Modden
onov. ww., knoeien, slordig werken, maar aanmodderen; WNT: ‘in of met modder of slijk werken, vandaar: kladden, morsen, smeren’. Vooral gezegd van een verwerpelijke nalatigheid bij het verrichten van een werk; in tegenstelling tot aankloten een zeer ongunstige kwalificatie: aankloten kan met vakmanschap samengaan, modden is altijd ondeskundig.