Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Rabobank Udenhout

Rabobank Udenhout
Rabobank.JPG
Bestuur en Raad van toezicht van de Rabobank in 1966.

Op 3 december 1899 kwamen twaalf oprichters bijeen in de boerderij van Kobus van Roessel in den Berkhoek, allen landbouwer van beroep. Pater Gerlacus van den Elsen was voor deze belangrijke bijeenkomst naar Udenhout gekomen. Nadat allen hun handtekening hadden geplaatst, was de oprichting een feit.

In de Nederlandsche Staatscourant van 10 januari 1900 zijn de statuten opgenomen die op 28 december 1899 door de minister van Justitie, Cort v.d. Linden zijn goedgekeurd.

Bestand:Oprichting Boerenleenbank Publ 10-01-1900.pdf

Op 16 januari 1900 kwam de weduwe van Cornelis Bouwens uit de Kuil, de buurvrouw van kassier Hannes Willems, een inleg doen van ƒ100,-. Deze transactie werd als nummer 1 vastgelegd in het dagboek (lees: kasboek) van Hannes. De administratie was toen nog niet geheel op orde, want haar spaarboekje kreeg volgnummer 5. Spaarboekje nummer 1 werd op 3 februari 1900 uitgereikt aan Arnolda Bouwens, dienstmeid in Udenhout, dochter van Adriaan Bouwens en later de vrouw van Piet van Kempen. Kort daarna bereidde de piepjonge boerenleenbank van Udenhout een belangrijk besluit voor. Er had zich iemand gemeld die een bedrag wilde lenen van ƒ350,-. Omdat de aanvrager voldeed aan de geldende voorwaarden, werd hij aangenomen als lid van de bank. De beheerders behandelden zijn financieringsaanvrage in de vergadering van 18 februari. Het college van bestuur en raad van toezicht, bestaande uit twaalf personen, was voltallig aanwezig. De vergadering keurde de aanvrage goed.

Tot 1944 was de kassier van de bank een te goeder naam en faam bekend staande Udenhoutse boer. In dat jaar werd Toon van den Bersselaar, in de volksmond ook wel Toontje genoemd, tot dan toe boekhouder op het Pakhuis van de Boerenbond. Dat Toontje van den Bersselaar de opvolger werd van Tinus Simons, betekende twee belangrijke veranderingen. Op de eerste plaats verdween na 45 jaar de bank uit de boerderij en bovendien ging de functie van kassier over in handen van een niet-boer. Begin 1959 gingen er stemmen op of het niet wenselijk zou zijn om uit te zien naar een geschikt huis of een bouwplaats voor een nieuw kantoor in het centrum van de gemeente.

Dan deed in januari 1960 in het dorp het nieuws de ronde, dat Pieter Bertens voornemens was met zijn gezin naar Canada te emigreren. Pieter bezat in het centrum van het dorp een boerderij en een huiskavel met een oppervlakte van 2.700 m². Zaterdag 3 juni 1961 was het zover. Een lange rij versierde karren met opgetuigde paarden, met voerlui in ouderwetse kleren, sierde de Udenhoutse straten. Met muziek van “De dorstige boertjes” voorop en gevolgd door een gezelschap heerboeren, trok de optocht via Zeshoevenstraat, Berkelseweg en Slimstraat naar de nieuwe bank.

Toen Toontje van den Bersselaar in 1967 het stokje doorgaf aan zijn zoon Kees van den Bersselaar, was de bank uitgegroeid tot een enorm groot bedrijf. Het balanstotaal van de bank was gestegen tot boven de tien miljoen. Deze spectaculaire groeicijfers hadden ook gevolgen voor het aantal medewerkers en de benodigde kantoorruimte. Na diverse verbouwingen kwam er complete nieuwbouw in 1991. Bij die gelegenheid is het carillon geplaatst. De gemeentelijke herindeling maakte in 1996 de dorpen Berkel en Udenhout tot een nieuw stadsdeel van de gemeente Tilburg.

Binnen de Rabobank-organisatie voltrok zich reeds een aantal jaren een proces van schaalvergroting bij de lokale banken. Het leidde in 1998 tot fusie van de Rabobanken van Udenhout en Berkel-Enschot. Inmiddels is de bank verder gefuseerd met Helvoirt en Haaren. Sinds 2016 heeft Rabobank nog maar een bankvergunning en vallen alle banken hieronder.

Zie ook