Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Klerks, Josephus Adrianus

Pater Klerks
Pater Klerks.jpg
Bron: Oorlogsgravenstichting
Volledige namen Josephus Adrianus Klerks
Geboortedatum 24-08-1878
Geboorteplaats Oisterwijk
Adres Bredaseweg 204
Woonplaats Tilburg
Beroep Pater-missionaris
Overlijdensdatum 15-02-1943
Plaats van overlijden Kamp Tantoei, Ambon (ID)
Bijzonderheden Omgekomen bij een geallieerd bombardement.


Geef de oorlog een gezicht!

Kun jij ons helpen met het schrijven van het levensverhaal van deze persoon?

Hoewel het meer dan 75 jaar geleden is dat er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog blijft het belangrijk de slachtoffers te herdenken. We willen door hun verhaal te vertellen de slachtoffers eren en de herinnering levend houden

Alle Tilburgse oorlogsslachtoffers zijn opgenomen in de Wiki Midden-Brabant en we streven er naar van ieder een levensbeschrijving en foto op te nemen.

Helaas hebben we van sommigen maar beperkte of soms helemaal geen informatie. We hebben jouw hulp nodig deze levensverhalen vast te leggen door ontbrekende informatie aan te vullen met verhalen of foto’s. We ontvangen je reactie graag via info@regionaalarchieftilburg.nl o.v.v. Wiki Oorlogsslachtoffers.


Klerks, Josephus Adrianus, (geb. Oisterwijk 24-08-1878, gest. Ambon (ID) 15-02-1943), missiepater. Zoon van Johannes Klerks (1840-1916) en Anna Maria Berkelmans (1845-1917). Pater Klerks overlijdt op 15-02-1943 in Kamp Tantoei op Ambon (Molukken, Indonesië).

Achtergrond

Josephus Klerks wordt op 24 augustus 1878 in Oisterwijk op het Kerkeind geboren als kind van Johannes Klerks, schoenmaker, en Anna Maria Berkelmans. Zij is voor haar huwelijk dienstmeid en wordt in de loop van haar huwelijk kruidenierster. Johannes en Anna Maria krijgen veertien kinderen: zeven dochters en zeven zonen. Een van de dochters wordt levenloos geboren, een andere dochter sterft als tweejarige. Josephus Adrianus, het zevende kind, is een van de vier kloosterlingen in het gezin.[1]

In september 1891 verhuist Josephus vanuit Oisterwijk naar Tilburg. Hij vertrekt op een onbekend moment weer uit Tilburg om er in 1894 vanuit het Belgische Borgerhout weer terug te keren. Op 16 oktober van 1894 wordt hij ingeschreven in het klooster van de congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus op Bredaseweg 204. Bij deze congregatie treedt hij in. In augustus 1899 vertrekt Klerks voor twee jaar naar Arnhem. Daar heeft zijn congregatie een klooster. In september 1904, hij woont dan al weer drie jaar in Tilburg, vertrekt hij naar het Missiehuis van zijn congregatie in Heverlee bij Leuven. Hier wordt Klerks in 1906 tot priester gewijd. In 1907 is hij, inmiddels Pater, weer terug in Tilburg. Datzelfde jaar, op 26 oktober, reist hij met de ‘SS Rindjani’ van de Rotterdamsche Lloyd vanuit Rotterdam naar Nederlands Nieuw Guinea. Pater Klerks zal tientallen jaren missionaris zijn in Nederlands Nieuw Guinea, met tussendoor een aantal malen verlof in Nederland.[2]

‘SS Rindjani’
SS Rindjani 1906.jpg
Bron: Stichting Koninklijke Rotterdamsche Lloyd Heritage

Congregatie Missionarissen van het H. Hart van Jezus

Het klooster van de congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus op Bredaseweg 204 is bekend als het missiehuis van de ‘Rooi Harten’. De missionarissen droegen een vignet met een rood hart op hun habijt – vandaar de naam. De congregatie is in 1854 in Frankrijk gesticht door pater Jules Chevalier met als doel de verering van het Heilig Hart van Jezus en de verspreiding van de verering. De verspreiding gaat via onderwijs, gezondheidszorg, prediking en missie. Rond 1880 vestigt de congregatie zich in Nederland, eerst in Huize Gerra in Haaren en vervolgens in Tilburg. Aanvankelijk zit de congregatie in Tilburg in een oude wollenstoffenfabriek nabij het Wilhelminapark. Daarna betrekt de congregatie het missiehuis aan de Bredaseweg. Het missiehuis is ontworpen door architect Hubert de Beer (1844-1898), met bijdragen van Pierre Cuypers (1827-1921), en is ingewijd in 1890. Vanaf 1894 wordt het missiehuis het bestuurscentrum van de noordelijke provincie van de congregatie. Vanuit het missiehuis zijn talrijke paters en broeders uitgezonden naar overzeese missiegebieden. Een broeder is geen priester, een pater wel.[3]

Missiehuis van de ‘Rooi Harten’, Bredaseweg 204
Bron: Collectie Regionaal Archief Tilburg

Missie

Vanaf het midden van de negentiende eeuw is vanuit Tilburg een groot aantal missies ondernomen. Het doel van deze missies is mensen met een andere religie te bekeren tot het christelijk geloof. Protestanten spreken over zending, Rooms-Katholieken over missie. Tilburg ontwikkelt een omvangrijke missie-infrastructuur. Centra daarvan zijn onder andere de Fraters van Tilburg, de Paters Oblaten, de Kapucijnen, de Fathers van Mill Hill (De Rooi Pannen) en de congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus. Deze laatste congregatie krijgt in 1881 van de Paus opdracht missiearbeid te verrichten. De congregatie heeft van het begin van de 20e eeuw tot de Tweede Wereldoorlog broeders en paters als missionarissen uitgezonden naar het toenmalige Nederlands-Indië (Molukken 1902; Celebes 1919; Midden-Java 1921), Nieuw Guinea (1902), Oceanië (1905), de Filippijnen (1908) en Brazilië (1911). In 1902 wordt de apostolische prefectuur Merauke voor Nederlands Nieuw Guinea opgericht. Onder deze prefectuur (een pauselijk missiegebied) vallen ook de Molukken. Het bestuur van de prefectuur wordt toebedeeld aan de congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus. Monseigneur Neijens (1868-1941) is haar eerste apostolisch prefect. De hoofdzetel komt in Langgoer op de Kei-eilanden (Klein-Kei). In 1920 wordt de apostolische prefectuur verheven tot apostolisch vicariaat (zo’n vicariaat is geen bisdom, maar kan het worden). Monseigneur Joannes Aerts wordt in dat jaar aangesteld als de apostolisch vicaris. In de Tweede Wereldoorlog zijn door de congregatie geen missionarissen uitgezonden.[4]

Pater Klerks begint zijn missiewerk eind 1907 waarschijnlijk op de Kei-eilanden. In opdracht van Monseigneur Neijens vestigt hij zich in 1910 op Jamdena, een van de Tanimbar-eilanden. Op dit eiland begint zijn congregatie dat jaar een missie. Beide genoemde eilandengroepen horen bij de Molukken. Op Jamdena verblijft pater Klerks, samen met pater Cappers, aanvankelijk bij de kampongs Sifnana en Laoeran. Later gaat hij naar Oliliet. Op het eiland sticht hij met andere missionarissen schooltjes in Sifnana, Laoeran, Oliliet, Kabearat, Wowonda en Amtoefoe. In 1931 is pater Klerks op Langgoer op Klein-Kei vanwege zijn 25-jarig priesterjubileum en in 1939 werkt hij in de pastorie van Langgoer-Toeal. [5]

Japanse internering

Eind 1941 valt Japan de Amerikaanse marinebasis Pearl Harbor op Hawaï aan. Daarmee begint de oorlog in de Stille Zuidzee. In januari 1942 valt Japan Nederlands-Indië binnen. Op 8 maart 1942 capituleert het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL). Nederlands-Indië komt onder Japans bewind te staan, zo ook de Kei-eilanden en de Tanimbar-eilanden. Omdat Japan Nederlands-Indië wil opnemen in een nieuwe Aziatische politieke en economische orde, moeten alle westerse invloeden worden uitgebannen. Een van de maatregelen daartoe is de onmiddellijke internering van Nederlandse burgers in burgerkampen. Volgens schattingen zijn 100.000-110.000 Nederlandse burgers door de Japanners geïnterneerd, inclusief missionarissen. In 1940 zijn 570 priesters, 1860 zusters en 530 broeders van 58 verschillende ordes en congregaties actief in de missie in Nederlands-Indië. Het grootste deel van hen wordt geïnterneerd; Omdat zij de christelijke religie verspreiden, vindt Japan hun aanwezigheid als gevaarlijk en ondermijnend. Gaandeweg de oorlog worden de leefomstandigheden van de geïnterneerde burgers steeds slechter. In het laatste jaar van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië groeit het aantal sterfgevallen onder hen snel door ziekte, uitputting en ondervoeding. De schattingen van het aantal geïnterneerden dat in de Japanse burgerkampen is omgekomen variëren van 13.000 tot 16.800 personen. Onder hen zijn 27 leden van de congregatie van de Missionarissen van het Heilig Hart van Jezus.[6]

Kaart met de Molukken ca 1930, Ambon en Tanimbar-eilanden omcirkeld
Kaart Ambon-Tanimbar.jpg
Bron: Vrije Universiteit Amsterdam (P. Noordhoff)

Van kamp naar kamp

De bronnen over de lotgevallen waarin pater Klerks wordt genoemd, zijn schaars. Toch kunnen we zijn tocht langs Japanse burgerkampen in Nederlands-Indië redelijk betrouwbaar reconstrueren. We weten dat hij op Molukse eilanden heeft gezeten. Na de Japanse inval op de Molukken, zo is bekend, zijn de aldaar gevangen genomen burgers -inclusief missionarissen- geconcentreerd op Ambon. In maart 1943 zijn zij vanaf dit Molukse eiland overgebracht naar Celebes; pater Klerks is daar overigens niet meer bij. Deze en andere gegevens leiden tot de volgende tocht die hij moet hebben gemaakt. In 1942 is pater Klerks door de Japanse bezetter gevangen genomen. Hij wordt eind september 1942 vanaf de Kei-eilanden overgebracht naar Ambon-stad, waar hij wordt geïnterneerd in het STOVIL-kamp aan de baai van Ambon. Het kamp is ingericht in lokalen van de ‘School tot Opleiding van Inlandse Leraren’ en wordt omgeven door hoog prikkeldraad en een hoge schutting. Het STOVIL-kamp is de verzamelplaats voor de Europese burgergeïnterneerden uit de Molukken. Op 27 november 1942 wordt pater Klerks samen met ongeveer 500 andere geïnterneerden overgebracht naar het Tantoei-kamp. Hij is hier gesignaleerd. Op 15 februari 1943 wordt het Tantoei-kamp door de geallieerden gebombardeerd.[7]

Overlijden in het vrouwenkamp van Tantoei

Tantoei is een krijgsgevangenenkamp en burgerkamp aan de noordkant van Ambon-stad, vlakbij de zee. Het burgerkamp wordt door een weg gescheiden van het krijgsgevangenenkamp, waar vooral Australische militairen zijn opgesloten. Het burgerkamp omvat een mannenkamp en een vrouwenkamp met prikkeldraad ertussen. De kampcommandant is Tomisawa; Koreanen zijn de kampbewakers. Het vrouwenkamp bestaat uit barakken, de kampleiding berust bij Mevrouw Johanna Cornelia Valderpoort-Wierts van Coehoorn (1892-1984). Zij wordt in 1950 onderscheiden met de Verzetsster Oost-Azië met als reden “Heeft door haar fiere, onverzettelijke en toch tactvolle houding tegenover de Japanners veel voor haar lotgenoten weten te bereiken. Zo heeft zij weten te voorkomen dat jonge vrouwen ter beschikking van de Japanners werden gesteld.” Naast het kamp ligt een munitiedepot.[8]

Op 15 februari 1942 bombarderen de geallieerden het vrouwenkamp met het munitiedepot als doelwit. Loodsen van het vrouwenkamp worden door bommen vernield, de afscheidingen tussen de kampen ook en de meeste geïnterneerden vluchten naar het strand. De Australische krijgsgevangenen schieten te hulp om gewonden te verzamelen. Ook pater Klerks gaat het vrouwenkamp binnen, samen met pater Thien. De paters geven de stervenden de absolutie. Terwijl ze dit doen ontploft het munitiedepot. Beide paters komen om; hun graf wordt in de bronnen niet vermeld.[9]

Gebeurtenis

Bronnen

Dit is een selectie van de gebruikte bronnen. In de noten staan alle gebruikte bronnen.

Literatuur

  • Jan Willemsen, Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden, Nijmegen 2006.
  • J.F.L.M. Cornelissen, Pater en Papoea, Kok, Kampen 1988.
  • Dochters van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Herinneringen aan Ambon in het bijzonder aan de internering 1941-1945, Congregatie van de Dochters van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Tilburg 2007.
  • Gerrit Kobes en Ad de Beer, Het leven gebroken in het Verre Oosten. De geschiedenissen van de Tilburgers die om het leven kwamen in de strijd tegen Japan, als gevolg van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië (1941-1945), de Indonesische kwestie (1945-1949) en het conflict in Korea (1950-1953), in: Tilburgse sprokkelingen. Bijdragen tot de Tilburgse geschiedenis Tilburg 2003 (THR 11)

Externe links

Noten

  1. Oorlogsgravenstichting J.A. Klerks; Regionaal Archief Tilburg 565 invnr. 231 J.A. Klerks; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand geboorten Oisterwijk 24.8.1878 akte 66; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand geboorten Oisterwijk 28.8.1840 akte 48; RHCe 13180 Burgerlijke Stand geboorten Deurne en Liessel (Deurne) 6.6.1845 akte 37; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand huwelijken Oisterwijk 4.5.1869 akte 8; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand overlijden Oisterwijk 23.11.1916 akte 40; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand overlijden Oisterwijk 25.10.1917 akte 75; Regionaal Archief Tilburg 915 Burgerlijke Stand overlijden Oisterwijk 5.5.1871 akte 31; Regionaal Archief Tilburg 914 Bevolkingsregister Oisterwijk 1860-1880 f187; Regionaal Archief Tilburg 914 Bevolkingsregister Oisterwijk 1880-1900 f164; Regionaal Archief Tilburg 914 Bevolkingsregister Oisterwijk 1900-1920 f174; RHCe 12100 Bevolkingsregister Helmond 1860-1880 f49; Bidprentjes collectie.dekleinemeijerij.nl; Delpher, Nieuwe Tilburgsche Courant 16.11.1912.
  2. wikimiddenbrabant.nl/Congregaties; Regionaal Archief Tilburg 918 Bevolkingsregister Tilburg 1890-1900 f12; Regionaal Archief Tilburg 918 Bevolkingsregister Tilburg 1900-1910 f7 en f16; Regionaal Archief Tilburg 918 Bevolkingsregister Tilburg 1921-1939 f44; erfgoedkloosterleven.nl/; misacor.nl/geschiedenis/; Delpher, Nieuwe Tilburgsche Courant 1.8.1906, 4.10.1907 en 31.12.1938; Delpher, De Noord Brabander 8.8.1905.
  3. Jan Willemsen, Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden, Nijmegen 2006; wikimiddenbrabant.nl/Missiehuis_Rooi_Harten; erfgoedkloosterleven.nl; resources.huygens.knaw.nl/repertoriumzendingmissie/; misacor.nl/geschiedenis/; kerknet.be/; wierookwijwaterenworstenbrood.nl/; monumententilburg.nl/.
  4. erfgoedkloosterleven.nl/; resources.huygens.knaw.nl/repertoriumzendingmissie/; misacor.nl/geschiedenis/; wikimiddenbrabant.nl/Missie; J.F.L.M. Cornelissen, Pater en Papoea, Kok, Kampen 1988; Jan Willemsen, Nederlandse missionarissen en hun missiegebieden, Nijmegen 2006; J. Boelaars, Met Papoea's samen op weg, Deel 1: De pioniers, Het begin van een missie, Kok, Kampen 1995; Bidprentjesverzameling Heemkundekring Roerstreek; kro-ncrv.nl/katholiek/encyclopedie/.
  5. Regionaal Archief Tilburg Bevolkingsregister Tilburg 1900-1910 f16; Delpher, Tilburgsche Courant 26.5.1928; Delpher, De Koerier 12.10.1935; Delpher, De Koerier 29.1.1932; Delpher, Pius-Almanak Jaarboek van katholiek Nederland jrg. 43 1917 en jrg. 65 1939.
  6. indischekamparchieven.nl; tweedewereldoorlog.nl/; isgeschiedenis.nl/; indischherinneringscentrum.nl; oorlogsbronnen.nl; niod.nl/nl/veelgestelde-vragen/japanse-bezetting-en-pacific-oorlog-cijfers; brabantsegesneuvelden.nl/; brabantserfgoed.nl/; https://malukupapua1942-1945.nl/; Renske Krimp, De doden tellen. Slachtofferaantallen van de Tweede Wereldoorlog en sindsdien, Nationaal Comité 4 en 5 Mei, Amsterdam 2016, p.16; erfgoedkloosterleven.nl/.
  7. Regionaal Archief Tilburg Bevolkingsregister Tilburg 1921-1939 f44; indischekamparchieven.nl/; japanseburgerkampen.nl/; Dochters van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Herinneringen aan Ambon in het bijzonder aan de internering 1941-1945, Congregatie van de Dochters van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Tilburg 2007.
  8. www.indischekamparchieven.nl; japanseburgerkampen.nl; defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/dapperheidsonderscheidingen.
  9. www.indischekamparchieven.nl; japanseburgerkampen.nl; Herinneringen aan Ambon in het bijzonder aan de internering 1941-1945, Congregatie van de Dochters van Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Tilburg 2007; Delpher, Indisch Missietijdschrift Jrg 29, 1946 nr. 1, 15.1.1946; Delpher, Nieuwsblad van het Zuiden 27.11.1948; Regionaal Archief 565 map 221.