Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Kunstenaarsfamilie Knip

Nicolaas Frederik Knip (1741-1808) was de stamvader van het kunstschildersgeslacht Knip. Nicolaas vestigde zich in 1772 vanuit Nijmegen in Tilburg als behangselschilder van kastelen en lusthoven. Hij trouwde met Anna Drexler, dochter van de ‘camerbewaarder’ van het Kasteel van Tilburg. Uit dit huwelijk werden vijf kinderen geboren, waaronder de bekend geworden kunstschilders Josephus Augustus (1777-1847), Henriëtta Geertruy (1783-1842) en Mattheus Derk (1785-1845). De familie Knip woonde onder andere in de Hasseltstraat, waar op nummer 182 nog een gedenksteen met hun namen is ingemetseld. In 1787 verhuisde de familie naar Den Bosch. Josephus kwam in 1835 nog een keer naar Tilburg om bij gelegenheid van de eerstesteenlegging van de Annahoeve van kroonprins Willem (koning Willem II) diens schaapskooi en schaapskudde op een schilderij te vereeuwigen. Knip werd bijna blind, dus zijn kinderen August (1819-1861) en Henriëtte (1821-1909) werkten mee aan het schilderij. Knip bood het schilderij aan de kroonprins aan, waarmee zijn eerder ontvangen koninklijk pensioen verlengd werd met een gift van driehonderd gulden.