Constantinus (Constant) Cornelis Huijsmans (Breda 1810 – Den Haag 1886) was de oudste zoon van de fijnschilder-drogist Jacobus Huijsmans. De zoon van diens broer Victor Huijsmans was de beroemde Franse schrijver
Joris-Karl Huysmans. In 1874 bezocht deze zijn oom, die toen in Tilburg aan het Ven (Piusplein) woonde. Constant studeerde aan de academies van Antwerpen en Parijs. In 1836 werd hij uit Frankrijk teruggeroepen om zijn blind geworden vader op te volgen als directeur van het Stads Teeken Instituut en als tekenleraar aan de Koninklijke Militaire Academie, beide te Breda. Tussen 1836 en 1846 publiceerde hij twee tekenmethodes en drie artikelen over tekenen en kunstambacht in het tijdschrift De Gids. In 1866 verhuisde Huijsmans naar Tilburg voor een aanstelling als leraar handtekenen aan de
Rijks-HBS Koning Willem II. Hier gaf hij tussen april 1866 en maart 1868 tekenles aan
Vincent van Gogh, zonder dat dit van aanwijsbare betekenis is geweest in de latere loopbaan van de wereldberoemde schilder. Enkele jaren na zijn pensioen verhuisde Huijsmans naar Den Haag.
Het Geheugen van Tilburg
