Henk Lommers

Assisië

Henk Lammers

Appelsnoetje

Henk Lommers kwam in 1956 in dienst als A-verpleegkundige. Wat hem het eerst opviel was dat een hele groep naar de televisie zat te kijken. De enige activiteiten waren verder de toneelclub van broeder Johannes en de mondharmonicaclub ‘De Merels’. Verder werd er, overigens op een heel goed niveau, voetbal gespeeld in de Brabantse Bond. Henk Lommers aan het woord: “Ik had belangstelling voor toneel en werd er zodoende al snel bij betrokken. Aan die toneelstukken deden wel 60 à 70 bewoners mee. We speelden alleen maar sprookjes. De titels vergeet ik nooit, zoals ‘De boze koning Nebal’ en ‘Appelsnoetje’. Er werd veel in gezongen, waarbij de muziek door onszelf werd geschreven. Als we toneelstukken uitzochten, werd er vooral op gelet dat zoveel mogelijk bewoners mee konden doen. De rest verzonnen we er zelf bij. Als er volgens het verhaal drie koks nodig waren, dan maakten wij er tien van. Als er maar twee engelen in het script stonden, hadden wij er zeker vijftien nodig. Er werd erg lang voor de toneelstukken gerepeteerd. Je kon het zien als een soort therapie, want er deden bewoners mee die niet konden lezen of schrijven. De toneelstukken werden met ongelooflijk veel succes, zowel binnen als buiten Assisië, gespeeld. Ook met de mondharmonicaclub ‘De Merels’ trokken we overal naar toe. Dat was een mooie tijd.”

Coördinator

Binnen het instituut was recreatie groei-business. Er werden filmavonden gehouden en personeel ging zelfs met groepen op bivak. Dat bracht wel veel problemen met zich mee, want wie organiseert er zo’n bivak. Bovendien kwamen er rekeningen binnen van busbedrijven en dergelijke. Er was geen coördinatie. Broeder Wendelinus vroeg in 1969 aan Henk Lommers om de coördinatie op zich te nemen van activiteiten waarbij zoveel mogelijk bewoners betrokken konden worden. Henk Lommers begon zonder plan, zonder materiaal, maar wel met een budget van 6.000 gulden. Op aangeven van broeder Wendelinus organiseerde Henk een carnavalsfeest met bekende Nederlandse zangers en zangeressen. De eerste keer waren dat de Kermisklanten. Er werd een wandelclub opgericht, die onder leiding kwam staan van broeder Franciscus. Er kwam een tafeltennisclub, een biljartclub en ook een jaarlijkse kermis.