Bevroren haantje
Bert van Asten gaat op een avond naar een boer aan de Loonse Molenstraat, met de afspraak het verzekeringspakket van deze klant door te nemen. Tijdens het gesprek staat de boerin plotseling op, gaat naar de keuken en komt even later terug. In die korte tijd loopt zij naar de auto van Bert en verstopt een bevroren haantje achter de zitting van de bestuurdersstoel. Pas 4 dagen later ruikt Bert een ondraaglijke stank in zijn auto. Het interieur moest helemaal gereinigd worden.