Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Automarkt

Op particulier initiatief ontstond tussen 1936 en 1939 op het Piusplein een automarkt. In de Tweede Wereldoorlog kwam deze ‘wilde handel’ stil te liggen, omdat de Duitsers auto’s vorderden. Na de oorlog waren auto’s bijzonder schaars maar gaandeweg trok de autohandel weer aan. Met als doel ‘een breed publiek de gelegenheid te bieden een tweedehands auto te kopen’ en de handel te reguleren, werd de Tilburgse automarkt in 1948 officieel ingesteld. Die werd nog steeds gehouden op het Piusplein, maar dat veroorzaakte steeds meer problemen, zoals ruimtegebrek en verkeersopstoppingen. Tegelijkertijd steeg het aantal verkochte auto’s spectaculair. In 1954 werden er 664 verkocht en in 1958 waren dat er 3619. Samen met die van Apeldoorn groeide de Tilburgse automarkt uit tot een van de grootste van Nederland. Uit de hele regio en België kwamen geïnteresseerden in een tweedehandsje naar Tilburg. In 1959 besloot de gemeenteraad de automarkt te verplaatsen naar een terrein nabij het gemeentelijk slachthuis aan de Lovensekanaaldijk. In 1979 werd de markt opgeheven, mede doordat er inmiddels voldoende aanbod van gebruikte auto’s in de regio was.