Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

De Vijf Eiken: een bewogen geschiedenis

De weg van Oosterhout naar Rijen wordt aangepast. De werkzaamheden, die in drie fasen worden uitgevoerd, zijn gestart. De provincie heeft daarvoor café De Vijf Eiken aangekocht. Het zalencomplex gaat plat, maar gelukkig blijft het oude pand behouden. Dat zijn we minimaal verschuldigd aan de bewogen geschiedenis van De Vijf Eiken.

Tot in het begin van de vorige eeuw was de gemeente Gilze en Rijen omgeven door uitgestrekte heidevelden. De weinige bomen waren op deze woeste gronden de enige oriëntatiepunten. Dat gold ook voor de vijf eiken die al in 1545 worden genoemd. Het waren toen kennelijk nog kleine boompjes, want het perceel grond daar werd aangeduid met “omtrent de vijf eijcskens”. In 1657 werd het gebied, waar toen ook een boerderij lag, omschreven als “heijden ofte vroenten (gemeenschappelijke grond) tusschen den Reijen en Meulenschot bij de vijff eijken”. In 1661 vinden we terug dat er “eene aensteede” was bij de “Vijff Eijck”; een aanlegplaats voor paard en voerman. De boerderij was verkocht aan Huijbrecht Cornelis Huijbrechts en die begon er zowel een herberg voor handelaars en reizigers als een bierbrouwerij. Het pand had toen al de naam De Vijf Eiken en lag dus op een gunstige plek. Bovendien lag er achter de herberg een jachtterrein, waar bijvoorbeeld stadhouder Willem III, die ook Heer van Breda was, kwam jagen.

De Vijf Eiken in 1980 (Beeldarchief Heemkring Molenheide).

Kampementen en krijgsoefeningen bij De Vijf Eiken

Het enorme heidegebied rondom De Vijf Eiken was uitstekend geschikt voor het houden van legeroefeningen en manoeuvres. In 1732 werd ten noorden van de herberg, op de Oosterhoutse heide in de vierhoek Dorst-Seters-Dongen-Rijen, een groot legerkamp ingericht met ruim 11.000 Staatse soldaten. Het leger stond onder leiding van generaal-majoor Reinardt Vincent graaf van Hompesch. De Staten Generaal vonden het nodig om te oefenen, omdat de manschappen na negentien jaar vrede “de voornaamste bewegingen des oorlogs ontwend waren”. Voor de krijgsoefeningen maakten de troepen gebruik van de “grote heijde tusschen de 5 Eijken en het Dorp Gilse”. Bij één van de schijngevechten ging het bijna mis. Vanuit de richting Dorst vielen cavaleristen bij De Vijf Eiken de voorposten van het kamp aan om een doorgang te forceren. De commandant van de infanteristen die het kamp moesten verdedigen, merkte op het laatste ogenblik dat een deel van zijn detachement hun geweren met scherp had geladen. Door tijdig ingrijpen werd een bloedbad voorkomen.

Een eeuw later, in juni 1831, werd er opnieuw een groot legerkamp opgebouwd aan de rand van Rijen. Dit gebeurde op bevel van koning Willem I om de opstandige Belgen, die zich wilden afscheiden van zijn “Verenigd Koninkrijk der Nederlanden”, een lesje te leren. Er streken tussen de huidige Julianastraat en de Oosterhoutse weg ongeveer 13.000 Nederlandse militairen neer. Herberg De Vijf Eiken lag aan de westkant van dit kamp en deed tijdens de zomermaanden, als het kamp bevolkt was, dienst als opslagplaats. Ook leverde de brouwerij bier aan de dorstige soldaten in het kamp. Drank speelde een belangrijke rol in het dagelijkse soldatenleven. Bij het ontbijt kregen de troepen, naast brood, al een dop jenever uitgedeeld. Zo begon de dag.

Herberg aan een kruispunt van zandwegen

De Vijf Eiken was in de achttiende eeuw al een markant punt. Op een oude kaart uit 1739 komt naast Rijen, Hulten, Gilze en Molenschot ook “de 5 Eike” voor. De herberg lag toen aan de zandweg van Breda naar Den Bosch; de “Oude (Bossche) Baan”. Deze baan liep slingerend via Dorst, De Vijf Eiken en langs Rijen richting Hulten in de richting van Tilburg. In 1783 werd de zandweg die van Oosterhout tot aan de gemeentegrens van Gilze en Rijen liep, doorgetrokken naar de “Oude Baan” en verder tot het dorp Gilze. Herberg De Vijf Eiken kwam hierdoor aan de kruising van twee zandwegen te liggen. Volgens de overlevering stonden de vijf oude eikenbomen aan de overzijde van wat toen de “Oosterhoutse Dijk” werd genoemd. Twee eikenbomen voor en drie erachter met daartussen twee “schietbomen” voor de schutterij.

Detail van de `Nieuwe kaart van de Baronie van Breda en het Markgraafschap Bergen op Zoom` door Jacob Keijzer, 1739 (Rijksmuseum, Amsterdam).

Wegen verhard en omgelegd

Koning Willem I wilde van de “Oude Baan” de hoofdroute naar Den Bosch maken en besloot de weg met kasseien te verharden en recht te trekken. Het gedeelte dat de gemeente Gilze en Rijen aandeed, liep voortaan in een kaarsrechte lijn van Dorst naar de Maasdijkse (of Hultense) brug die bij Dongewijk de rivier de Donge overstak. In 1827 was het werk klaar en liep de nieuwe straatweg van Breda naar Tilburg zuidelijker zodat herberg De Vijf Eiken niet meer aan een drukke handelsweg lag. Twee decennia later, in 1847, werd op last van prins Frederik (de broer van koning Willem II), die de omliggende woeste grond beheerde, de zandweg vanuit Oosterhout met klinkers verhard. De weg kreeg in de volksmond de naam “Oosterhoutse klinkert”. Om van deze weg gebruik te mogen maken, moest je voor f 2,50 per jaar een kaart aanschaffen en die op verzoek van de veldwachter tonen. Wie de weg nodig had voor zijn werk, betaalde f 0,50 per jaar. In 1863 kwam de spoorlijn gereed en die kruiste de Oosterhoutse weg bij De Vijf Eiken op het punt waar eens de oude zandweg van Breda naar Tilburg liep.

Van herberg-brouwerij naar café-restaurant

De Vijf Eiken op 30 juli 1943 (Beeldarchief Heemkring Molenheide).

De brouwerij werd rond 1900 gesloten, maar het café bleef. De eigenaar was toen Johannes van den Heuvel, de directeur van de steenfabriek, die er bijna naast lag. Hij verhuurde het café en de grond die erbij hoorde, gebruikte hij voor leemwinning. In 1939 kocht Josephus Wouters het café. Op 30 juli 1943 ontplofte bij de overweg een munitietrein met als gevolg dat het hele pand afbrandde. Waarschijnlijk was het sabotage. Een toevallige voorbijganger kwam bij de explosie om het leven en er vielen meerdere gewonden. Na de oorlog is De Vijf Eiken opnieuw opgebouwd en als café-boerderij voortgezet. Vanaf 2000 was A. Nooren de nieuwe eigenaar. Van het café maakte hij een café-restaurant en hij legde een manege aan.

De vijf eiken staan er niet meer, maar wel een monumentale zomerlinde. Het pand is een gemeentelijk monument en blijft bewaard. Hopelijk krijgt het weer een horecabestemming en behoudt het de naam, dan wordt de traditie gewoon voortgezet.


Tekst: Kees van der Heijden Fotoredactie: Piet Weterings Bronnen: www.heemkringmolenheide.nl; www.rijksmuseum.nl/collectie; tijdmachinegilzerijen.nl; Rijen – Ontstaan, Groei, Ontwikkeling, 2004; Kwartaalblad De Mulder; (Foto)archief Heemkring Molenheide; Volg Heemkring Molenheide op Facebook.

Dit artikel is in november 2020 in Weekblad Gilze en Rijen verschenen als themapagina van Heemkring Molenheide.