Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

NCHN

Lemma in bewerking

Op 26 februari 1945 werd in Tilburg de Nationale Centrale voor Hulpverlening in Nederland (NCHN) opgericht. De NCHN was door de Chef Staf Militair Gezag, generaal-majoor mr. H.J. Kruls, in het leven geroepen met als doel “…het bundelen, coördineeren van en richting geven aan alle plaatselijke acties tot hulpverleening aan het nog niet bevrijde gebied.” Voorzitter werd kolonel mr. J.C. Baron Baud, particulier secretaris van prinses Juliana (Baud was tevens voorzitter van de HARK). Verder bestond het bestuur uit o.a. de Tilburgse wethouder L. Janssens (vice-voorzitter, Janssens was tevens secretaris van de HARK), J.J. Werner (secretaris) namens het Comité voor Maatschappelijke Wederopbouw Tilburg, mevr. Van de Mortel-Houben, echtgenote van de burgemeester van Tilburg namens de UVV (Unie van Vrouwelijke Vrijwilligers), J. Willems namens de GOIWIN (Gemeenschap oud-illegale werkers in Nederland) en majoor pater L. Bleijs. In april zijn aan het bestuur nog toegevoegd: majoor jhr. ir. R.E. Laman Trip namens het Militair Gezag, overste ir.L. Smulders van het provinciaal militair commissariaat te Vught en overste M.M. van Hengel namens het B2-plan (voedselhulp aan de nog niet bevrijde westelijke provincies). Het kantoor van de NCHN was ondergebracht bij het Centraal Bureau van de H.A.R.K. aan de IJzerstraat 1a in Tilburg.

De NCHN diende als koepel waaronder alle plaatselijke hulpverlenende instanties zouden opereren; ze behielden hun autonomie, maar naar buiten toe traden zij gezamenlijk op onder de noemer van de NCHN. Naast de coördinatie van de hulpverlening aan het Noorden (lees: de op dat moment nog niet bevrijde gebieden) was de aandacht gericht op evacués en gerepatrieerden die onderdak gevonden hadden in de bevrijde gebieden. De hulpverlening moest voortvloeien “…uit een warme Christelijke naaste[n]liefde en mag niet bestaan uit een louter ambtelijke verzorging.” Daarom moest bij de selectie van medewerkers niet alleen gekeken worden naar technische vaardigheden en politieke betrouwbaarheid, maar ook naar mentaliteit.

Als verlengstuk van het Militair Gezag kon de NCHN effectief optreden omdat ze als enige instantie kon beschikken over een volledig overzicht van lopende acties, beschikbaar personeel, hulpbronnen, voorraden en transportmiddelen. Vanaf maart 1945 fungeerde de NCHN steeds meer als ‘personeelspool’ voor hulpverlening aan de nog te bevrijden gebieden. Er was vooral dringend behoefte aan deskundigheid op het terrein van huisvesting, gezinszorg, medische zaken, voeding, het verzorgen van vee en technische kennis op het gebied van gas, elektriciteit en water. Daarom waren er voor de bemanning van de (vooral uit vrijwilligers bestaande) ploegen personen uit allerlei beroepsgroepen nodig. Een eerste vereiste om deel te nemen was een door de burgemeester af te geven verklaring van goed gedrag. Bij personen in loondienst moest de werkgever verklaren dat de betreffende werknemer voor een bepaalde periode gemist kon worden voor hulpverlening en na afloop zonder beperkende voorwaarden zijn werk weer kon hervatten. Alle ploegleden kregen een opleiding die toegespitst was op de te verrichten werkzaamheden. Voor voeding, onderdak en eventueel speciale kleding zou worden gezorgd. Ook het te derven loon kwam voor rekening van het Militair Gezag. Begin april 1945 bleek er dringend behoefte te bestaan aan 150 koksploegen, 70 motorrijders, 100 chauffeurs en reserveploegen: 2000 laders en lossers, 100 winkelmeisjes en 500 textielsorteerders.

De laatste vergadering van de NCHN waarvan notulen bewaard gebleven zijn was op 19 april in Tilburg. Het heeft er alle schijn van dat de NCHN een stille dood gestorven is, doordat de activiteiten na de bevrijding van Nederland spoedig overgenomen zijn door de stichting Nederlands Volksherstel (NVH).

Bronnen

Regionaal Archief Tilburg,

  • Archief 224, Plaatsingslijst van het archief van Nationale Hulpaktie Rode Kruis (H.A.R.K.), afdeling Tilburg, 1944-1949.
  • Archief 226, Plaatsingslijst van het archief van de Nationale Centrale voor Hulpverlening in Nederland, Afd. Tilburg 1944-1951.
  • Archief 658, Inventaris van het archief van de vereniging Unie van Vrouwelijke Vrijwilligers (U.V.V.), afd. Tilburg, 1945-1946.


Medeelingenblad van het Centraal Bureau der Hulp Actie Roode Kruis 1944, nr.1, 15 maart 1945.

Literatuur