Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Moordaanslag Udenhout 1688

De Udenhoutse schoolonderwijzer Jan Ophorst was ook belastinginner in Loon op Zand. Daar maakte hij zich niet populair. Sterker, het leidde tot een verschrikkelijk drama in zijn woning “Vogelenzang” vooraan links aan de Schoorstraat. Het gebeurde op maandag 5 april 1688. In de loop van de avond kwamen er vijf mannen Udenhout binnenlopen. Zij namen hun intrek in het huis van Cornelia Willem Bertens, huisvrouw van Hendrick van den Heuvel, die getuigde dat deze mannen in haer aengesicht swart waren ider een roer bij sich hebbende. Cornelia Bertens wist te melden dat de mannen uiteindelijk na dat er drie of vier kannen bier gedroncken waren die selven nacht ontrent elff of twaelff uren uijtten huijse sijn wech gegaen. Jan Ophorst lag toen al in bed met zijn vrouw. Zijn moeder sliep in de keuken en er lag een baby in de wieg. Hij hoorde tussen 12 en 1 uur in de nacht van maandag op dinsdag dat er mensen rond zijn huis liepen. Vervolgens gooiden deze mensen vijf ramen in. Hij stond op van het bed om te proberen er achter te komen wie dat hadden gedaan. De daders stonden echter buiten de maneschijn en de maan stond ook nog eens op het punt om onder te gaan. Daardoor kon hij niemand onderscheiden. Hij vermoedde dat het om tien personen ging. Hij had die gedachte nauwelijks gevormd toen de kogels hem om de oren vlogen. Bij het eerste salvo raakten twee kogels de bedstee waar zijn vrouw in lag, terwijl desselffse huijsvrouw met den derden kogel door de gordijne van bedstede geschoten inde lincker borst penetrerende door het hart, soo dat de selve daer aen mors is doodgebleven. Daarmee was er nog geen einde aan de aanval gekomen. Een volgend salvo sloeg in de keuken waar de moeder van Jan Ophorst lag. Er volgde nog meer salvo's waarbij nogal wat huisraad werd getroffen. Al met al dacht hij dat er 40 kogels in het huis waren geschoten. Jan Ophorst verklaarde dat hij hebbende dien nacht alsoo met vreesen enden beven doorgebracht. Toen hij was bekomen van de schrik, rende hij naar de buren om hun het nieuws te brengen van wat hem overkomen was en hun hulp in te roepen. Alle buren verklaarden weliswaar schoten gehoord te hebben, maar door de nogal geïsoleerde ligging van het huis wisten ze niet dat die schoten bij het huis van Jan Ophorst vandaan kwamen. Hoewel in de getuigenverklaringen steeds sprake is van vijf personen die deze aanslag gepleegd hebben, zijn er uiteindelijk 4 mannen aangeklaagd: Willem vande Graeff, Willem Brants, Thomas Jan Thomas Egmonts en Dirck Bunen. Aangezien zij allevier voortvluchtig zijn, werden ze bij verstek aangeklaagd. Twee van hen, Willem vande Graef en Thomas Jan Thomas Egmonts, sloten zich aan bij het leger van commandant van Barlo. Mogelijk waren ze daar al actief en verklaart dat de aanwezigheid van zoveel geweren. Deze soldaten werden opgespoord in het kampement in Maastricht. Toen ze van daaruit naar 's-Hertogenbosch op transport gingen, ontsnapten ze echter. Deze dubbele moord heeft ongetwijfeld diepe indruk gemaakt op de inwoners van Udenhout. Johan Ophorst bleef in het dorp wonen, hertrouwde en bleef schoolmeester tot aan zijn overlijden in 1729. Hij was toen al meer dan 50 jaar actief als schoolmeester en er zullen maar weinig inwoners van Udenhout zijn geweest die niet in zijn schoolbanken hebben plaatsgenomen. Hij liet één zoon achter uit zijn eerste huwelijk: Govert. Het is ongetwijfeld uit respect voor hun schoolmeester, dat het perceel waarop hij zolang gewoond heeft, in een mogelijk nieuwe of aangepaste woning, in de volksmond de naam kreeg van zijn vermoorde huisvrouw Maria Vogelsangh.

Zie ook