Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Driekoningen zingen

Gebruiken
PietenLiaHappel.png
Driekoningen zingen, in het midden Piet en Lia Happel

Driekoningen, 6 januari

De drie koningen Caspar, Melchior en Balthasar bezochten het kindje Jezus en gaven hem geschenken. Veelal stonden de beelden van de koningen voor op kerstdag op grote afstand van de kerststal en naar gelang het dichter bij 6 januari kwam, kwamen ze stapje voor stapje dichterbij. Pas op Driekoningen stonden ze bij de kerststal. Vroeger was het driekoningenzingen al zeer gebruikelijk. Kinderen verkleedden zich door allerlei kleden om zich heen te slaan en zetten een kroontje op het hoofd. Een kind speelde Balthasar en zijn gezicht was zwart gemaakt. Ook hadden ze al lampions met een kaarsje erin dat altijd uitwaaide. Zo gingen ze al zingend langs de deuren. Meestal zongen ze:

  • Drie koningen, drie koningen
  • gif men unnen nuuwe hoed
  • M’nen ouwe is versleten
  • Ons moeder mag ’t nie weten
  • Ons vader hee z’n geld
  • Al op de toonbank neergeteld.

Er waren wel meer liedjes in gebruik. De zangertjes kregen snoep en af en toe ook wat kleingeld. Een ander vertelde: Ik herinner me, dat in de oorlog ook volwassenen uit Kaatsheuvel Driekoningen kwamen zingen om geld. Er is een kerkbank die verwijst naar Driekoningen.


Video

Video