Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Cees van Roessel

Cees van Roessel
18.11 Cees v Roessel Spreker (3a).jpg
Op de thema-avond in het kader van Monumentendag 2013 vertelde Cees een verhaal over de ontwikkelingen in het boerenbedrijf.
Cees van Roessel
18.13 Guus v Roessel.jpg
Op dezelfde thema-avond vertelde zijn zoon Guus een boeiend verhaal over de snel voortschrijdende automatisering in het melkveebedrijf.

Cees van Roessel nam de boerderij in 1969 over van zijn ouders. Vroeger was het een gemengd bedrijf met pluimvee, koeien, varkens en kleinschalige akkerbouw. Vanaf 1971 doet hij dit samen met zijn vrouw Leonie. Cees en Leonie moderniseerden en specialiseerden volop. De varkens en kippen maakten plaats voor melkkoeien en er werd een ligboxenstal gebouwd. In 1986 waagden ze op De Dobbelhoeve de stap naar het biologisch boeren en in 1999 werd de boerderijwinkel geopend.

Begin jaren ‘90 kon een bedrijf in de buurt worden overgenomen. Deze tweede stal vormde de inspiratiebron voor de naam ‘De Dobbelhoeve’; Cees en Leonie hadden nu een dobbel (dubbele) hoeve. Zij hebben zo’n 17 jaar gedaan wat alle boeren na de oorlog deden: ‘Hard groeien en veel produceren, zonder naar de vraag van de consument te kijken.’ Deze manier van werken werd indertijd door de overheid gestimuleerd, met als uitgangspunt de angst voor voedselschaarste. ‘Deze angst werd gevoed door de honger uit de oorlogstijden.’ Volgens Cees was er in die tijd veel overproductie, ‘men keek niet naar de kwaliteit, maar naar de kwantiteit. En de overheid subsidieerde volumegroei in plaats van innovatie. Er werd niet gekeken naar de vraag van de consument, terwijl het aanbod wel bleef groeien.’ In die tijd bekroop Cees het gevoel dat dit niet de juiste manier was om landbouw te bedrijven. ‘Het evenwicht was zoek. Deze manier van boeren kon volgens hem alleen maar tot overschotten leiden en hij had het gevoel dat dit niet goed kon zijn’. Toch was er in die tijd nauwelijks informatie over de negatieve gevolgen van het boeren. Cees is toen zelf op zoek gegaan en kwam erachter dat het allemaal niet klopte. In 1986 heeft hij het roer omgegooid en is als biologische boer verder gegaan.

De familie Van Roessel was een pionier in het biologisch boeren, een van de eerste in Noord-Brabant. ‘In die tijd werden we met argusogen bekeken door de gangbare landbouwers en ook mijn ouders vonden het raar’. Vader Willem van Roessel zei in die tijd: ‘Wat doe je nu toch jongen, daar zijn we net vanaf’. Hij was juist blij met alle modernisering en ontwikkelingen. ’De overstap ging niet vanzelf’. Vooral in de eerste jaren kwamen Cees en Leonie veel obstakels tegen. ‘We moesten niet alleen ons handelen, maar ook ons denken veranderen. Zo zaaiden we het eerste jaar de maïs in dezelfde tijd als normaal, maar dan zonder de kunstmatige hulpmiddelen. Dat was niet zo’n succes, we moesten de datum van zaaien aanpassen aan de groeitijd en het klimaat. In het begin was het echt een ontdekkingstocht, we moesten nu luisteren naar de natuur, terwijl we die voorheen beïnvloedden. Er was nog maar weinig informatie. We hebben veel gehad aan onze ouders, die het ook zonder alle kunstmatige ingrepen deden. Verder volgden we onze eigen intuïtie. Dat waren wel moeilijke jaren.’ In het begin van de jaren negentig kwam er steeds meer voorlichting over biologisch boeren. Er werden instituten en studieclubs opgericht, waar men elkaar informeerde’. In april 1999 werd de boerderijwinkel geopend. Leonie werkte voor die tijd in de winkel van biologische kaasboerderij De Zwaluw, zo’n 500 meter bij De Dobbelhoeve vandaan. ‘Indertijd werd De Zwaluw overgenomen en kon het winkeltje niet blijven bestaan. Toen is de familie Van Roessel de boerderijwinkel gestart. De voormalige klanten van De Zwaluw konden daar terecht. Inmiddels is de winkel drie keer verbouwd en het assortiment sterk uitgebreid. (Zie ook Unentse Sprokkels 11, blz.101-102.)