Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Zondagsscholen

In 1836 ontstond op initiatief van pastoor Zwijsen (mgr. Joannes Zwijsen) een zondagsschool. Deze school was vooral bedoeld voor jongens die door de week in de fabriek werkten, maar ook meisjes werden toegelaten. Er werd les gegeven in lezen, schrijven, rekenen en zingen, en vanzelfsprekend ontbraken ook de godsdienstlessen niet. Het onderwijs was gratis en ook de leermiddelen werden gratis verstrekt. De school was niet bedoeld voor kinderen die hun Eerste Heilige Communie nog niet hadden gedaan, want voor hen had Zwijsen de ‘armenscholen’ in het leven geroepen (Lagere scholen vóór 1900). In 1837 waren er twee zondagsscholen, namelijk een voor jongens in de openbare school aan de (Oude) Markt, en een voor meisjes bij de Zusters van Liefde. Een tweede zondagsschool voor meisjes kwam in 1841 op 't Goirke. Toen er fraterscholen werden gesticht in ’t Heike (1850) en ‘t Goirke (1855), kwamen ook daar zondagsscholen. De ‘openbare’ zondagsschool werd in 1880 gesloten, maar in 1885 kwam er in de parochie Heuvel een zondagsschool voor jongens. De zondagsscholen waren in Tilburg zeer succesvol. In 1885 telden de vijf zondagsscholen samen ruim twaalfhonderd leerlingen. Aan het begin van de twintigste eeuw zijn de zondagsscholen opgeheven. De reden daarvoor moet gezocht worden in de opkomst van het patronaatswerk, het sporten op zondag en de verkorting van de arbeidsduur, waardoor het mogelijk werd om ook ’s avonds onderwijs te volgen. Het fenomeen zondagsschool was overigens in 1836 niet geheel nieuw, want aan het begin van de zeventiende eeuw moet er in Tilburg al een zondagsschool zijn geweest, waar les gegeven werd in lezen en schrijven.