Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

De Tip in Gilze door de jaren heen

De Tip in Gilze door de jaren heen

Getekend door de tijd

We hebben het allemaal kunnen zien en meebeleven. Afgelopen maanden is het Bisschop de Vetplein in Gilze helemaal opnieuw ingericht. Op maandag 6 juni aanstaande opent wethouder Corné Machielsen de Tip officieel. Aanleiding om eens in de geschiedenis van het Plein te duiken.

Vijfsprong Al eeuwenlang is de kruising waar vroeger de Groote Kerkstraat (nu Raadhuisstraat) en de Kleine Kerkstraat (nu Kerkstraat) samenkwamen, het centrum van het dorp Gilze. Het was een punt waar vijf wegen in een stervorm bij elkaar kwamen. Het werd en wordt in de volksmond ‘de Tip’ genoemd. Behalve de Groote Kerkstraat en de Kleine Kerkstraat kwamen er dus nog drie wegen uit op de Tip. Eén daarvan, de Ridderstraat, was vroeger een zandweg die aansloot op de Tip en naar het buurtschap Verhoven voerde. Daar liep de weg verder naar Breda. Een afsplitsing leidde naar de heidemolen en naar Oosterhout. De andere twee wegen waren karrensporen door de akkers, de ene naar de buurtschap Nerhoven (nu Nieuwstraat) en de andere naar de buurtschap Biestraat (nu Oranjestraat).

De oude kom Tot midden 19e eeuw had de kom van Gilze een min of meer aaneengesloten bebouwing, ongeveer van de Heuvel tot aan het begin van de huidige Oranjestraat. Wat we nu Bisschop de Vetplein noemen was onderdeel van die Groote Kerkstraat. Om een beeld te vormen van hoe die kom eruit zag, moeten we even terug naar wat schoolmeester Gregorius Schrauwen hierover in 1828 schreef. “De Kleine Kerkstraat is een krom en smal straatje. De Groote Kerkstraat , die eigenlijk het dorp uitmaakt, is mede niet regt, op de eene plaats wel iets breder dan op de andere, doch over het algemeen smal.” Hij legt uit dat de straten met keistenen belegd waren. Inwoners verzamelden die keien van tijd tot tijd op de Molenheide: “zoodat bijna elk jaar de steenweg, nu aan dit en dan aan geen einde verlengd wordt.” De eerste bestrating in de kom van Gilze werd dus door de inwoners zelf gelegd.

‘Het Plein’ vroeger Toen in 1915 de gemeenteraad de eerste straten in de kom een officiële naam gaf, kreeg ‘de open ruimte in het centrum’ de naam Plein. Maar tot 1954 was er eigenlijk geen sprake van een plein of pleintje. De Tip was een kruispunt van smalle wegen met de bebouwing heel kort op de rijweg. Op de splitsing van de weg naar de Biestraat (nu Oranjestraat) en de weg naar Verhoven en Breda (nu toegang tot park met fietspad) stond de woning met herberg, winkel en leerlooierij van Aug. de Bont. Zijn kleinzoon Aug. Hoevenaars volgde hem op maar zag vooral mogelijkheden als leerlooier. De oude herberg werd in 1910 afgebroken en vervangen door een fraai herenhuis. Naast zijn huis liet hij een nieuwe leerlooierij bouwen die zou uitgroeien tot een moderne leerfabriek. In 1944 werd deze fabriek door geallieerde bombardementen totaal verwoest. Het herenhuis staat er nu nog, links van de Villa Mol. Achter de woning van Aug. de Bont stond in 1826 de woning met winkel van grutter Willem Otten. Dit is bijna twee eeuwen lang een winkelpand gebleven, totdat drogist Vroom de deuren sloot; nu staan er drie nieuwe woningen. Op de splitsing van nu Nieuwstraat en toegang tot park met fietspad stond vroeger een boerderij die later bewoond werd door de pastoor. Na de grote dorpsbrand in 1762 werd het pand weer opgebouwd. Vanaf 1778 woonde er de chirurgijn Marijnus Mol. In 1892 liet de weduwe van burgemeester Willem Mol, het oude pand afbreken voor de ‘stichting van een Heerenhuis en de aanleg van een pleziertuin’. De Villa Mol zoals we die nu kennen. Op de hoek Raadhuisstraat-Nieuwstraat stond begin 19e eeuw een boerderij van Antony de Jong met daar schuin tegenaan de woning van leerlooier Peeter de Kort. Beide woningen waren dicht tegen de rijweg gebouwd. Op de hoek van de boerderij stond een grote lindenboom, de Bekse boom, genoemd naar wagenmaker Adriaan Beeckx die daar later woonde. In 1925 werd de oude boerderij vervangen door een nieuw ‘winkelhuis’ van J.C. Scheepens. Deze winkel werd meer naar achter gebouwd, waardoor het Plein iets groter werd. Ook de lindenboom werd geruimd. Het Plein werd in 1926 ‘verstraat met klein plaveisel’. Een eerste bescheiden herinrichting van het plein. De oude woning ernaast werd later bewoond door de familie Bezems, naderhand Sikkenga-Bezems. Bij het bombardement van 5 juli 1944 werd het winkel-woonhuis van Sikkenga volledig verwoest. Moeder en de zes jongste kinderen die in de schuilkelder zaten, kwamen daarbij om. Het ernaast gelegen winkelpand van Scheepens liep grote schade op. De hoek Raadhuisstraat-Kerkstraat is een dorpsgezicht dat de afgelopen eeuw nauwelijks veranderde. Op de locatie van café ‘de Tip’ stond meer dan tweehonderd jaar een herberg. Tegenover café de Tip stonden twee herenhuizen. Het eerste, op de hoek van de Kleine Kerkstraat, werd bewoond door de onderwijzer Gregorius Schrauwen. Van 1894-1944 was er een woning met postkantoor. Het statige pand ernaast was in 1832 eigendom van rentenierster Helena Hoevenaars en later notaris J. Verhoeven. Na diens dood had Aug. Brouwers daar een bakkerij. Vooraan de Oranjestraat kocht pastoor Coomans in 1790 een ‘huijsinge, hoof, boomgaard en erve’. De parochie liet daar in 1845 een nieuwe pastorie bouwen. Het pand lag iets terug van de rijweg met een voortuin en fraai hekwerk. Deze pastorie werd tijdens een bombardement in 1944 zwaar beschadigd. De fundamenten werden tijdens de werkzaamheden dit jaar gevonden.

Een echt Plein Het zal duidelijk zijn dat het Plein door de bombardementen zwaar gehavend de Tweede Wereldoorlog uitkwam. Kort na de oorlog maakte de gemeente een wederopbouwplan, ‘de Spiegel’. Het Plein kon het steeds toenemende verkeer niet meer aan. Vooral de smalle doorgangen naar de Oranjestraat en Kerkstraat bleken knelpunten. Afbraak bood de mogelijkheid om het Plein te vergroten. In 1947 werd een nieuwe pastorie gebouwd die verder naar achteren kwam te liggen. En in 1954 begon de gemeente aan de westzijde met de sloop van de woning met oude postkantoor, het woonhuis van kapper J. de Jong, de woningen met sigarenwinkel van Fr. de Vet en twee aansluitende huisjes in de Oranjestraat. De plannen waren niet onomstreden. Het Nieuwsblad van het Zuiden schreef daarover: “Ze zeggen in Gilze dat het zonde is van de huizen, die tegen de grond gaan, van de woonruimte die er aan wordt opgeofferd. Ze zeggen ook dat er een karakteristiek stukje Gilze verdwijnt.” In het licht van de grote woningnood na de oorlog een begrijpelijke reactie. Maar het Plein deed voortaan zijn naam eer aan. Het werd een echt plein met rijweg, gazon met bomen en een parellelweg langs de pastorie. Aan deze weg verrees in 1955 het Wit-Gele-Kruisgebouw en in 1961 een nieuw woonhuis met postkantoor. Op het terrein waar eerst de lederfabriek van Hoevenaars- v.d Noort stond, kon de Abdis van Thornstraat worden aangelegd, waardoor het stuk Ridderstraat dat aansloot op de Tip kon vervallen. Tegenover de pastorie werden twee woonhuizen (met winkel) gebouwd met daarvoor een bushalte en parkeerplaatsen. Vanaf 1946 deed Villa Mol tijdelijk dienst als gemeentehuis. Villa en tuin werden aanvankelijk door de familie Mol aan de gemeente verhuurd. Toen het gemeentehuis in 1961 naar Rijen verhuisde, kocht de gemeente de villa en tuin. Na een grondige verbouwing werd beneden een hulpsecretarie gevestigd. De tuin werd ingericht als openbaar park. De twee door oorlogsgeweld beschadigde winkelpanden van Scheepens en Sikkenga werden nieuw gebouwd. Beide panden verdwenen later weer door bouwplannen voor de Rotterdamse Bank en later ABN-Amrobank. Nu zit hier het Kruidvat. In 1967 nam de gemeenteraad het besluit het Plein in Gilze te vernoemen naar bisschop Gerardus de Vet. Deze Gilzenaar van geboorte was kort daarvoor plotseling overleden.

Reconstructies In de tachtiger jaren lagen er een plan voor een rigoureuze herinrichting van het centrum van Gilze. Diverse panden aan de Raadhuisstraat en Kerkstraat werden al gesloopt. In 1984 was er een voorgenomen besluit voor sloop van café de Tip. Dat stuitte op massaal verzet van bewoners en de gemeente trok de plannen dan ook ijlings in. Midden 90er jaren maakte de gemeente een plan voor een reconstructie van het Bisschop de Vetplein. In de geest van die tijd dacht een klankbordgroep mee over de plannen. Hierbij werd het oude wegprofiel van de Oranjestraat weer hersteld en de kruising met de Kerkstraat verlegd. Het plein werd ingericht met ruimte voor de weekmarkt en evenementen. Eind 1997 werd met het planten van een rij van vijf platanen een begin gemaakt met de herinrichting, waarin ook de ongeveer 1000 jaar oude boomput een plaats kreeg. Nu 25 jaar later was opnieuw een reconstructie noodzakelijk. Met name de inzichten over hoe om te gaan met water zijn grondig gewijzigd. In het nieuwe ontwerp is het riool vervangen, een groot regenwateropvangbassin geplaatst en ruimte gemaakt voor veel meer groen. Door minder parkeerplaatsen op het plein is er bovendien meer ruimte voor het terras van De Huyskamer. De voorrangskruising, ingesteld in 1975, is komen te vervallen. De oude vijfsprong is op een fraaie hedendaagse manier weer in ere hersteld.

Tekst: Walter de Vet

Fotoredactie: Piet Weterings

Bronnen: ‘Gilze van Vossenberg tot Valkenberg’; ‘Beschrijving van het dorp Gilze ten nutte der inwonende jeugd bearbeid door G. Schrauwen, schoolonderwijzer te Gilze, 1828’; Nieuwsblad v/h Zuiden, 1954.

Onderschriften: 1. Het nieuwe Plein Gilze kort na 1956. Ansichtkaart Jan Simons 2. Panorama Gilze, de Tip rond 1925, ansichtkaart uitgave onbekend 3. Afbraak oud postkantoor 1955, foto Heemkring Molenheide 4. Plein Gilze met zicht in Ridderstraat. Rechts villa Mol, toen gemeentehuis, links pand van kapper Joh. de Jong. Iets verder op hoek Plein – Ridderstraat het pand van de oompjes Hoevenaars; Ansichtkaart DRC ca. 1946