Limburg- Stirum van, Otto Ernst Gelder
BEVRIJD VAN DE VERGETELHEID
Hoewel het meer dan 75 jaar geleden is dat er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog en de oorlog daarna tot ca. 1950, blijft het belangrijk al deze Goirlese slachtoffers van die tijd te herdenken.
Hiermee worden o.a. bedoeld: slachtoffers van beschietingen, zij die in concentratiekampen terecht kwamen, gedwongen tewerkgestelden, en Goirlese militairen.
Al deze burger- en militaire slachtoffers van Goirle zijn personen die in Goirle geboren zijn of ten tijde van de oorlog in Goirle woonachtig waren en/of door oorlogshandelingen hier of elders om het leven kwamen.
Goirlese burger- en militaire slachtoffers van deze oorlog zijn opgenomen in deze Wiki Midden-Brabant en we streven ernaar van ieder van hen een foto en levensbeschrijving op te nemen.
We willen door hier hun verhaal te vertellen, deze slachtoffers eren en de herinnering aan hen levend houden.
Otto Ernst Gelder Graaf van Limburg Stirum (Geb. 13-04-1893 – overl. 15-08-1942), substituut officier van justitie, zoon van Jan Pieter Adolf van Limburg Stirum (1866-1902) en van Cecilia Johanna van Limburg (1871-1956).
Achtergrond
Otto Ernst Gelder is geboren in het gezin van Jan Pieter Adolf van Limburg Stirum en Cecilia Johanna van Limburg. Deze Jan Pieter Adolf trouwde in 1892 met zijn volle nicht Cecilia Johanna gravin van Limburg Stirum (1871-1956) met wie hij vijf kinderen kreeg. De jongste twee - een meisjestweeling - zagen pas na zijn dood, in juli 1902, het levenslicht.
Otto Ernst trouwde op 5 september 1918 in Arnhem met Wilhelmina Cornelia Baronesse van Heemstra. Het huwelijk bleef kinderloos. Hij werkte in 1942 als substituut-officier van justitie. Verder was hij reserve eerste luitenant bij het Korps Rijdende Artillerie. Van Limburg Stirum, die bij verschillende rechtbanken had gewerkt, werd eind 1941 na een conflict met de secretaris-generaal, de NSB'er Jacobus Johannes van der Schrieke, ontslagen als substituut-officier van justitie in Arnhem. Ook weigerde hij daarna een andere functie bij de rechterlijke macht te bekleden. Op 4 mei 1942 werd hij gearresteerd. Daarmee behoorde de jurist tot de 1250 kopstukken uit de Nederlandse samenleving die als gijzelaar werden vastgehouden in het Kleinseminarie Beekvliet te Sint-Michielsgestel en het Grootseminarie in Haaren. De graaf zat in Beekvliet vast. Op 7 augustus 1942 mislukte in Rotterdam een bomaanslag van de Nederlandse Volksmilitie (NVM), die een trein met Duitse verlofgangers had willen opblazen. De daders meldden zich op 14 augustus 1942 niet vóór middernacht, zoals de Duitsers in een ultimatum hadden gevorderd. Als gevolg hiervan werden vijf mannelijke gijzelaars van Sint Michielsgestel en Haaren op 15 augustus 1942 gefusilleerd in de bossen van Gorp en Roovert, vlak bij de Belgische grens.
Na opgraving in 1945 werd hij, samen met Alexander Schimmelpenninck van de Oye, ook een van de gijzelaars, op het landgoed Gorp en Roovert herbegraven op de fusilladeplaats.
Zijn weduwe Wilhelmina vertrok in 1977 naar Zwitserland.
Gebeurtenis
Bronnen
Literatuur
- Ben Loonen (eindred.) “Goirle 1940-1945, een grensdorp bedreigd, bezet en bevrijd”, Goirle 1994.