Jan Staps

Assisië

Jan Staps

In 1958 volgde Jan Staps P. Prince op als directeur van de Assisiëschool. In de periode dat Staps directeur was telde de school vijftien leerkrachten, die de jongens in toenemende mate voorbereidden op een functie buiten het internaat. In de jaren zestig begon het schoolzwemmen, eerst in het Staalbergven in Oisterwijk vanaf 1966 in een eigen bad met instructeur. Verder volgden 18 leerlingen ter voorbereiding op het verkeersexamen met succes verkeerslessen. Later draaiden er in een lokaal in het oude houten schoolgebouw eens in de twee weken onderwijsfilms. In 1963 startte voor de oudere bewoners een avondschool. Een jaar later nam men een nieuw schoolgebouw in gebruik. Vanaf dat moment waren ook de ouders van de leerlingen meer bij de school betrokken; er kwam een schoolkrantje, ouderdagen en vanaf 1975 een oudercomité.

Begin jaren zeventig treden er grote veranderingen op in het onderwijs op de Assisiëschool. In 1972 werd in Waalwijk het eerste fase-huis gesticht voor jongens die werkten of het ITO (Individueel Technisch Onderwijs) volgden. De bewoners met een hoog niveau kregen hierdoor de kans om in de gewone samenleving te integreren. De bewoners van de nieuw opgerichte afdeling ‘t Hooghout (voor licht subnormalen) gingen in het kader van het integratieproces de streekschool bezoeken. Deze ontwikkelingen hadden gevolgen voor de school. Het aantal leerlingen daalde sterk terwijl er minder differentiatie mogelijk was en de niveauverschillen in een klas sterk toenamen. In 1977 telde de school nog maar 105 leerlingen. In dat jaar kwam het eerste meisje op de Assisiëschool. Een jaar later werd een externe leerling ingeschreven die ‘s middags op een paviljoen overblijft. De daling van het aantal leerlingen zette de latere jaren door. In 1981 daalde het aantal leerlingen, omdat twee groepen zich buiten Assisië vestigden. Een groep ging naar Oisterwijk en een andere groep vestigde zich in Rijen. Beide groepen plaatsten hun bewoners op scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen (ZLMK). Het leerprogramma kreeg in de jaren tachtig uitbreiding met lessen die in het leven van alledag van pas zouden komen. Zo volgden de leerlingen in 1981 voor het eerst kooklessen gegeven, er kwam een tv om de lessen van de NOT (Nederlandse Onderwijs Televisie) te volgen en sloot een bezoek aan de Tweede Kamer in Den Haag een project over verkiezingen. Als afsluiting van andere projecten waren er excursies naar het Safaripark, een boerderij en een speelgoedfabriek. In het kader van de integratie nam een basisschool uit Tilburg samen met de bewoners van Assisië deel aan een zeskamp en gingen twee klassen van de Assisiëschool op bezoek bij de basisschool.

In 1982 voerden de directeuren van Huize Assisië, Piusoord en Huize Vincentius en de inspecteur speciaal onderwijs overleg om te komen tot een fusie van de drie internaatsscholen. Uiteindelijk hebben deze plannen geen doorgang gevonden. Vanwege het beperkte aantal leerlingen (44) kregen in 1983 twee leerkrachten ontslag. Op 31 oktober 1984 neemt de Assisiëschool afscheid van het hoofd van de school, J. Staps, die er dan veertig dienstjaren op heeft zitten. J. Schoenmaker, die sinds november 1968 als leerkracht op de school werkzaam is, is zijn opvolger. In de periode tot 1 augustus 1990 liep het aantal leerlingen nog verder terug. Van te voren was afgesproken dat de school mocht blijven bestaan tot het moment dat er nog zestien leerlingen stonden ingeschreven. In het schooljaar 1989/1990 gingen de vier resterende leerlingen, die onderwijs mochten volgen, naar de school van Piusoord. Hiermee kwam een eind aan circa tachtig jaar Buitengewoon Lager Onderwijs op Assisië.