Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Gele mus

Anna zwaaide als pastoorsmeid de scepter op de pastorie. Ze had een drukke baan met de zorg voor pastoor Prinsen, kapelaan Simons en kapelaan Van Leeuwen. Anna was jarig en had graag een kanarie in de keuken. Kapelaan Simons hield er wel van om mensen voor de gek te houden. Hij had een mus gevangen en ging ermee naar frater Hospitius hoe van die mus een kanarie te maken. Met behulp van gele en rode inkt werd het een bonte kanarie. Anna kon haar geluk niet op. Maar de volgende ochtend lag de mus dood in de kooi, badend in het bloed, omdat de rode inkt was uitgelopen.