In het Tilburgse adresboek van 1900 worden 87 slagers vermeld. In 1934 waren dat er 189 en in 1958 nog 161. Dat lijken onvoorstelbare aantallen, maar die zagen we destijds bijvoorbeeld ook bij
bakkers,
kruideniers,
tabakszaken en zelfs
kappers. Behalve zaken als
Vleesgrootverbruik Wim Pessers en
Slagerij Fons Pessers zijn er meer met een lange staat van dienst, zoals Smolders (Pijlijserstraat; sinds 1927), Van de Pas (Hoefstraat; 1939) en De Bresser (Koestraat; 1939). Bekende, reeds verdwenen slagers waren onder meer Van Kempen (Thomas van Kempenstraat), Van Oers (Pelgrimsweg), Timmermans (Kwaadeindstraat), Vorselaars (Sint Josephstraat),
Herculeijns,
Th. Heldens en
slagersfamilie Ooms. Een van de oudste, nog bestaande zaken is Lejeune in de Willem II-Straat (1906). Deze winkel hanteert al vele jaren de spreuk ‘Wat Napoleon was onder de vorsten, is onze worst onder de worsten’. Een bijzonder bedrijf is Van Onzenoort op het Smidspad, waar al sinds 1939 de befaamde ambachtelijke boerenzult wordt gemaakt.
