Höhner

Höhner
Geschiedenis
Opgericht	1877
Oprichter	Carl Höhner
Opgeheven	2000
Structuur
Plaats	Tilburg

In 1877 begon de uit Duitsland afkomstige Carl Höhner een schoenenzaak in de Heuvelstraat. In 1883 kreeg hij een atelier in de Koestraat (nu NS-Plein), waar hij ‘leestklaar schoenwerk’ ging vervaardigen. Dit waren schoenen zonder zolen, die later door schoenmakers uit Waalwijk en omstreken werden toegevoegd. Toen deze productie niet meer rendabel bleek, schakelde hij over op producten als slobkousen, bretels, patroonhouders en foedralen voor de jacht. Het assortiment werd later aangevuld met onder meer riemen, tassen en sleutelhangers.

Na het overlijden van Carl in 1934 werd de zaak voortgezet door zijn vrouw en zoon Otto, die al vanaf 1930 in de zaak werkte. Na de Tweede Wereldoorlog groeide Höhner gestaag en in de jaren vijftig schakelde het bedrijf over op de confectie van baby- en carnavalskleding, trappelzakken, kinderjasjes, suède, vesten en speeltenten. Ook startte men een groothandel in vilt. In 1960 kwam Otto jr. in het bedrijf, dat in de loop der tijd werd uitgebreid in de Zuid-Oosterstraat en de Goudenregenstraat. Tevens groeide het machinepark en werd de productie deels uitbesteed aan andere bedrijven en later aan thuiswerkers.

Bij gebrek aan opvolging werd Höhner in 2000 gesloten. De bedrijfsgebouwen werden aangekocht door de gemeente Tilburg. Het pand op het NS-Plein deed daarna dienst als architectenbureau, kunstuitleen en cultuurplaats. Tegenwoordig zijn er ateliers gevestigd (Stichting Ateliers Tilburg).

Bron

Regionaal Archief Tilburg, Archief 1109, Vilt-, lederwaren- en confectiebedrijf Otto Höhner bv. te Tilburg, 1893-1918