint Caeciliakerk in Enschot (
Berkel-Enschot; 1942) en glas-in-loodramen voor de Sint Antoniuskerk in Waalwijk (1962), het raadhuis in Oisterwijk, de abdij van de
trappisten en de Sint Jan in Den Bosch. In Tilburg voorzag Dekkers de vroegere
Noordhoekse kerk van nieuwe wandschilderingen (1954) en maakte hij een reusachtig gevelreliëf en een sculptuur voor het klooster van de
gutjesnonnen (1967). In 1969 raakte hij deels verlamd en moest hij zijn werk staken.
